De klacht

Klager heeft bij brief van 19 december 2016 ten opzichte van de Nationale Postcode Loterij gebruik gemaakt van zijn recht van verzet om de geadresseerde reclame door dit bedrijf te laten stoppen, waarbij hij heeft verwezen naar artikel 41 van de Wet bescherming persoonsgegevens. Met ingang van medio 2017 ontvangt hij geen geadresseerde reclame meer van de Nationale Postcode Loterij. Sindsdien ontvangt hij echter zeer regelmatig reclame van de BankGiroLoterij. De BankGiroLoterij is, evenals de Nationale Postcode Loterij, onderdeel van de Nationale Goede Doelen Loterijen N.V. Klager stelt dat de BankGiroLoterij hem geen geadresseerde reclame mag toezenden, hetzij omdat hij geen klant van haar is hetzij omdat de BankGiroLoterij en de Nationale Postcode Loterij hetzelfde bedrijf zijn en het recht van verzet daarom ook voor de BankGiroLoterij geldt.

Het verweer

Het staat bedrijven vrij om consumenten die niet staan ingeschreven bij Postfilter (zoals klager) te benaderen via direct mail. Het stopzetten van de geadresseerde reclame van de Nationale Postcode Loterij en het versturen van geadresseerde reclame van de BankGiroLoterij houdt geen verband met elkaar. Naar aanleiding van de klacht heeft de BankGiroLoterij klager telefonisch benaderd om hem een en ander toe te lichten. Inmiddels heeft zij ervoor gezorgd dat klager geen geadresseerde post meer van haar zal ontvangen en dat hij telefonisch niet meer door haar benaderd zal worden. De BankGiroLoterij heeft bovendien in haar interne registers voor het recht van verzet vastgelegd dat klager geen e-mail meer van haar zal ontvangen. Klager dient rekening te houden met een verwerkingstijd van 4 tot 6 weken.

Het oordeel van de voorzitter

1)  Klager is geen klant van de BankGiroLoterij. Hij heeft zich blijkbaar niet ingeschreven in het Nationaal Postregister. Dit laatste impliceert dat de BankGiroLoterij geadresseerde reclame aan hem mocht toezenden. Verwerkingen van persoonsgegevens ten behoeve van direct marketing worden immers geacht te zijn gebaseerd op de gerechtvaardigd belangen van de betrokken adverteerder, zodat in die situatie de verwerking van persoonsgegevens rechtmatig is (vgl. voor de thans geldende regeling nr. 47 van de considerans van de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) en hoofdstuk 4.3.6 Justitie Handleiding AVG). De stelling van klager dat de BankGiroLoterij hem geen geadresseerde reclame mag toezenden enkel omdat hij geen klant van haar is, dient derhalve onjuist te worden geacht.

2)  Vervolgens dient te worden beoordeeld of het door klager ten opzichte van de Nationale Postcode Loterij uitgeoefende recht van verzet ook geldt ten opzichte van de BankGiroLoterij. Klager stelt in dit verband dat de BankGiroLoterij en de Nationale Postcode Loterij beide onderdeel zijn van de Nationale Goede Doelen Loterijen N.V. Op zichzelf genomen staat dit niet ter discussie. Daarmee is echter niet gezegd dat beide loterijen voor de verwerking van persoonsgegevens ook kunnen worden vereenzelvigd. In dat verband is van belang dat uit het Privacy & Cookie Statement op de website van de BankGiroLoterij blijkt dat de Goede Doelen Loterijen ieder voor zich verantwoordelijk zijn voor de verwerking van persoonsgegevens in de zin van de AGV. Daarbij is de BankGiro Loterij N.V. verantwoordelijk voor alle gegevensverwerkingen van de BankGiro Loterij, en de Nationale Postcode Loterij N.V. voor alle gegevensverwerkingen van de Nationale Postcode Loterij. Derhalve zijn afzonderlijke rechtspersonen verantwoordelijk voor de gegevensverwerking per loterij. De voorzitter ziet onder deze omstandigheden geen aanleiding om te oordelen dat het door klager ten opzichte van de Nationale Postcode Loterij uitgeoefende recht van verzet ook werkt ten opzichte van de BankGiroLoterij. Derhalve wordt geoordeeld dat klager geen recht van verzet heeft uitgeoefend ten opzichte van de BankGiroLoterij.

3)  Op grond van het voorgaande mag de BankGiroLoterij geadresseerde reclame toezenden aan klager zolang hij ten opzichte van haar geen gebruik maakt van zijn recht van verzet. De ingediende klacht kan overigens als het uitoefenen van dit recht worden aangemerkt en ook de BankGiroLoterij heeft dat als zodanig opgevat. Uit hetgeen de BankGiroLoterij stelt, blijkt dat klager geen geadresseerde reclame meer van haar zal ontvangen en dat hij ook overigens niet meer door haar benaderd zal worden in verband met reclame. De voorzitter beslist derhalve als volgt.

De beslissing van de voorzitter

Gelet op het bovenstaande wijst de voorzitter de klacht af.