De bestreden reclame-uiting

Het betreft een aan klaagster geadresseerde brief, bevattende een “Oproepkaart voor Gratis Hoortest” en een begeleidende brief.

De klacht

De geadresseerde brief met oproepkaart die is verstuurd in een envelop met de opdruk

“Landelijke oproep

voor de controle van uw gehoor”

doet vermoeden dat het om een bevolkingsonderzoek gaat.

Adverteerder kent klaagsters leeftijd, hoewel klaagster haar gegevens niet aan adverteerder heeft verstrekt. Adverteerder heeft klaagster niet kunnen meedelen hoe men aan klaagsters persoonlijke gegevens is gekomen.

Mondelinge toelichting

Uit de op de envelop staande tekst is direct duidelijk dat het een controle van het gehoor betreft.

Met betrekking tot klaagsters bezwaar tegen het gebruik van haar persoonsgegevens stelt adverteerder samen te werken met professionele partijen die de Wet Bescherming Persoonsgegevens in acht nemen. Adverteerder heeft een adresbestand gekocht bij Cendris, bedrijfsonderdeel van PostNL, van personen van 55 jaar en ouder. Indien bij adverteerder wordt geïnformeerd naar het gebruik van een bepaalde naam, wordt men doorverwezen naar degene van wie het desbetreffende bestand is gekocht.

Het oordeel van de Commissie

Ingevolge artikel 11.1 van de Nederlandse Reclame Code (NRC) dient reclame duidelijk als zodanig herkenbaar te zijn. Volgens de vaste lijn van beslissingen van de Commissie en het College van Beroep is aan dit vereiste voldaan indien het publiek waarvoor de uiting is bestemd zonder moeite, reeds op grond van de envelop kan vaststellen dat een bepaalde uiting reclame is. Naar het oordeel van de Commissie is dat bij de onderhavige geadresseerde uiting niet het geval.

De geadresseerde envelop waarop -afgezien van een postbusnummer in Dordrecht- alleen staat: “Landelijke oproep voor de controle van uw gehoor”

acht de Commissie niet als reclame-uiting herkenbaar. De gemiddelde consument, in dit geval de gemiddelde consument van 55 jaar en ouder, zal bij lezing van deze tekst veeleer de indruk krijgen te worden uitgenodigd voor een door de overheid georganiseerde controle van het gehoor, nu een afzender op de envelop ontbreekt.

Pas na opening van de envelop wordt duidelijk dat deze een reclame-uiting van Schoonenberg Hoorcomfort bevat. Zowel op de “Oproepkaart” als in de begeleidende brief staat verschillende malen duidelijk adverteerders naam, zodat in zoverre geen sprake is van misleidende en daardoor oneerlijke reclame in de zin van artikel 7 NRC.

Wat betreft klaagsters bezwaar tegen het feit dat zij de onderhavige uiting heeft ontvangen, overweegt de Commissie dat klaagsters persoonsgegevens kennelijk deel uitmaken van het door adverteerder gekochte adresbestand. Nu niet is gesteld of gebleken dat klaagster zich heeft ingeschreven in het Post Register, zijnde het bestand waarin persoonsgegevens zijn opgenomen van personen die niet willen worden benaderd via Direct Mail, heeft adverteerder niet gehandeld in strijd met de Code voor het gebruik van Postfilter door klaagster de onderhavige reclame-uiting toe te sturen.

De beslissing

Op grond van het hierboven overwogene acht de Commissie de reclame-uiting in strijd met artikel 11.1 NRC en beveelt zij adverteerder aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.

Voor het overige wijst zij de klacht af.