a a a
 

Uitspraken

Alle uitspraken van de Reclame Code Commissie en het College van Beroep vanaf 2007 vindt u hier.

Dossiernr:

2013/00249

Datum:

24-07-2013

Uitspraak:

CVB Aanbeveling Bevestigd (=Aanbeveling)

Product/dienst:

Gezondheid

Motivatie:

Misl. Prijs(vermelding)

Medium:

Audiovisuele Mediadiensten

De bestreden reclame-uitingen

 

Het betreft de volgende reclame-uitingen voor een “gratis hoortoestel bij Specsavers”:

 

a) de televisiecommercial waarin – voor zover hier van belang – wordt gezegd:

“Wist u dat uw hoortoestel niet meer volledig wordt vergoed door uw basisverzekering? Bij Specsavers vinden we dit niet kunnen. Daarom betalen wij het resterende bedrag, zodat alle typen hoortoestellen nog steeds helemaal gratis zijn.”

Onderin beeld staat gedurende een deel van de commercial de tekst: “25% van Specsavers en 75% van uw zorgverzekeraar, vraag naar de voorwaarden.”

In het laatste beeld staat onder meer: “Gratis hoortoestel”.

b) de webpagina http://www.specsavers.nl/horen/aanbiedingen/gratis-hoortoestel/, waar

onder de kop “NU: GRATIS HOORTOESTEL BIJ SPECSAVERS!” staat:

“IN DE BASISDEKKING IS UW HOORTOESTEL NIET MEER GRATIS. BIJ SPECSAVERS WÉL!

Vanaf 1 januari 2013 krijgt u uw hoortoestellen niet meer volledig vergoed. U moet nu een eigen bijdrage betalen van 25% bij de aanschaf van een hoortoestel. (…) Daarom hebben wij bij Specsavers besloten uw volledige eigen bijdrage van 25% te betalen, waardoor het complete hoortoestel voor u gratis is.”

Hieronder staan de voorwaarden opgesomd.

c) de in weekkrant “De Nieuwe Meppeler” geplaatste advertentie met onder meer de volgen-

de tekst:

“NU: GRATIS HOORTOESTEL BIJ SPECSAVERS!

IN DE BASISDEKKING IS UW HOORTOESTEL NIET MEER GRATIS.BIJ SPECSAVERS WÉL!

GELDT VOOR ALLE MODELLEN

Specsavers betaalt uw eigen bijdrage van 25% naast de 75% vergoeding van uw zorgverzekeraar. Hierdoor kost het toestel u niets. Maximaal 1 gratis hoortoestel per klant. (…) Om in aanmerking te komen voor een gratis hoortoestel moet u aanspraak kunnen maken op de vergoeding van uw basisverzekering. (…)”

                  

De klacht

 

Het betalen van de 25% eigen bijdrage door Specsavers betekent niet dat het hoortoestel gratis is. De overige 75% van de aanschafprijs wordt vergoed uit de basisverzekering, waarvoor een eigen risico geldt van € 350,-. Het hoortoestel is dus niet voor niets. De uitingen zijn daarom misleidend.

 

Het verweer

 

De consument hoeft bij Specsavers niets af te rekenen voor zijn hoortoestel, omdat Specsavers de eigen bijdrage van 25% die de consument normaliter zelf moet betalen voor haar rekening neemt. In de uitingen wordt deze invulling van het begrip “gratis hoortoestel” duidelijk gemaakt. De (relevante) gemiddelde consument is ervan op de hoogte dat sinds 1 januari 2013  een eigen bijdrage van 25% voor een nieuw hoortoestel geldt. De andere 75% van de prijs wordt vergoed door de basisverzekering, waarvoor een wettelijk eigen risico van € 350,- geldt. De gemiddelde consument weet ook dat indien het eigenrisicobedrag nog niet is verbruikt, hij van de 75% vergoeding een deel zelf dient te betalen. Bovendien staat dit in de voorwaarden op de website en in de krantenadvertentie: “Om in aanmerking te komen voor een gratis hoortoestel moet u aanspraak kunnen maken op de vergoeding van uw basisverzekering”.

Dat het eigen risico soms nog niet is verbruikt, neemt niet weg dat Specsavers aan de consument de aanschafprijs van het hoortoestel niet in rekening brengt. Het hoortoestel mag daarom “gratis” worden genoemd. Voorts is van belang dat in de televisiecommercial, welk medium onvoldoende ruimte biedt voor het verstrekken van alle informatie met betrekking tot de aanbieding, duidelijk naar de voorwaarden wordt verwezen. Bovendien zijn de bestreden uitingen geen uitnodigingen tot aankoop, zodat niet alle essentiële informatie in de aanbieding hoeft te worden vermeld, en kan de consument op grond van de in de uitingen verstrekte informatie geen besluit over de aankoop van een hoortoestel nemen, zodat geen sprake is van misleiding. Niettemin heeft Specsavers besloten de voorwaarden op de website op een nog duidelijker wijze te vermelden.

