a a a
 

Uitspraken

Alle uitspraken van de Reclame Code Commissie en het College van Beroep vanaf 2007 vindt u hier.

Dossiernr:

2016/00693

Datum:

22-12-2016

Uitspraak:

VT bevestigd (=Aanbeveling)

Product/dienst:

Gezondheid

Motivatie:

Subjectieve normen

Medium:

Digitale marketing communicatie

De procedure

 

Klager heeft op 21 augustus 2016 door middel van het online klachtenformulier bezwaar gemaakt tegen twee reclame-uitingen van adverteerder.

De klacht is op 23 augustus 2016 in behandeling genomen.

Adverteerder heeft bij brief van 24 augustus 2016 verweer gevoerd.

Op 10 oktober 2016 heeft de voorzitter van de Reclame Code Commissie (hierna: de voorzitter) een beslissing genomen. Kort samengevat heeft de voorzitter geoordeeld dat “uiting 1” in strijd is met de artikelen 6 en 7 van de Nederlandse Reclame Code (NRC) en “uiting 2” in strijd met artikel 4 NRC. Voor de volledige inhoud van voorzittersbeslissing wordt verwezen naar de kopie daarvan, gehecht aan deze uitspraak.

 

Tegen de beslissing van de voorzitter heeft adverteerder bezwaar gemaakt bij brief van 20 oktober 2016. Hij heeft zijn bezwaar nader toegelicht bij brief van 24 oktober 2016.

 

Klager heeft op het bezwaar gereageerd bij e-mail van 3 november 2016.

 

De Reclame Code Commissie (hierna: de Commissie) heeft het bezwaar behandeld ter zitting van 24 november 2016.

Partijen zijn beiden in persoon verschenen en hebben hun standpunten mondeling toegelicht.

 

Het bezwaar tegen de beslissing van de voorzitter

 

Het bezwaar wordt als volgt samengevat.

 

Volgens de voorzitter is er onder meer sprake van strijd met artikel 7 NRC. Dit is niet onderbouwd.

Klager zal in zijn bezwaarschrift aantonen dat vaccinatie wel degelijk kan leiden tot gezondheidsschade, waaronder autisme. Overigens zal men op adverteerders website nergens de bewering aantreffen dat adverteerder met zijn methodes in staat zou zijn om welke ziekte dan ook te genezen. Behandelen is iets anders dan genezen.

 

 

Vaccinatieschade

Dat vaccinatie kan leiden tot gezondheidsschade wordt zelfs door de grootste voorstanders van vaccineren niet ontkend. Er is wetenschappelijk bewijs waaruit onomstotelijk blijkt dat reguliere vaccinaties nadelen hebben voor sommige kinderen. De fabrikanten nemen daarom in hun bijsluiters op wat de (ernstige) klachten kunnen zijn van vaccineren met hun vaccin.

In diverse landen bestaan fondsen waaruit slachtoffers van vaccinaties schadevergoeding krijgen betaald. Zo kent de USA het National Vaccine lnjury Compensation Program (http://www.hrsa.gov/vaccinecompensation/data/index.html). Sinds 1988 is er in dit kader 3,4 biljoen dollar uitgekeerd aan compensatie. Ook in Nederland krijgen slachtoffers van de Mexicaanse Griepvaccinatie een vergoeding, omdat zij te lijden hebben van narcolepsie.

Het LAREB brengt ieder jaar een verslag uit van de bij haar gemelde gevallen van gezondheidsschade na vaccinatie. In bijlage 4 van het verslag van 2015 zijn de ernstige bijwerkingen opgenomen die definitief worden aangemerkt als zijnde het gevolg van de vaccinatie. (Adverteerder verwijst in zijn bezwaarschrift naar de vindplaats op www.lareb.nl).

 

Vaccineren en autisme

Hieronder vermeldt adverteerder verschillende bronnen die bevestigen dat bij sommige kinderen vaccinatie wel degelijk kan leiden tot autistische klachten. Dat vaccineren er de oorzaak van is dat een kind klachten heeft gekregen uit het autistische spectrum is

dikwijls heel moeilijk te bewijzen. Overheden zullen ook nooit of in ieder geval zeer zelden toegeven dat de vaccinaties die zij aanbevelen aanleiding kunnen zijn tot gezondheidsschade. Wel zijn in diverse rechtszaken, bijvoorbeeld in de USA en ltalië, rechters tot de conclusie gekomen dat het vaccineren de oorzaak is geweest van  autistische klachten.

Voor een artikel over de Amerikaanse rechtszaak verwijst adverteerder naar

http://www.huffinetonpost.com/david-kirbv/post2468343 b 2468343.htm1

De uitspraak over de ltaliaanse “Valentino Bocca” is te vinden op

http://www. rescuepost.com/files/vaccine-itaIia-decision.pdf.

Zelfs fabrikanten maken in hun bijsluiter duidelijk dat autisme een gevolg kan zijn van hun vaccin:

www.fda.gov/downloads/BiologicsBloodVaccines/Vaccines/ApprovedProducts/UCM 101580.df

“Adverse events reported during post-approval use of Tripedia vaccine include idiopathic thrombocytopenic purpura, SIDS, anophylactic reaction, cellulitis, autism, convulsion/grand mal convulsion, encephalopathy, hypotonia, neuropathy, somnolence and opnea,”

 

Op adverteerders website wordt niet beweerd dat iedere vorm van autisme moet worden toegeschreven aan vaccinatie, maar stellen dat er geen verband kan zijn tussen vaccinatie en autisme is door diverse rechters verworpen en de relatie wordt toegegeven door fabrikanten.

