a a a
 

Uitspraken

Alle uitspraken van de Reclame Code Commissie en het College van Beroep vanaf 2007 vindt u hier.

Status:

Dossiernr:

2020/00181

Datum:

21-07-2020

Uitspraak:

VT voor zover nodig

Product/dienst:

Uitgeven

Motivatie:

Misleiding Ontbrekende informatie

Medium:

Radio

De bestreden reclame

Deze wordt in het oordeel nader omschreven.

 

Samenvatting van de inleidende klacht

Klaagster heeft naar aanleiding van een radiocommercial en een uiting op Facebook van adverteerder een proefabonnement op de Volkskrant afgesloten. Anders dan in de reclame werd gezegd, bleek het proefabonnement niet vanzelf te stoppen maar werd het automatisch verlengd.

 

Samenvatting van het verweer

De proefabonnementen van adverteerder stoppen automatisch. In de zogenaamde workflow bij het afsluiten van het proefabonnement wordt aan het einde de mogelijkheid geboden om de Volkskrant ook na afloop van het proefabonnement te blijven lezen. De klant dient daarvoor actief handelingen te verrichten, te weten akkoord te gaan met de actie- en abonnementsvoorwaarden en vervolgens op “Ja, leuk!” te klikken. Klaagster heeft voor deze mogelijkheid gekozen. Inmiddels is het abonnement van klaagster uit coulance beëindigd.

 

Samenvatting van de repliek

Klaagster begrijpt inmiddels hoe bij haar het misverstand over de gekozen contractsvorm is ontstaan. Zij stelt dat het verdienmodel van de reclamecampagne erop gericht is om argeloze consumenten via een vaag keuzemenu aan een jaarabonnement te binden. Door het lage bedrag sluit de consument het abonnement snel af bij een krant die betrouwbaar wordt geacht. Door aan het einde van dit traject nog even snel aan te klikken dat men akkoord gaat met de abonnementsvoorwaarden, sluit men onbedoeld een jaarabonnement af. Klaagster acht deze opzet misleidend

 

Samenvatting van de dupliek

Adverteerder ziet geen aanleiding voor een inhoudelijke reactie op de repliek. Zij stelt dat zij altijd kijkt naar de uitvoering van bepaalde workflows en of daar verbetering in mogelijk is.

 

Het oordeel van de voorzitter

1)  De oorspronkelijke klacht berust op een misverstand. Anders dan klaagster aanvankelijk veronderstelde, zou het proefabonnement immers automatisch, dat wil zeggen zonder rechtshandeling, zijn geëindigd indien zij uitsluitend voor dit abonnement zou hebben gekozen. In werkelijkheid heeft klaagster daarnaast – kennelijk onbedoeld – gekozen voor de optie waarbij direct na het proefabonnement een jaarabonnement aanvangt. De voorzitter begrijpt de klacht aldus dat klaagster de onbedoelde keuze heeft gemaakt als gevolg van de onvoldoende duidelijke wijze waarop de keuzemogelijkheden op de website zijn gepresenteerd. Daardoor kan misverstand ontstaan over de betekenis van de mededeling dat “dit abonnement automatisch stopt” of “stopt vanzelf”. Aldus verstaan is de klacht naar het oordeel van de voorzitter gegrond. Hij overweegt daartoe het volgende.

2)  Indien men op de website van adverteerder het proefabonnement afsluit, ziet men blijkens de overgelegde stukken een pagina met de volgende informatie:

“Bedankt, je proefabonnement is geregeld!
Je ontvangt de Volkskrant 8 weken voor 4,- . Dit abonnement stopt automatisch.

Goedkoop doorlezen na je proefabonnement?

Je leest de Volkskrant de eerste 8 weken voor 4,- en daarna krijg je de Volkskrant voor maar 3,- per week Je ontvangt dan de krant 1 jaar, wat een totale korting geeft van maar liefst 123,-

? Ik ga akkoord met de actie- en abonnementsvoorwaarden

Nee, bedankt >                    Ja. Leuk! >”

3)  Aldus blijkt naar het oordeel van de voorzitter voor de gemiddelde consument niet voldoende duidelijk dat in feite een nieuw abonnement wordt aangeboden, te weten “Goedkoop doorlezen na je proefabonnement”, alsmede dat het akkoord gaan met de voorwaarden en het aanklikken van “Ja, leuk!” impliceert dat men akkoord gaat met een proefabonnement dat na het verstrijken van de proefperiode wordt gevolgd door een jaarabonnement. Waar een centraal thema in deze reclame juist is dat het gaat om een abonnementsvorm die automatisch of vanzelf stopt, ligt het op de weg van adverteerder de consument er ondubbelzinnig op te wijzen dat hij met zijn keuze en akkoord vervolgens een jaarabonnement afsluit dat aanvangt na de proefperiode. Daarbij is van belang dat het om een uitnodiging tot aankoop in verband met een overeenkomst op afstand gaat. Van adverteerder mag worden gevergd dat de informatie die de consument ziet, niet leidt tot het abusievelijk afsluiten van, in dit geval, een jaarabonnement.

4)  Blijkens het voorgaande is sprake van het op onduidelijke wijze verschaffen van essentiële informatie als bedoeld in artikel 8.3 aanhef en onder c van de Nederlandse Reclame Code (NRC). Voorts is de voorzitter van oordeel dat de gemiddelde consument hierdoor ertoe gebracht zou kunnen worden een besluit over een transactie te nemen, dat hij anders niet zou hebben genomen. Om die reden is de uiting misleidend en oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC. Ervan uitgaande dat adverteerder uitvoering geeft aan haar bereidheid tot verbetering, zal de aanbeveling om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken worden gedaan voor zover nodig.

 

De beslissing van de voorzitter

Op grond van het voorgaande is de reclame-uiting in strijd met artikel 7 NRC. De voorzitter beveelt adverteerder, voor zover nodig, aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.

Opnieuw uitspraken zoeken

Op datum, dossiernummer, trefwoord of soort uitspraak of een combinatie van deze zoekopties.

*Verplicht in te vullen velden

Uitgebreid zoeken