 

De mondelinge behandeling

 

Het standpunt van Specsavers is gehandhaafd en – mede aan de hand van pleitaantekeningen – nader toegelicht.

 

Het oordeel van de Commissie

 

In de bestreden uitingen wordt een “gratis hoortoestel bij Specsavers” aangeboden. Blijkens de in de uitingen gegeven toelichting houdt het aanbod in dat Specsavers de sinds 1 januari 2013 geldende eigen bijdrage van 25% bij de aanschaf van een hoortoestel voor haar rekening neemt, terwijl de overige 75% van de prijs wordt vergoed uit de zorgverzekering. Hierdoor zijn volgens adverteerder “alle type hoortoestellen nog steeds helemaal gratis” (tv commercial) en “kost het toestel u niets” (website en advertentie).

 

Krachtens artikel 8.5 in combinatie met punt 19 van de bij dit artikel behorende Bijlage 1 bij de Nederlandse Reclame Code (NRC) is onder alle omstandigheden sprake van misleidende reclame indien een product wordt omschreven als “gratis”, terwijl de consument iets anders moet betalen dan de onvermijdelijke kosten om in te gaan op het aanbod en het product af te halen dan wel dit te laten bezorgen. Vast is komen te staan dat door de consument voor een bij Specsavers aangeschaft hoortoestel alleen niets hoeft te worden betaald in het geval dat zijn eigen risico van de basisverzekering van € 350,- reeds geheel is verbruikt. Bij consumenten die het bedrag van het eigen risico nog niet (geheel) hebben verbruikt, wordt de vergoeding van 75% van de aanschafprijs door de zorgverzekeraar gekort met het openstaande bedrag aan eigen risico. In die gevallen dient de consument dus wel te betalen voor zijn hoortoestel en kan het hoortoestel niet als “gratis” worden aangemerkt. Daarbij is niet van belang dat de consument niet rechtstreeks aan Specsavers betaalt.

Gelet op het voorgaande acht de Commissie de televisiecommercial, de webpagina en de krantenadvertentie misleidend als bedoeld in artikel 8.5 in combinatie met punt 19 van Bijlage 1 bij de NRC, en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC.

 

Het misleidende karakter van de uitingen door het gebruik van de omschrijving “gratis” wordt niet weggenomen door de (verwijzing naar de) voorwaarden die op de website en in de advertentie staan. Naar het oordeel van de Commissie kan er niet van worden uitgegaan dat de gemiddelde consument bedacht is op het feit dat het openstaande bedrag van het eigen risico bij de zorgverzekering bepalend is voor het daadwerkelijk gratis zijn van een bij Specsavers in de actieperiode aan te schaffen hoortoestel. De algemene verwijzing “vraag naar de voorwaarden” in de televisiecommercial is onvoldoende om de consument tijdig te attenderen op deze mogelijke beperking van de absolute mededeling dat bij Specsavers een hoortoestel “nog steeds helemaal gratis” is. Bovendien wordt in de voorwaarden voor de actie evenmin duidelijk meegedeeld dat het gratis zijn van het hoortoestel afhankelijk is van het bedrag aan eigen risico dat reeds is verbruikt. De in de voorwaarden opgenomen mededeling “om in aanmerking te komen voor een gratis hoortoestel moet u aanspraak kunnen maken op de vergoeding van uw basisverzekering” verschaft de gemiddelde consument op dit punt onvoldoende duidelijkheid.

 

Gelet op het vorenstaande wordt als volgt beslist.

 

De beslissing van de Reclame Code Commissie [15 mei 2013]

 

De Commissie acht de reclame-uitingen in strijd met het bepaalde in artikel 7 NRC. Zij beveelt adverteerder aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.

 

 

Het College van Beroep:

 

De grieven

           

Het College vat de grieven als volgt samen.

 

Grief 1: de reclame-uitingen zijn niet misleidend of oneerlijk.

Hoortoestellen worden voornamelijk aan ouderen verkocht, zodat de re­cla­me-uitingen dienen te worden bekeken door de ogen van de oudere consument. Deze consument heeft fre­quent gezondheidszorg nodig en weet dat de zorgver­ze­keraar slechts een volle­dige vergoeding uitkeert als het eigen risico volledig is ver­bruikt. Tevens weet deze con­sument dat de basisverzeke­ring sinds 1 januari 2013 nog maar 75% van de prijs van een hoortoestel vergoedt. De consument zal het eigen risico doorgaans al heb­ben ver­bruikt omdat hij vaker zorg nodig heeft. Voor deze consument is het hoortoestel gratis, zoals uit de uitingen blijkt. Voor degenen die het eigen risico nog niet hebben verbruikt, wor­dt in de televi­sie­commercial ge­wezen op het bestaan van voorwaarden. In de voor­waarden staat dat de zorgver­zekeraar de 75% ver­goeding kort met het even­tueel openstaande eigen risico. Slechts in die gevallen is het hoor­toestel niet gratis. De reclame-uitingen sug­ge­re­ren niet dat de eigen risico bijdrage niet van toepassing zou zijn op de onder­havige aanbie­ding. De gemiddelde consu­ment zal juist begrijpen dat de zorgver­ze­keraar een even­tueel resterend eigen risico in mindering brengt op de vergoeding.

