a a a
 

Uitspraken

Alle uitspraken van de Reclame Code Commissie en het College van Beroep vanaf 2007 vindt u hier.

Terug naar zoekresultaten

Voeding en niet- alcoholhoudende dranken

Dossiernr:

2014/00357

Datum:

02-07-2014

Uitspraak:

Afwijzing

Product/dienst:

Voeding en niet- alcoholhoudende dranken

Motivatie:

Misl. Voornaamste kenmerken product

Medium:

Audiovisuele Mediadiensten

De bestreden reclame-uiting

Het betreft de benaming “yoghurt” voor het zuivelproduct Oikos op verpakkingen, op de website van Danone (www.danone.nl) en in een televisiereclame. Op de verpakkingen staat “de stevige yoghurt bij trek”. Op de website en in de televisiecommercial wordt Oikos aangeprezen als “de yoghurt die steviger is dan je trek”.

De klacht

Het aanduiden van Oikos als “yoghurt” is in strijd met artikel 7 van de Nederlandse Reclame Code (NRC), waarin is bepaald dat reclame niet oneerlijk mag zijn. Omdat Oikos een melk verdikt met polymeren is, en geen vet en melkzuurbacteriën bevat, voldoet het product niet aan de in artikel 8 van het Warenwetbesluit Zuivel gestelde eisen om yoghurt genoemd te mogen worden.

Het verweer

Oikos is een stevig zuivelproduct, oftewel “yoghurt”, op een vruchtenlaag in verschillende smaken.

De klacht betreft in feite naleving van de (Europese) bepalingen inzake zuivelproducten door Danone. Met het toezicht op de naleving van deze (Europese) voorschriften is de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit belast. Naar analogie van de uitspraak van 20 december 2013 in dossier 2013/00848 meent adverteerder dat er reeds hierom geen aanleiding is om de benaming “yoghurt” voor Oikos zelfstandig te toetsen aan deze (Europese) bepalingen.

Voorts voert adverteerder aan dat de Oikos-producten op grond van de Europese en Nederlandse levensmiddelenwetgeving als “yoghurt” mogen worden aangeduid, omdat deze producten voldoen aan de vereisten van artikel 114 jo. Bijlage XII van Verordening (EG) nr. 1234/2007 en het Warenwetbesluit Zuivel. Adverteerder licht dit als volgt toe:

– Oikos-producten zijn samengestelde zuivelproducten.

– Het yoghurtdeel is bereid uit uitsluitend (gefermenteerde) koemelk. De polymeren waarnaar klager verwijst, zijn de voor de bereiding van de vruchtenlaag gebruikte verdikkingsmiddelen, die geen enkele invloed hebben op het “yoghurtdeel” dat wettelijk gezien nog steeds een yoghurt is.

– Oikos-producten bevatten – anders dan klager stelt – wel een groot aantal (steeds minstens 107) levende micro-organismen van yoghurtcultuur. Omdat voor het yoghurtdeel echter geen andere ingrediënten zijn gebruikt dan koemelkbestanddelen, enzymen en culturen van micro-organismen, is (op grond van artikel 8 lid 4 Warenwetbesluit Zuivel) het vermelden van een lijst van ingrediënten niet verplicht en mag voor het yoghurtdeel worden volstaan met de aanduiding “yoghurt”.

– Oikos-producten voldoen aan de wettelijke bepalingen inzake het vetgehalte. Anders dan klager stelt, is de aanduiding “yoghurt” niet uitsluitend toegestaan voor “volle” yoghurt, maar ook voor halfvolle, magere en vetvrije yoghurt (zie art. 17 Warenwetbesluit Zuivel en Verordening (EG) nr. 1924/2006). Het vetgehalte van Oikos Aardbei, waarop klager zijn klacht baseert, is 0,1 g/100 g en voldoet daarmee aan de vereisten voor de claim “vetvrij” waarvoor de vermelding “mager” of – zoals op de verpakking staat – “0% vet” mag worden gebruikt.

Uit het voorgaande blijkt dat Oikos-producten voldoen aan de wettelijke definitie van yoghurt en dat de aanduiding “yoghurt” geen verkeerde verwachtingen wekt bij de gemiddelde consument. Van oneerlijke reclame is daarom geen sprake.

Het oordeel van de Commissie

De Commissie stelt voorop dat zij zich bevoegd acht de klacht over de benaming van Oikos-producten als ‘yoghurt’ te beoordelen, nu deze benaming deel uitmaakt van de als reclame-uitingen aan te merken verpakkingen, televisiecommercial en productbeschrijving van Oikos op adverteerders website. In zoverre gaat de vergelijking door adverteerder met de uitspraak van de voorzitter van de Commissie in dossier 2013/00848 mank, in welke zaak de vraag aan de orde was of sprake was van (ongeoorloofde) reclame in een uitzending van De Wereld Draait Door.

De klacht dient naar het oordeel van de Commissie te worden afgewezen. Tegenover de enkele bewering van klager dat de aanduiding “yoghurt” voor Oikos-producten niet toegestaan is gelet op het verdikken van de melk met polymeren en de afwezigheid van vet en melkzuurbacteriën, heeft adverteerder gemotiveerd en onder verwijzing naar de toepasselijke bepalingen uiteengezet dat Oikos-producten voldoen aan de wettelijke vereisten die gelden voor de aanduiding van een zuivelproduct als yoghurt. Van de door klager gestelde misleiding bij de benaming van Oikos-producten is niet gebleken. Daarom wordt als volgt beslist.

De beslissing

De Commissie wijst de klacht af.

 

Opnieuw uitspraken zoeken

Op datum, dossiernummer, trefwoord of soort uitspraak of een combinatie van deze zoekopties.

*Verplicht in te vullen velden

Uitgebreid zoeken