a a a
 

Uitspraken

Alle uitspraken van de Reclame Code Commissie en het College van Beroep vanaf 2007 vindt u hier.

Terug naar zoekresultaten

(Niet)-commerciele reclame

Status:

Dossiernr:

2020/00575

Datum:

21-12-2020

Uitspraak:

VT (=voorzitterstoewijzing)

Product/dienst:

(Niet)-commerciele reclame

Motivatie:

Verspreiding

Medium:

Ongeadresseerd drukwerk

De klacht

Klager maakt bezwaar tegen het feit dat afzender een flyer met daarop een uitnodiging voor een ritueel in Kerkelijk Centrum De Regenboog in haar brievenbus heeft gedeponeerd. De brievenbus is voorzien van een NEE/JA-sticker. Klager heeft al een paar keer aan afzender gevraagd om geen flyer meer in de brievenbus te doen, maar geen bevredigende reactie van afzender ontvangen. 

 

Het verweer

Afzender stelt dat geen sprake is van reclame, maar van een uitnodiging. Daarnaast valt de flyer volgens afzender niet onder ongeadresseerde post, maar is sprake van geadresseerde post.

 

Het oordeel van de voorzitter

In de eerste plaats dient beoordeeld te worden of sprake is van reclame. De voorzitter beantwoordt deze vraag bevestigend. Krachtens artikel 1 van de Nederlandse Reclame Code (NRC) en artikel 1.1.A Code Verspreiding Ongeadresseerd Reclamedrukwerk (Code VOR), dient onder reclame te worden verstaan: iedere openbare en/of systematische directe dan wel indirecte aanprijzing van goederen, diensten en/of denkbeelden (tezamen: producten).

Ook een flyer als de onderhavige valt onder het bereik van deze code. In de flyer is immers sprake van een directe aanprijzing van het ritueel in het kerkelijk centrum en van een uitnodiging om aan dit ritueel deel te nemen. Hierdoor heeft de uiting een aanprijzend karakter met betrekking tot (de denkbeelden van) afzender en moet de flyer aangemerkt worden als reclame in de zin van artikel 1 NRC in verbinding met artikel 1.1.A Code VOR. De uiting is ongeadresseerd, nu deze huis-aan-huis is verspreid zonder vermelding van een specifiek adres van de ontvanger. De vermelding “Aan de bewoners van de Merenwijk te Leiden” ,is onvoldoende om de uiting als geadresseerd te kunnen aanmerken gelet op artikel 1.1.D van de Code VOR.

Als onweersproken is komen vast te staan dat de van afzender afkomstige flyer is gedeponeerd in de brievenbus van klager, die is voorzien van een NEE/JA-sticker in de zin van de Code VOR. Het betreft, naar de voorzitter aanneemt een sticker als vermeld in bijlage 1 bij de Code VOR. Met deze sticker wordt kenbaar gemaakt dat de bewoner geen ongeadresseerd reclamedrukwerk wenst te ontvangen.

Nu desondanks de bewuste flyer in de brievenbus van klaagster is gedeponeerd, is artikel 3.1 van de Code VOR overtreden. Ingevolge dit artikel dienen afzenders en verspreiders ieder voor zich en in gezamenlijk overleg alle maatregelen en voorzieningen te treffen die noodzakelijk zijn teneinde de respectering van de op bijlage 1 bij de Code VOR vermelde stickers te bereiken en voor de verdere uitvoering en naleving van de Code VOR.

Ten slotte merkt de voorzitter voor de volledigheid op dat in het onderhavige geval uitsluitend getoetst wordt aan de Code VOR, nu de flyer is verspreid op 17 oktober 2020 en de gemeentelijke regeling in Leiden ten aanzien van het verbod op ongeadresseerd reclamedrukwerk op 20 oktober 2020 in werking is getreden. Gelet op de inwerkingtreding van deze nieuwe regeling wordt in dit geval volstaan met de enkele constatering dat afzender heeft gehandeld in strijd met artikel 3.1 van de Code VOR door de flyer op 17 oktober 2020 op deze wijze te verspreiden.

 

De beslissing

Op grond van het voorgaande heeft afzender gehandeld in strijd met het bepaalde in artikel 3.1 Code VOR.
 

Opnieuw uitspraken zoeken

Op datum, dossiernummer, trefwoord of soort uitspraak of een combinatie van deze zoekopties.

*Verplicht in te vullen velden

Uitgebreid zoeken