Grief 2: de voorwaarden informeren consumenten voldoende duidelijk.

Ten onrechte heeft de Commissie overwogen dat het misleidende karakter van de uitingen niet wordt weggenomen door de verwijzing naar de voorwaarden die op de website en in de advertentie staat. Deze verwijzing maakt duidelijk dat het geen on­voorwaardelijk aanbod betreft. Ook bij een winkelbezoek wordt de consument over de voorwaarden geïnformeerd, inclusief over het feit dat het gratis zijn van het hoor­toes­tel afhankelijk is van het (resterend) eigen risico. Spec­savers verwijst voorts

naar haar offerteformulier. Omdat de reclame-uitingen geen uitnodiging tot aan­koop betreffen, bestaat er voor Spec­sa­vers geen verplichting om alle essentiële informa­tie in die uitingen te vermelden. De gemiddelde consument is voldoende geïnfor­meerd en kan begrijpen dat de zorgverzekeraar een open­staand eigen risico in mindering kan brengen op de 75% vergoeding van het hoortoestel.

Grief 3: het economisch gedrag kan niet wezenlijk zijn verstoord.

Er is geen sprake van een zodanige oneerlijkheid dat de gemiddelde consument wordt beperkt in zijn vermogen een geïnformeerd besluit te nemen dat hij anders niet zou hebben genomen. Het woord “gratis” is niet de doorslaggevende factor voor een besluit omtrent de transactie. Aldus kunnen de uitingen niet in strijd met de artikelen 7 en 8 van de Nederlandse Reclame Code (NRC) zijn.

 

Het antwoord in appel

 

Geïntimeerde heeft gemotiveerd verweer gevoerd.

Het oordeel van het College

 

1. De klacht betreft drie afzonderlijke uitingen waarin Spec­sa­vers telkens meedeelt dat  men bij haar een “gratis” hoortoestel kan verkrijgen. In de televisie­com­mercial doet Spec­sa­vers in verband daarmee zeggen dat zij “het niet vindt kunnen” dat hoortoe­stellen niet meer “vol­le­dig” door de basisverze­ke­ring worden vergoed, en verklaart zij zich bereid om het “reste­rende be­drag” te betalen, zodat alle typen hoortoestel­len nog steeds “helemaal gra­tis” zijn. Al­dus wordt in deze uiting sterk be­nadrukt dat men bij Specsavers geen en­kele ver­goeding voor het hoortoestel ver­schuldigd is. Met betrekking tot de website en de krantenadvertentie geldt even­eens dat Specsa­vers daarin uitdrukkelijk mel­ding maakt van het feit dat hoortoestellen bij haar “gra­tis” zijn en “niets” kosten. Hier­bij wordt uitdruk­ke­lijk ge­zegd dat in de basisverzeke­ring het hoor­toestel niet meer gratis is, maar “bij Spec­savers wél”. Hetgeen met be­trekking tot de tele­visie­commercial is overwogen aan­gaande de naduk waar­mee het hoor­toes­tel als “gratis” wordt omschreven, is ook hier van toepassing.

 

2. Uit de uitingen blijkt dat Specsavers het ge­deelte van de aan­schafprijs voor haar re­ke­ning neemt dat niet door de ba­sis­verze­ke­ring wordt vergoed. Het betreft de eigen bij­dra­ge ter hoogte van 25% van de aan­schaf­prijs. In de uitingen wordt dit percenta­ge uitdrukkelijk genoemd. Vast­staat dat bij gebruikmaking van het in de uitingen om­­schreven aan­bod in zo­ver­re niets voor het hoortoestel hoeft te worden be­taald, dat het resteren­de deel van de aan­schaf­prijs door de ver­zekeraar wordt ver­goed onder de basis­ver­zekering. Beoordeeld dient te worden of deze con­structie de stel­lige aan­duiding “gratis” in de bestreden uitingen kan recht­vaardigen. Dit is uitslui­tend het geval indien is voldaan aan de eis dat de con­sument die naar aan­leiding van de reclame-uitingen een hoortoestel bij Specsavers koopt dit toestel gratis ont­vangt, dat wil zeggen dat hij niet zal worden ge­con­fron­teerd met eni­ge beta­lings­- of vergoedingsver­plichting we­gens de aanschaf van het toestel. Het College ver­wijst in dit verband naar de volgende tekst in de EC Guidance on Unfair Com­mer­­cial Prac­tices met betrekking tot het ge­bruik van het woord gratis, zoals dat in de Nederland­se Reclame Code is geregeld in punt 19 van Bij­la­ge 1 bij deze co­de: “This prohi­bition is based on the idea that consumers expect a “free” claim to be exactly that, meaning they receive something for nothing: no money or other consi­deration has to be given in exchange.” Het College oordeelt op basis hiervan als volgt.