 

CEASE-therapie

Dat adverteerder autisme als gevolg van vaccineren kan behandelen, noemt de voorzitter ongefundeerd, omdat er naar zijn mening geen relatie zou zijn tussen vaccineren en autisme. Nu dit in het bovenstaande is weerlegd, ontbreekt de feitelijke grondslag om adverteerders uitingen over de CEASE-therapie aan te merken als bedrieglijk in de zin van nummer 16 van de bij artikel 8.5 NRC behorende bijlage 1.

Hierbij moet worden aangetekend dat niet wordt beweerd dat CEASE-therapie autisme

kan genezen. Nergens zal men op adverteerders website het advies aan ouders aantreffen om hun kinderen niet te laten vaccineren. Ook worden nergens ‘indianenverhalen’ naar voren gebracht over de gevolgen van vaccineren. In  tegenstelling tot de bewering van de voorzitter dat door de uitingen op adverteerders  website mensen ten onrechte angst wordt ingeboezemd voor vaccinaties, is CEASE een methode waarbij ouders een mogelijkheid wordt geboden om de gezondheidsschade van hun kind aan te pakken. Niet voor niets is de ondertitel van het boek dat Tinus Smits over deze therapie heeft geschreven “de wanhoop voorbij”.

 

Onterecht angst voor vaccinaties

Uit TV-programma’s als Zembla (19 oktober 2008) is gebleken dat niet de tegenstanders van vaccinaties mensen angst inboezemen, maar dat het fabrikanten zijn die mensen angst aanjagen voor ziektes, die in de meeste gevallen mild verlopen of anderszins goed behandelbaar zijn, De overheid is zeer terughoudend in het toegeven dat vaccinatie tot gezondheidsschade kan leiden, omdat gevreesd wordt dat dit het opkomstpercentage negatief zal beïnvloeden. Hierdoor voelen mensen zich niet

serieus genomen als ze het idee uiten hebben dat hun kinderen klachten hebben

ontwikkeld na een vaccinatie.

 

Uit het bovenstaande wordt duidelijk dat vaccinaties voor sommige kinderen wel degelijk de aanleiding kunnen zijn voor gezondheidsschade. Ouders gaan meer en meer nadenken over de risico’s van de ziekten versus de risico’s van de vaccins en hebben behoefte aan objectieve voorlichting. Stellen dat vaccineren in geen enkel geval oorzaak kan zijn van gezondheidsschade ontbeert iedere grondslag en is een ontkenning van een wijd erkend feit.

 

Homeopathische profylaxe

Terwijl de voorzitter in onderdeel 1 van het oordeel heeft gesteld dat hij zich niet zal uitspreken over de effectiviteit van homeopathie in het algemeen, meent hij wel een standpunt te kunnen innemen over de effectiviteit van de homeopathische profylaxe. Dat er nadelen kunnen zijn aan de reguliere vaccinatie is hierboven beargumenteerd. ln de tekst op de webpagina over homeopathische profylaxe wordt beschreven wat homeopathische profylaxe is. Ter ondersteuning van de uiting verwijst adverteerder naar de bij het bezwaarschrift overgelegde lijst met wetenschappelijke onderzoeken en publicaties die, aldus adverteerder, de effectiviteit van de homeopathische profylaxe aantonen.

 

Een overtuigend bewijs van de effectiviteit van homeopathische profylaxe is geleverd door een vaccinfabrikant op Cuba. De homeopathische profylaxe werd gegeven aan 2,3 miljoen Cubanen. Dit leidde tot een spectaculaire daling van het aantal doden aan leptospirose. Adverteerder verwijst in dit verband naar: 

• Brancho G, Varelaa E, Fernández R, et al. Large scale application of high-diluted bacteria for Leptospirosis epidemic control Homeopathy 2010; 99:156-166

en

• A Reevaluation of the Effectiveness of Homeoeoprophylaxis Against Leptospirosis in Cuba 2007 and 2008. http://chp.sagepub.com/content/19/3/155.

 

Anders dan de voorzitter stelt, bevat adverteerders website geen uitingen waaruit blijkt dat adverteerder zich afzet tegen reguliere vaccinaties, noch wekt adverteerder onjuiste verwachtingen.

 

Het adagium van de Nederlandse Vereniging Kritisch Prikken is: “Laat u informeren over vaccineren”. Dat is wat adverteerder doet met zijn website.

 

Mensen die kiezen voor vaccinatie zijn in adverteerders praktijk welkom voor advies om mogelijke schade zo veel mogelijk te beperken. Mensen die overtuigd zijn van risico’s op gezondheidsschade door vaccins en om die reden hun kinderen niet laten vaccineren, hebben de mogelijkheid om een wetenschappelijk aangetoond veilig en effectief alternatief te kiezen.

 

In zijn oordeel onder 5 stelt de voorzitter dat adverteerders uitingen op zijn website dermate ernstig zijn te achten, dat deze een directe bedreiging voor de lichamelijke volksgezondheid inhouden. Mensen zouden door de uitingen kunnen afzien van reguliere vaccinatie. De vraag is echter of dat een ernstige zaak is, een bedreiging

voor de volksgezondheid. Vaccineren is in Nederland geen verplichting, maar een keuze. Er zijn zelfs publicaties die aantonen dat niet-gevaccineerde kinderen in Europa gezonder zijn dan wel gevaccineerde kinderen. Adverteerder verwijst naar een (in het bezwaarschrift nader aangeduide) uiting op www.vaccineinjury.info”.

 

Ook in Nieuw Zeeland is onderzoek gedaan, dat tot dezelfde conclusie leidt. Adverteerder verwijst naar: http://vactruth.com/ 2014/02/26 /unvaccinated-children-healthier/.

