a a a
 

Uitspraken

Alle uitspraken van de Reclame Code Commissie en het College van Beroep vanaf 2007 vindt u hier.

Terug naar zoekresultaten

(Niet)-commerciele reclame

Dossiernr:

2021/00148

Datum:

29-04-2021

Uitspraak:

Vrijblijvend advies

Product/dienst:

(Niet)-commerciele reclame

Motivatie:

Bijzondere Reclamecode

Medium:

Ongeadresseerd drukwerk

De klacht

De brievenbus van klager is voorzien van een NEE/JA-sticker. Klager maakt bezwaar tegen het feit dat afzender een pamflet met onder meer de volgende tekst in de brievenbus heeft gedaan:
“Laat de Leidse parken met rust
Referendum: stem tegen
www.roomburgerpark.nl”
Klager heeft hierover contact gezocht met afzender, maar een onbevredigende reactie ontvangen.


Het verweer

Volgens afzender is de Code Verspreiding Ongeadresseerd Reclamedrukwerk (Code VOR) niet van toepassing, onder andere omdat zij niet kan worden aangemerkt als handelaar in de zin van de Europese Verordening betreffende samenwerking consumentenbescherming (Verordening (EU) 2017/2394 van 12 december 2017). Daarnaast stelt afzender dat een verbod op de verspreiding van haar flyers in strijd is met het recht op vrijheid van meningsuiting. Tot slot is het flyeren voor afzender de enige mogelijkheid om bewoners van andere wijken te bereiken.

 

Het oordeel van de voorzitter

1)  In de eerste plaats dient beoordeeld te worden of sprake is van reclame. De voorzitter beantwoordt deze vraag bevestigend. Krachtens artikel 1 van de Nederlandse Reclame Code (NRC) dient onder reclame te worden verstaan: iedere openbare en/of systematische directe dan wel indirecte aanprijzing van goederen, diensten en/of denkbeelden. Het aanprijzen van een politiek denkbeeld door middel van een pamflet valt onder de definitie van ongeadresseerd reclamedrukwerk in de zin van artikel 1.1 sub d Code VOR. Nu op de bewuste folder geen vermelding is van adres (of postbus) en woonplaats van de ontvanger, is sprake van ongeadresseerd reclamedrukwerk. Dat deze reclame afkomstig is van een actiegroep in de vorm van een ideële stichting, en niet van een handelaar in de door afzender bedoelde zin, is voor deze zaak niet relevant. De Code VOR gaat uit van het ruime begrip ‘afzender’ dat ook een ideële stichting omvat. De Code VOR bevat zelfstandige verplichtingen voor een afzender waaraan de door verweerder bedoelde regelgeving niet kan afdoen. Die regelgeving voorziet, anders dan de Code VOR, niet in een specifieke regeling met betrekking tot (het bezorgen van) ongeadresseerd reclamedrukwerk. De voorzitter zal daarom aan de Code VOR toetsen.

2)  Als onweersproken is komen vast te staan dat het van afzender afkomstige drukwerk is gedeponeerd in de brievenbus van klager, die is voorzien van een NEE/JA-sticker in de zin van de Code VOR. Het betreft, naar de voorzitter aanneemt een sticker als vermeld in bijlage 1 bij de Code VOR. Met deze sticker wordt kenbaar gemaakt dat de bewoner geen ongeadresseerd reclamedrukwerk wenst te ontvangen.

3)  Nu desondanks het bewuste drukwerk in de brievenbus van klager is gedeponeerd, is artikel 3.1 van de Code VOR overtreden. Ingevolge dit artikel dienen afzenders en verspreiders ieder voor zich en in gezamenlijk overleg alle maatregelen en voorzieningen te treffen die noodzakelijk zijn teneinde de respectering van de op bijlage 1 bij de Code VOR vermelde stickers te bereiken en voor de verdere uitvoering en naleving van de Code VOR.

4)  Gelet op het vorenstaande wordt als volgt beslist waarbij op grond van de aard van de uiting en de daarmee samenhangende ruime vrijheid van meningsuiting van afzender zal worden volstaan met een advies in plaats van een aanbeveling.

 

De beslissing

Afzender heeft artikel 3.1 van de Code VOR overtreden en de voorzitter adviseert afzender om voortaan niet meer op een dergelijke wijze reclame te (doen) verspreiden.

Opnieuw uitspraken zoeken

Op datum, dossiernummer, trefwoord of soort uitspraak of een combinatie van deze zoekopties.

*Verplicht in te vullen velden

Uitgebreid zoeken