a a a
 

Uitspraken

Alle uitspraken van de Reclame Code Commissie en het College van Beroep vanaf 2007 vindt u hier.

Terug naar zoekresultaten

Reizen en toerisme

Dossiernr:

2010/00272

Datum:

29-06-2010

Uitspraak:

Aanbeveling

Product/dienst:

Reizen en toerisme

Motivatie:

Misleiding (overig)

Medium:

Ongeadresseerd drukwerk

 

De bestreden reclame-uiting

 

Het betreft een reisgids van adverteerder, waarin op pagina 56 de Groepsrondreis ‘De Grote Maya Route’ wordt aangeboden.

 

De klacht

 

De Commissie vat de klacht als volgt samen.

 

De bewuste reis wordt aangeboden voor € 1525,- per persoon met vertrekdatum 30 april 2010. De vliegtuigstoelen waarop de prijs was gebaseerd, bleken echter niet meer beschikbaar te zijn. Om die reden zou er een toeslag bij de prijs worden opgeteld.

Voorts zou er nog een tweede toeslag bij de prijs komen, omdat het vertrek in de meivakantie plaatsvond. In totaal zou de reis nu € 2130,- per persoon kosten, dus in totaal

€ 605,- duurder dan het aangeboden tarief.

 

Op grond van het voorgaande acht klager de uiting misleidend.

 

Verweer

 

Samengevat stelt adverteerder zich op het standpunt dat geen sprake is van misleidende reclame.

 

Voor zover van belang voor de beslissing zal de Commissie hierop in het oordeel nader ingaan.

 

De repliek

 

Klager blijft bij zijn standpunt en licht dit nader toe. Voor zover van belang voor de beslissing zal hierop in het oordeel nader worden ingegaan.

 

Het oordeel van de Commissie 

 

Klagers bezwaar betreft een in de bewuste reisgids aangeboden 16-daagse groepsrondreis (De Grote Maya Route), waarbij, achter verschillende vertrekdata (steeds op vrijdag) de tarieven van deze reis worden genoemd (inclusief of exclusief de vluchten). Achter de datum waarop klager wilde vertrekken, vrijdag 30 april, staat het tarief € 1525,- (inclusief vluchten). Naar klager onweersproken heeft gesteld, kostte deze reis, toen hij deze voor twee personen wilde boeken, echter € 2130,- per persoon. Klager stelt dat er per persoon aldus € 605,- aan toeslagen bij de prijs zijn opgeteld en acht de uiting derhalve misleidend.

Adverteerder beroept zich, samengevat, op de marktwerking, die wordt bepaald door vraag en aanbod. Voorts beroept zij zich op de ANVR-Reisvoorwaarden, waarin onder meer staat dat het aanbod van de reisorganisator vrijblijvend is en kan worden herroepen.

Adverteerder stelt dat zij de bewuste reis op 30 april niet kon ‘garanderen’. Achter de reisdata waarbij (doorgaans) wel sprake is van ‘garante stoelen’, staan twee sterretjes (**), die verwijzen naar de tekst: “gegarandeerd vertrek”, aldus adverteerder. Adverteerder heeft meegedeeld dat op het moment dat klager de reis wilde boeken (naar door klager onweersproken gesteld op 13 januari 2010), de stoelen die voor de bewuste reis met vertrekdatum 30 april 2010 waren gereserveerd, zijn komen te vervallen wegens ‘onvoldoende animo’, waardoor klager ‘met de marktprijzen’ ‘te maken’ kreeg. Adverteerder stelt dat er geen sprake is van een ‘mei-toeslag’, zoals klager stelt.

 

Uit het voorgaande kan worden geconcludeerd dat voor de reizen, waarvan de genoemde vertrekdata niet zijn voorzien van twee sterretjes (**) met de tekst: “= gegarandeerd vertrek”, de mogelijkheid bestaat dat deze reizen – na het verstrijken van een bepaalde, voor de consument onbekende datum – in het geheel niet voor de genoemde prijs kunnen worden gemaakt, maar dat vanwege de dan geldende ‘marktwerking’ een aanzienlijk hoger tarief voor deze reis moet worden betaald. Het voorgaande blijkt naar het oordeel van de Commissie onvoldoende duidelijk uit de uiting. Uit de tekst “gegarandeerd vertrek” die bij de overige data staat, kan niet worden opgemaakt dat voor de andere vertrekdata vanaf een bepaald moment hogere tarieven kunnen gelden.

 

Blijkens het vorenstaande heeft adverteerder geen duidelijk informatie verstrekt met betrekking tot de prijs, als bedoeld in artikel 8.2 aanhef en onder d van de Nederlandse Reclame Code (NRC) en hierdoor kan de gemiddelde consument ertoe worden gebracht een besluit over een transactie te nemen dat hij anders niet had genomen. Om die reden is de uiting misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC. Gelet op het vorenstaande is de uiting voorts in strijd met artikel III lid 1 van de Reclamecode voor Reisaanbiedingen (RR), nu hierin is bepaald dat aanbieders zijn gehouden tot het hanteren van correcte en duidelijke prijzen in hun reclame-uitingen.

 

De beslissing

Op grond van het voorgaande acht de Commissie de reclame-uiting in strijd met het bepaalde in de artikelen 7 NRC en III lid 1 RR. Zij beveelt adverteerder aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.

Opnieuw uitspraken zoeken

Op datum, dossiernummer, trefwoord of soort uitspraak of een combinatie van deze zoekopties.

*Verplicht in te vullen velden

Uitgebreid zoeken