Er is geen sprake van dat de lichamelijke volksgezondheid door adverteerders uitingen wordt bedreigd. Aan deze bewering ontbreekt elke grondslag.

 

Conclusie

Het stelselmatig ontkennen dat vaccinaties aanleiding kunnen zijn van gezondheidsklachten is een bedreiging voor de volksgezondheid. Mensen behoren op objectieve wijze te worden geïnformeerd. Daarbij hoort het wijzen op risico’s van vaccineren en mogelijke alternatieven.

Nu is aangetoond dat vaccinaties wel degelijk tot gezondheidsschade kunnen leiden en dat het op zijn minst niet kan worden uitgesloten dat er een relatie zou kunnen zijn tussen vaccineren en autisme, valt de grond onder de beslissing van de voorzitter weg om uiting 1 in strijd te achten met de artikelen 6 en 7 NRC.

 

Adverteerder heeft een lange lijst van publicaties aangevoerd waaruit blijkt dat de homeopathische profylaxe een effectief alternatief voor vaccinaties is. Het aanbevelen van homeopathische profylaxe is derhalve geen bedreiging voor de volksgezondheid in de zin van artikel 4 NRC.

 

Gelet op het bovenstaande is de beslissing van de voorzitter ongegrond. De uitingen op adverteerders website zijn niet in strijd de NRC.

 

Brief van 20 oktober 2016 van het secretariaat van de Stichting Reclame Code (SRC) aan adverteerder

 

Over de bij het bezwaarschrift gevoegde lijst van publicaties heeft het secretariaat van SRC het volgende opgemerkt:

“De Reclame Code Commissie kan alleen kennis nemen van stukken die zijn

overgelegd. lndien u wenst dat op bepaalde publicaties zal worden ingegaan, dient u

deze derhalve over te leggen, met daarbij een markering van relevante passages en

met een toelichting”.

 

Reactie van adverteerder bij brief van 24 oktober 2016

 

In zijn oordeel onder 4 stelt de voorzitter:

“Gelet hierop kan de onderhavige uiting, (…,) slechts dan aanvaardbaar worden geacht indien wetenschappelijk bewijs bestaat waaruit onomstotelijk blijkt dat reguliere vaccinaties nadelen hebben en dat de aangeprezen homeopathische profylaxe hiervoor een daadwerkelijk alternatief is”.

 

In het verweer wordt uitgebreid en onomstotelijk aangetoond dat er nadelige consequenties kunnen zijn van reguliere vaccinaties. De bijsluiters van fabrikanten beschrijven de mogelijke schadelijke bijwerkingen, het jaarrapport van LAREB beschrijft de bij hen gemelde gevallen van vaccinatieschade en adverteerder geeft nog een aantal bewijzen in zijn bezwaar.

 

De voorzitter acht homeopathische profylaxe slechts aanvaardbaar als alternatief voor reguliere vaccinaties als er wetenschappelijk bewijs bestaat. Met de lijst van publicaties toont adverteerder aan dat er wetenschappelijk bewijs is voor de effectiviteit van de homeopathische profylaxe zonder daar inhoudelijk op in te gaan. Een van deze onderzoeken heeft adverteerder als voorbeeld nader beschreven en de referentie van het onderzoek is daarbij opgegeven. Het is niet adverteerders bedoeling noch noodzakelijk, gelet op de stellingname van de voorzitter, dat op deze en de op de lijst staande publicaties wordt ingegaan. De Reclame Code Commissie is immers niet het platform om de wereldwijd gevoerde discussie tussen de voor- en nadelen van vaccinatie te beslechten.

 

Adverteerder heeft hiermee willen aantonen dat het aanprijzen van homeopathische profylaxe als effectief en wetenschappelijk alternatief voor ouders die hun kind weigeren te laten vaccineren, gebaseerd is op wetenschappelijk onderzoek en derhalve aanvaardbaar dient te worden geacht.

 

De reactie van klager op het bezwaar tegen de beslissing van de voorzitter

 

Klager heeft het bezwaar gemotiveerd weersproken. Op deze reactie, die 18 pagina’s omvat, en waarbij een artikel van klager, getiteld: “De (on)zin van homeopathie en homeopatische profylaxe” is overgelegd, zal worden teruggekomen in het oordeel.

 

De mondelinge behandeling

 

Partijen hebben hun standpunten mondeling toegelicht. Op die toelichting zal worden teruggekomen in het oordeel.

 

Het oordeel van de Commissie

 

1.

Adverteerder heeft ter zitting vragen gesteld over de procedurele gang van zaken bij de behandeling van dit dossier. Het komt adverteerder voor dat de “beoordeling” of adverteerders websitepagina’s in strijd zijn met de NRC moet worden uitgevochten tussen klager en adverteerder, terwijl volgens adverteerder na een klacht, de voorzitter c.q. de Commissie zou moeten onderzoeken of er sprake is van strijd met de NRC.

Doordat klager schriftelijk heeft kunnen reageren op het bezwaarschrift, heeft klager het laatste woord gekregen. Dit druist in tegen het rechtvaardigheidsgevoel van adverteerder.

 

De Commissie stelt vast dat de procedurele gang van zaken voorafgaand aan de onderhavige zitting in overeenstemming is met hetgeen in het Reglement betreffende de Reclame Code Commissie en het College van Beroep is bepaald (hierna: Reglement). Dit Reglement is te vinden op www.reclamecode.nl. De Commissie wijst in het bijzonder op het bepaalde in artikel 12 lid 3 van het Reglement. Daarin staat: “Op de behandeling van het bezwaar is het bepaalde in de artikelen 13 tot en met 16 van overeenkomstige toepassing”. Overeenkomstig deze artikelen is klager in de gelegenheid gesteld om schriftelijk op het bezwaarschrift te reageren. Na de reactie van klager heeft de Commissie geen redenen gezien om partijen nader schriftelijk te laten reageren als bedoeld in artikel 13 lid 2 van het Reglement. Vervolgens zijn beide partijen in de gelegenheid gesteld hun standpunt ter zitting mondeling toe te lichten. Dit is geregeld in  artikel 14 lid 2 van het Reglement.