 

3. Uitgangspunt is dat de consument op grond van de basisverzekering recht heeft op een vergoeding van 75% van de aanschafprijs van het hoortoestel. Dit vergoe­dings­recht brengt echter niet mee dat de consument altijd daadwerkelijk 75% van de aan­schafprijs ver­goed krijgt. De zorgverzekeraar is immers gerechtigd de ver­goe­ding voor de aan­schaf van het hoortoestel te verrekenen met een open­staand saldo uit hoof­de van het eigen risico van de basisverzekering. Naar het oordeel van het Col­lege zal de gemiddelde con­sument het op deze wijze verrekenen met het eigen risico be­schouwen als een vorm van betaling. Weliswaar wordt in dat geval niet di­rect aan Spec­savers betaald, maar dat neemt niet weg dat de verrekening met het eigen risico direct verband houdt met de aanschaf van het toestel. Feitelijk dient de consument als gevolg van de verrekening een deel van de aanschafkos­ten voor zijn rekening te nemen. In die situatie zal de con­sument het hoortoestel niet als volledig “gratis” ervaren. Specsavers erkent ook dat bij een openstaand eigen risico het hoortoestel in feite niet gratis is.

 

4. Anders dan Specsavers acht het College de kans dat de consument bij de aanschaf van een “gratis” hoortoestel op de hier­voor omschreven wijze met een verrekening wordt ge­con­fron­teerd niet verwaar­loos­baar. Specsavers heeft haar stellin­gen op dit punt niet onderbouwd met stukken die haar standpunt ondersteunen. Het College acht het ook niet aan­ne­melijk dat de consu­ment die een hoortoestel koopt slechts bij wijze van hoge uitzondering met een ver­rekening met het eigen risico zal worden geconfronteerd. Dit geldt ook indien wordt aangenomen dat de gemiddelde koper van een hoortoestel een oudere consument is. Weliswaar geldt dat, naar moet wor­den aangenomen, een dergelijke consument doorgaans met hogere uitgaven voor medische zorg wordt geconfron­teerd waardoor het eigen risico eerder zal zijn ver­bruikt, maar dit sluit geenszins uit dat die consument ten tijde van de aanschaf van het hoor­toes­tel een openstaand saldo ter zake het eigen risico heeft.

 

5. Op grond van het voorgaande rechtvaardigt de bijdrage die Specsavers betaalt ter hoogte van 25% van de aanschafprijs van het hoortoestel en de vergoeding door

de zorgverzekeraar van de overige aanschafkosten, niet het gebrui­k van het woord “gra­tis” in de bestreden reclame-uitingen. Er zullen zich immers onvermijdelijk ge­vallen voordoen waar­in de consu­ment het hoor­toes­tel dat hij naar aanleiding van de uitingen heeft aan­geschaft niet geheel gratis ontvangt, te weten indien zijn eigen ri­sico nog niet volledig is verbruikt en de zorgverzekeraar de aan­schafprijs van het hoortoestel met het (resterende) eigen risico ver­rekent. Het onder deze omstan­dig­heden ge­brui­ken van het woord gratis in de bestreden uitingen dient, zoals de Com­missie terecht heeft geoordeeld, in strijd met artikel 8.5 in combinatie met punt 19 van Bij­lage 1 bij de NRC te worden geacht. Dit brengt mee dat deze uitingen on­der alle omstandigheden misleidend zijn, ongeacht of het eco­no­mische gedrag van de gemiddelde consument daardoor is verstoord en ongeacht de infor­ma­tie die Spec­savers in de reclame-uitingen over de onderhavige actie ver­strekt. Deze infor­matie doet aan het voorgaande niet af, immers kan niet meebrengen dat de uitingen alsnog voldoen aan artikel 8.5 in combinatie met punt 19 van Bij­lage 1 bij de NRC.

 

6. Derhalve wordt beslist als volgt.

 

De beslissing van het College van Beroep [24 juli 2013]

 

Het College bevestigt de beslissing van de Commissie.

 

 

Opnieuw uitspraken zoeken

Op datum, dossiernummer, trefwoord of soort uitspraak of een combinatie van deze zoekopties.

*Verplicht in te vullen velden

Uitgebreid zoeken