 

2.

Met betrekking tot de verschillende uitingen en onderdelen van het bezwaar oordeelt de Commissie als volgt.

 

3.

Volgens adverteerder heeft de voorzitter zijn beslissing dat uiting 1 in strijd is met artikel 7 NRC niet onderbouwd.

In de beslissing van de voorzitter staat onder het kopje: “

De beslissing van de voorzitter
” onder meer: 

“Op grond van het voorgaande acht de voorzitter uiting 1 in strijd met artikel 6 en artikel  7 NRC (….)”.

Dat de voorzitter uiting 1 in strijd acht met artikel 7 NRC is niet met zoveel woorden overwogen onder het kopje: “Het oordeel van de voorzitter”, maar in onderdeel 2 van het oordeel heeft de voorzitter overwogen dat er sprake is van “het bedrieglijk beweren dat adverteerder in staat is ziekten te genezen als bedoeld in nummer 16 van de bij artikel 8.5 NRC behorende bijlage 1. Uit de aanhef van bijlage 1, die luidt: “Onder alle omstandigheden misleidende reclame:” in combinatie met het bepaalde in nummer 16, volgt dat de voorzitter in dit geval heeft geoordeeld dat er sprake is van misleidende reclame en daardoor oneerlijke reclame als bedoeld in artikel 7 NRC.

Gelet op het bovenstaande acht de Commissie het bezwaar, dat de voorzitter zijn beslissing dat de uiting in strijd is met artikel 7 NRC niet heeft onderbouwd, ongegrond.

De Commissie zal hierna ingaan op adverteerders bezwaar tegen het oordeel van de voorzitter dat er sprake is van strijd met artikel 8.5 NRC.  

 

4.

In uiting 1 is sprake van “vaccinatieschade, in het bijzonder autisme”. Hierdoor wordt gesuggereerd dat vaccineren kan leiden tot autisme. De voorzitter heeft geoordeeld dat hier een verband wordt gesuggereerd dat feitelijke grondslag mist.

In zijn bezwaar tegen de voorzittersbeslissing heeft adverteerder gesteld dat hij zal aantonen dat vaccinatie kan leiden tot (gezondheidsschade, waaronder) autisme. Vervolgens heeft adverteerder onder meer meegedeeld dat dikwijls heel moeilijk te bewijzen is dat vaccineren er de oorzaak van is dat een kind klachten heeft gekregen uit het autistische spectrum en -onder verwijzing naar bronnen op internet- dat rechters in een Amerikaanse en in een Italiaanse rechtszaak hebben geconcludeerd dat vaccineren de oorzaak is geweest van autistische klachten. Verder heeft adverteerder gesteld, onder verwijzing naar tekst in een bijsluiter, dat fabrikanten in hun bijsluiter duidelijk maken dat autisme een gevolg kan zijn van hun vaccin.

 

In reactie op het bezwaar heeft klager onder meer meegedeeld dat “zeer veel gerenommeerde wetenschappers en onderzoeksgroepen” hebben getracht een verband te vinden tussen vaccinatie en autisme, maar dat zij hier geen van allen in zijn geslaagd. 

Verder heeft klager gesteld dat het feit dat autisme soms na vaccinatie optreedt, nog niet wil zeggen dat autisme ook door de vaccinatie is ontstaan. Klager heeft er ook op gewezen dat het moment waarop autisme doorgaans aan het licht komt, vaak samenvalt met de voornaamste vaccinatieleeftijd (6-15 maanden), waardoor het verband met vaccineren soms sterk lijkt.

Over de in het bezwaar bedoelde Italiaanse rechtszaak heeft klager meegedeeld dat daarin een getuige-deskundige optrad die zich beriep op een frauduleus onderzoek van ex-arts Andrew Wakefield, en dat het desbetreffende vonnis in hoger beroep is vernietigd.

Over de in het bezwaar geciteerde tekst van een fabrikant over een vaccin en autisme  heeft klager opgemerkt dat het in deze tekst niet gaat over bijwerkingen die de vaccinfabrikant heeft vastgesteld, maar over meldingen van ouders en artsen van ieder min of meer ernstig gezondheidsprobleem dat zich na de vaccinatie voordeed, in een langere periode na vaccinatie, van een grote groep kinderen.

 

Ter zitting heeft adverteerder met betrekking tot “het verband tussen vaccineren en autisme” gewezen op het resultaat van een onderzoek, uitgevoerd in 2004 voor -naar de Commissie begrijpt- het Amerikaanse RIVM, dat bij BMR-vaccinaties van Afro-Amerikaanse baby’s een drievoudig hoger risico op autisme bestond dan bij blanke kinderen. Verder heeft adverteerder gesteld dat Donald Trump:

– gelooft dat vaccins verantwoordelijk zijn voor “de autisme-epidemie”;

– nader onderzoek heeft aangekondigd en

– de officiële bewering dat er geen verband bestaat tussen vaccins en autisme verwerpt. 

Ten slotte heeft adverteerder ter zitting meegedeeld dat hij het niet relevant acht of er wel of niet ‘wetenschappelijk bewijs’ is voor de relatie tussen vaccineren en autisme. Het zijn de ouders die menen dat hun kind na de vaccinatie verschijnselen ging vertonen die vallen onder het autistisch spectrum, aldus adverteerder.

 

Gegeven het bovenstaande oordeelt de Commissie als volgt.

In de bestreden uiting wordt autisme aangeduid als “vaccinatieschade”. Klager heeft betwist dat vaccineren kan leiden tot autisme. Daarom lag het op de weg van adverteerder om aan te tonen dat er een oorzakelijk verband is of althans, kan zijn tussen vaccineren en autisme. Naar het oordeel van de Commissie is adverteerder daarin, met hetgeen hij daartoe heeft aangevoerd, niet geslaagd. Daartoe is het volgende redengevend.

 

In aansluiting op de aanduiding in de uiting van autisme als “vaccinatieschade” wordt in deze uiting op aanprijzende wijze de aandacht gevestigd op de “CEASE therapie”, “wat staat voor Complete Elimination of Autistic Spectrum Expression”. Gesteld wordt dat deze methode “toepasbaar is bij veel chronische klachten van kinderen en voor gedrags- en ontwikkelingsstoornissen”, waarbij “Autisme” als één van de voorbeelden wordt genoemd, en dat “Ook volwassenen met dergelijke klachten” “voordeel” “kunnen hebben van deze behandelingsmethode”.

Gegeven het niet vast staan van een verband tussen vaccineren en autisme, is de Commissie van oordeel dat er door de in de uiting opgenomen aanprijzing van de CEASE-therapie in geval van autisme als gevolg van vaccineren, sprake is van een bedrieglijk beweren dat een product een ziekte kan genezen als bedoeld in nummer 16 van bijlage 1 bij artikel 8.5 NRC.

Weliswaar komt het woord “genezen” op zichzelf in de besteden uiting niet voor, maar de gemiddelde consument zal de uiting, zeker gezien de woorden “Complete Elimination of Autistic Spectrum Expression”, opvatten in die zin dat met de CEASE-therapie autisme kan worden genezen. 

 

5.

Aangezien een oorzakelijk verband tussen vaccineren en autisme niet is komen vast te staan, is de Commissie, evenals de voorzitter, bovendien van oordeel dat de uiting, waarin “autisme” als vaccinatieschade wordt aangeduid, zonder te rechtvaardigen redenen appelleert aan gevoelens van angst als bedoeld in artikel 6 NRC.

 

6.

In uiting 2 wordt onder het kopje “Homeopatische profylaxe” onder meer gesteld:

“Homeopatische Profylaxe; alternatief voor vaccinatie”

en

“In Australië heeft homeopathisch arts Dr. lsaac Golden zich vanaf 1985 gespecialiseerd in het geven van homeopathische geneesmiddelen ter preventie van potentieel gevaarlijke (kinder)ziekten. In diverse boeken en publicaties rapporteert hij over zijn onderzoek en het onderzoek van anderen dat aantoont dat homeopathische profylaxe, dus het geven van homeopathische geneesmiddelen, een net zo’n hoge effectiviteit heeft als een vaccin”

en

“Dus, als u wilt voorkomen dat uw kind de bof, mazelen, kinkhoest of een andere infectieziekte krijgt en u kiest er voor uw kind niet te laten vaccineren, dan is dit een methode die aantoonbaar net zo’n goede bescherming geeft als vaccinatie en gegarandeerd zonder de schadelijke gevolgen van de vaccins. (…)
 

Klager heeft in zijn klacht bestreden dat Homeopatische profylaxe net zo effectief zou zijn als vaccinatie. Gelet daarop lag het op de weg van adverteerder de juistheid van de volgende mededelingen over “homeopathische profylaxe:

“(…) een net zo’n hoge effectiviteit heeft als een vaccin” en

“(…) een methode die aantoonbaar net zo’n goede bescherming geeft als vaccinatie en gegarandeerd zonder de schadelijke gevolgen van de vaccins” aan te tonen. Naar het oordeel van de Commissie is adverteerder daarin niet geslaagd. De enkele verwijzing door adverteerder naar de bij het bezwaarschrift gevoegde “Lijst van publicaties over de effectiviteit van homeopatische profylaxe” vormt onvoldoende grondslag voor bovengenoemde mededelingen.

Ook de verwijzing door adverteerder, met bronvermelding, naar homeopatische profylaxe, gegeven aan 2,3 miljoen Cubanen, hetgeen -aldus adverteerder- leidde tot een spectaculaire daling van het aantal doden aan leptospirose, rechtvaardigt niet bovengenoemde mededelingen.   

Klager heeft ten aanzien van het desbetreffende onderzoek onder meer gesteld dat dit weinig wetenschappelijke waarde heeft; het werd uitgevoerd zonder controlegroep, randomisatie of blindering. Verder heeft hij er op gewezen dat de uitbraak van leptospirose al over zijn piek heen was toen nog maar een minderheid van de bevolking homeopatische profylaxe had ontvangen. Bovendien heeft klager meegedeeld dat terwijl een dekkingsgraad van 96% in de desbetreffende regio werd bereikt, dit niet leidde tot zelfs maar een tijdelijke immuniteit van de bevolking voor leptospirose. Bij effectieve reguliere vaccinatie betekent een dergelijke hoge dekkingsgraad dat de ziekte vrijwel uitgeroeid moet zijn, aldus klager.  

 

Nu adverteerder de juistheid van bovengenoemde mededelingen niet heeft aangetoond, gaat uiting 2 gepaard met onjuiste informatie ten aanzien van de van het gebruik van homeopatische profylaxe te verwachten resultaten als bedoeld in artikel 8.2 aanhef en onder b NRC. Nu de gemiddelde consument er bovendien toe kan worden gebracht een besluit over een transactie te nemen dat hij anders niet had genomen, is de uiting misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC.

 

7.

De Commissie acht de uiting niet van dien aard dat deze een bedreiging inhoudt voor de lichamelijke volksgezondheid als bedoeld in artikel 4 NRC, zoals door de voorzitter overwogen. Meer in het bijzonder acht de Commissie het niet aannemelijk dat de gemiddelde consument als gevolg van de onderhavige uiting zal besluiten zichzelf of zijn of haar kind(eren) niet te laten vaccineren, in de veronderstelling dat -zo begrijpt de Commissie het oordeel van de voorzitter- reguliere vaccinaties meer nadelen dan voordelen hebben. 

 

8.

Wel is de Commissie van oordeel dat de uiting zonder te rechtvaardigen redenen appelleert aan gevoelens van angst als bedoeld in artikel 6 NRC, waar onder het kopje “De veiligheid van vaccinaties” wordt gesteld:

“Maar we weten ook dat mensen overlijden als gevolg van een vaccinatie of permanente hersenbeschadigingen oplopen”. De Commissie overweegt daartoe het volgende.

 

In zijn klacht heeft klager gesteld dat hier sprake is van “ongefundeerde bangmakerij”. Klager heeft hiertoe aangevoerd dat er geen recente gevallen van hersenbeschadiging of overlijden als gevolg van vaccinatie bekend zijn, zeker niet in Nederland, waarbij klager verwezen heeft naar www.lareb.nl.

In zijn bezwaarschrift is adverteerder onder het kopje “Vaccinatieschade” ingegaan op gezondheidsschade door vaccinatie, waarbij hij onder meer heeft gewezen op fondsen waaruit slachtoffers van vaccinatieschade schadevergoeding betaald zouden krijgen en op een verslag van 2015 van Lareb, waarin ernstige bijwerkingen zijn opgenomen die volgens adverteerder zouden zijn aangemerkt als het gevolg van vaccinatie.

In reactie hierop heeft klager onder meer gesteld dat waar het betreft “compensatiefondsen voor vaccinatieschade” bewijs van vaccinatieschade zelden of nooit wordt geleverd.

Over Lareb heeft klager gesteld dat er in 2015 ruim 2 miljoen vaccinaties zijn toegediend, resulterend in circa 1500 meldingen van bijwerkingen, waarvan 130 ‘ernstig’, maar dat geen melding is gemaakt van “overlijden als gevolg van een vaccinatie of permanente hersenbeschadigingen”. Voor zover in de loop der jaren enkele sterfgevallen zijn gemeld, is na onderzoek een causaal verband met vaccinatie onwaarschijnlijk of niet aanwezig gebleken, aldus klager.

 

Gegeven het bovenstaande heeft adverteerder de door klager bestreden mededeling “Maar we weten ook dat mensen overlijden als gevolg van een vaccinatie of permanente hersenbeschadigingen oplopen” niet voldoende onderbouwd. Nu de juistheid van deze mededeling niet is komen vast te staan, is de Commissie van oordeel dat de uiting zonder te rechtvaardigen redenen appelleert aan gevoelens van angst als bedoeld in artikel 6 NRC.

 

9.

Gelet op het bovenstaande wordt als volgt beslist.

 

De beslissing

 

De Commissie bevestigt de beslissing van de voorzitter met wijziging van gronden. Zij acht beide reclame-uitingen in strijd met de artikelen 6 en 7 NRC. Zij beveelt adverteerder aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.De bestreden reclame-uiting

Het betreft de volgende subpagina’s van de website http://www.[m.m.].nl:
1.  http://www.[m.m.].nl/diensten/vaccinatieschade/
“Vaccinatieschade (CEASE)
De in 2010 overleden homeopathische arts [naam] heeft zich jaren toegelegd op de behandeling van kinderen met vaccinatieschade, in het bijzonder autisme, het zgn. Post Vaccinaal Syndroom. Dit heeft uiteindelijk geleid tot een methode die hij CEASE therapie heeft genoemd, wat staat voor Complete Elimination of Autistic Spectrum Expression. Stap voor stap worden alle oorzakelijke factoren (vaccins, reguliere medicatie, intoxicaties, ziektes, etc.) ontgift met de homeopathisch verdunde en gepotentieerde stoffen die de problemen hebben veroorzaakt (Isopathie). (…) De methode is toepasbaar bij veel chronische klachten van kinderen en voor gedrags- en ontwikkelingsstoornissen (Autisme, ADHD, PPD-NOS, Asperger, etc.), agressie, concentratiestoornissen, epilepsie, etc. Ook volwassenen met dergelijke klachten kunnen voordeel hebben van deze behandelingsmethode”.

2.  http://wvwv.[m.m.]l/diensten/homeopathische-profylaxe/
Profylaxe; alternatief voor vaccinatie
In Australië heeft homeopathisch arts Dr lsaac Golden zich vanaf 1985 gespecialiseerd in het geven van homeopathische geneesmiddelen ter preventie van potentieel gevaarlijke (kinder)ziekten. In diverse boeken en publicaties rapporteert hij over zijn onderzoek en het onderzoek van anderen dat aantoont dat homeopathische profylaxe, dus het geven van homeopathische geneesmiddelen, een net zo’n hoge effectiviteit heeft als een vaccin. (…) Dus, als u wilt voorkomen dat uw kind de bof, mazelen, kinkhoest of een andere infectieziekte krijgt en u kiest er voor uw kind niet te laten vaccineren, dan is dit een methode die aantoonbaar net zo’n goede bescherming geeft als vaccinatie en gegarandeerd zonder de schadelijke gevolgen van de vaccins. (…)
De veiligheid van vaccinaties
Korte termijn: De meeste korte termijn reacties zijn redelijk mild, zoals slapeloosheid, schreeuwen, trillingen, huiduitslag, etc. Maar we weten ook dat mensen overlijden als gevolg van een vaccinatie of permanente hersenbeschadigingen oplopen. In een aantal landen (niet in Nederland) zijn door de overheid compensatiefondsen opgericht voor mensen met vaccinatieschade. In de VS bijvoorbeeld zijn er inmiddels vele honderden miljoenen dollars uitbetaald, maar ook in Groot-Brittannië en Japan zijn al vele tientallen miljoenen uitgekeerd aan vaccinatieslachtoffers.”

 

De klacht

Ten aanzien van uiting 1 (subpagina vaccinatieschade)
In deze uiting verkondigt adverteerder dat ‘vaccinatieschade’ de oorzaak zou zijn van autisme. Hij biedt genezing aan in de vorm van de CEASE-therapie. Dit zijn onwaarheden. Vaccinatieschade bestaat niet en wetenschappelijk onderzoek heeft geen enkel verband kunnen vinden tussen vaccinatie en autisme. Voorts is het genezen van autisme onmogelijk.

Ten aanzien van uiting 2 (subpagina homeopathische profylaxe)
In deze uiting staat dat homeopathische profylaxe net zo effectief zou zijn als reguliere vaccinatie (“aantoonbaar net zo’n goede bescherming als vaccinatie”). Dit is onwaar. Van homeopathische profylaxe is niet aangetoond dat het ook maar enige bescherming biedt tegen infectieziekten. Als bewijs voor de effectiviteit worden al lang ontkrachte onderzoeken van homeopaat lsaac Golden aangehaald. Hierdoor wordt een vals gevoel van veiligheid verkocht. De homeopathische profylaxe wordt aangeprezen met daarbij de vermelding van vermeende risico’s van reguliere vaccinaties. Zo wordt ten onrechte beweerd dat reguliere vaccinaties significante risico’s op ernstige bijwerkingen en blijvende schade meebrengen en ook dodelijk kunnen zijn. Dit alles wordt op geen enkele wijze ondersteund door de wetenschappelijke consensus en ook niet door onder meer de meldingen van bijwerkingen die bij het ‘Lareb’ zijn binnengekomen. Adverteerder maakt mensen bang voor reguliere vaccinaties met een waslijst aan vermeende schadelijke gevolgen, tot hersenbeschadiging en overlijden aan toe. Dit is ongefundeerde bangmakerij. Er zijn geen recente gevallen van hersenbeschadiging of overlijden als gevolg van vaccinatie bekend, zeker niet in Nederland. Er wordt verder al meer dan honderd jaar doorlopend wetenschappelijk onderzoek gedaan naar de gevolgen van ieder vaccin, zowel wat betreft effectiviteit als veiligheid. De uitkomst tot dusver is steevast dat alle vaccins zeer veilig zijn, en dat de meeste ook zeer effectief zijn.

 

Het verweer

Klager uit loze beschuldigingen zonder wetenschappelijk verantwoorde onderbouwing en geeft blijk van afwijkende standpunten. Vele miljoenen mensen over de hele wereld zijn het niet met hem eens en ondervinden dagelijks profijt van homeopathie. Ook is er een scala aan wetenschappelijke onderzoeken die de werking van homeopathie aantonen. Mensen als klager doen erg hun best om, tegen al deze bewijzen in, homeopathie in diskrediet te brengen. Zij zijn volstrekt niet ontvankelijk voor welke informatie dan ook die niet strookt met hun visie. Het heeft dus geen enkele zin lange lijsten te produceren met bewijs voor de werking van homeopathie, homeopathische profylaxe of de CEASE-therapie. Op de website van adverteerder zijn daarvoor voldoende voorbeelden te vinden. Een ieder heeft recht op vrijheid van mening en meningsuiting. Dit recht omvat de vrijheid om zonder inmenging een mening te koesteren en om door alle middelen en ongeacht grenzen inlichtingen en denkbeelden te ontvangen en door te geven. Het uitoefenen van homeopathie in Nederland is rechtmatig. Derhalve heeft adverteerder als homeopaat het recht correcte informatie te verschaffen over de effectiviteit van zijn behandelwijze.

 

Het oordeel van de voorzitter

Algemeen

1)  De voorzitter stelt voorop dat de Reclame Code Commissie tot taak heeft te beoordelen of reclame wordt gemaakt in overeenstemming met de Nederlandse Reclame Code (NRC). Om die reden zal de voorzitter zich niet uitspreken over de werking of de effectiviteit van homeopathie in het algemeen, maar op basis van de klacht beoordelen of de bestreden uitingen voldoen aan de NRC. Klager baseert de klacht op de artikelen 2 (waarheid), 3 (het algemeen belang), 4 (bedreiging voor de volksgezondheid) en 6 (appelleren aan angst) NRC. Voor zover adverteerder zich beroept op de vrijheid van meningsuiting, oordeelt de voorzitter dat dit recht niet in de weg staat aan toetsing van reclame-uitingen aan de NRC.

Ten aanzien van uiting 1 (subpagina “Vaccinatieschade CEASE”)

2)  Ten aanzien van deze uiting oordeelt de voorzitter, gelet op de inhoud van de klacht, als volgt. Hier wordt onder meer gesproken over “vaccinatieschade”, in het bijzonder in de vorm van autisme, het ”Post Vaccinaal Syndroom”. Met het oog hierop is volgens de uiting de CEASE therapie ontwikkeld (“Complete Elimination of Autistic Spectrum Expression”) waarbij onder meer vaccins worden “ontgift” met homeopathische verdunde stoffen. Voor zover in de uiting wordt gesproken over “vaccinatieschade” en daarbij de indruk wordt gewekt dat vaccineren kan leiden tot autisme, is de voorzitter van oordeel dat adverteerder een verband suggereert dat feitelijke grondslag mist. Adverteerder heeft immers niet inhoudelijk gereageerd op de stelling van klager dat er geen verband bestaat tussen vaccineren en autisme, terwijl dit ook verder niet aannemelijk is. Ten onrechte beweert adverteerder aldus dat vaccineren tot autisme kan leiden. De daarmee verband houdende mededeling in de uiting dat adverteerder autisme als gevolg van vaccineren kan behandelen, dient daarom eveneens ongefundeerd te worden geacht. In zoverre is sprake van het bedrieglijk beweren dat adverteerder in staat is ziekten te genezen als bedoeld in de zin van nummer 16 van de bij artikel 8.5 NRC behorende bijlage 1. Daarnaast oordeelt de voorzitter dat uiting 1 op grond van het voorgaande zonder te rechtvaardigen redenen appelleert aan gevoelens van angst door te spreken over vaccinatieschade, in het bijzonder in de vorm van autisme. Van de uiting gaat de ongefundeerde boodschap uit dat vaccineren een directe oorzaak van autisme kan zijn. Hierdoor wordt ten onrechte angst ingeboezemd voor vaccinaties en is uiting 1 tevens in strijd met artikel 6 NRC.

Ten aanzien van uiting 2 (“Homeopathische Profylaxe; alternatief voor vaccinatie”)

3)  In deze uiting wordt onder meer gezegd dat homeopathische profylaxe “een net zo’n hoge effectiviteit heeft als een vaccin” en “net zo’n goede bescherming geeft als vaccinatie”. Anders dan in uiting 1, wordt in uiting 2 aldus beweerd dat adverteerder een effectief alternatief biedt voor vaccineren in de vorm van homeopathische profylaxe“ en wel “gegarandeerd zonder de schadelijke gevolgen van de vaccins”. In verband met het laatste wordt gewezen op lichamelijke reacties waartoe vaccineren volgens adverteerder zou kunnen leiden, zoals slapeloosheid, schreeuwen, trillingen en huiduitslag, waarbij ook wordt gezegd dat “mensen overlijden als gevolg van vaccinatie of permanente hersenbeschadiging oplopen”. Dit zou in Amerika hebben geleid tot vele honderden miljoenen dollars aan vergoeding van vaccinatieschade, terwijl in Groot-Brittannië en Japan vele tientallen miljoenen zouden zijn uitgekeerd aan vaccinatieslachtoffers.

4)  In het onderhavige geval zet adverteerder zich door voorgaande mededelingen af tegen reguliere vaccinaties die zijn bedoeld om bij kinderen en reizigers ernstige ziekten te voorkomen. Gelet hierop kan de onderhavige uiting, met het oog op de bescherming van de lichamelijke volksgezondheid, slechts dan aanvaardbaar worden geacht indien wetenschappelijk bewijs bestaat waaruit onomstotelijk blijkt dat reguliere vaccinaties nadelen hebben en dat de aangeprezen homeopathische profylaxe hiervoor een daadwerkelijk alternatief is. Voorkomen dient immers te worden dat mensen besluiten zichzelf of hun kinderen niet te laten vaccineren door niet gefundeerde beweringen in een reclame-uiting. Dit risico doet zich hier voor. De voorzitter acht de kans reëel dat de uiting mensen ertoe kan brengen af te zien van reguliere vaccinaties in de veronderstelling dat deze meer voor- dan nadelen hebben, en dat adverteerder hen een beter alternatief biedt in de vorm van homeopathische profylaxe. Adverteerder heeft de mededelingen over de nadelen van reguliere vaccinatie respectievelijk de effectiviteit van zijn behandeling echter niet (in de vereiste mate) onderbouwd, waardoor deze niet als juist kunnen worden beschouwd. Adverteerder heeft slechts naar zijn website verwezen waar volgens hem voorbeelden van de werking van homeopathische profylaxe zijn te vinden. De voorzitter oordeelt dat adverteerder met deze verwijzing van het voorgaande niet kon volstaan. Derhalve kan niet worden aangenomen dat reguliere vaccinaties nadelen hebben en dat homeopathische profylaxe hiervoor een goed alternatief is, zodat de uiting over dit alles onjuiste verwachtingen wekt.

5)  De gevolgen van het voorgaande zijn dermate ernstig te achten, dat de onderhavige uiting in strijd met artikel 4 NRC is, omdat deze een directe bedreiging voor de lichamelijke volksgezondheid inhoudt. Uiting 2 kan immers ertoe leiden dat mensen afzien van reguliere vaccinatie en kiezen voor homeopathische profylaxe als alternatief voor reguliere vaccinatie, terwijl niet is gebleken dat homeopathische profylaxe de bescherming biedt tegen gevaarlijke infectieziekten die reguliere vaccinatie wel heeft. Uiting 2 dient daarom ontoelaatbaar te worden geacht. Nu deze uiting reeds om deze reden in strijd met de NRC is, komt de voorzitter niet meer toe aan de vraag of deze uiting ook om andere redenen in strijd met de Nederlandse Reclame Code is. Derhalve wordt beslist als volgt.

 

De beslissing van de voorzitter

Op grond van het voorgaande acht de voorzitter uiting 1 in strijd met artikel 6 en artikel 7 NRC, respectievelijk uiting 2 in strijd met artikel 4 NRC. De voorzitter beveelt adverteerder aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.

Opnieuw uitspraken zoeken

Op datum, dossiernummer, trefwoord of soort uitspraak of een combinatie van deze zoekopties.

*Verplicht in te vullen velden

Uitgebreid zoeken