a a a
 

Uitspraken

Alle uitspraken van de Reclame Code Commissie en het College van Beroep vanaf 2007 vindt u hier.

Dossiernr:

2009/00364-I

Datum:

17-11-2009

Uitspraak:

Openbare aanbeveling

Product/dienst:

Gezondheid

Motivatie:

Strijd met wet

Medium:

Tijdschriften

De bestreden reclame-uiting

 

Het betreft de uitgave nr. 1-2009 van het huis-aan-huisblad Swinglevend dat wordt uit­ge­geven door Partner Medien. Het betreft, kort gezegd:

– pagina 2: de advertentie voor Prelox,

– pagina 17: de advertentie voor BioActive Magnesium,

– pagina 25: de advertentie voor Evelle,

– pagina’s 26 en 27: het artikel met de titel “Energie om van het leven te genieten”,

– pagina’s 28 en 29: het artikel met de titel “Cholesterol omlaag en geen bijwerkingen

  meer”,

– pagina 33: de advertentie voor Bio-Glucosamine, en

– pagina’s 34 en 35: het artikel met de aanhef “slaapmiddelen niet meer vergoed”.

 

De klacht

 

De Commissie vat de klacht als volgt samen.

De gewraakte advertenties van Pharma Nord zijn in strijd met artikel 2 van de Neder­land­se Reclame Code (NRC) wegens onverenigbaarheid met de vigerende wet- en re­gelgeving, te weten ar­ti­kel 20 lid 2 sub a Warenwet respectievelijk artikel 1 lid 1 sub b Geneesmiddelenwet en artikel 84 Geneesmiddelenwet, aangezien sprake is van me­dische claims. Voorts han­delt Pharma Nord in strijd met artikel 12 Verordening (EG) nr. 1924/2006, omdat in de reclame-uiting voor Prelox wordt verwezen naar aanbevelingen van een individuele arts of beroepsbeoefenaar op het gebied van de volksgezondheid. Ten aanzien van de ge­wraakte “redactionele” artikelen is volgens de Keuringsraad eveneens sprake van recla­me-uitingen voor producten van Pharma Nord. Nu voor de consumenten niet duidelijk is dat het om reclame-uitingen gaat, is de reclame in strijd met artikel 7 juncto artikel 8.5 in verbinding met bijlage 1 sub 10 NRC, als­mede in strijd met artikel 11 NRC. Subsidiair stelt de Keuringsraad dat de gewraakte advertenties en “redactionele” arti­ke­len misleidend zijn, omdat deze uitingen onduidelijk of dubbelzinnig zijn met betrekking tot de van het gebruik te verwachten resultaten.

Op de verdere inhoud van de klacht en de grondslagen daarvan wordt hierna, voor zoveel nodig, ingegaan.

 

Het verweer van Pharma Nord

 

De Commissie vat het verweer van Pharma Nord als volgt samen.

De advertenties voor Prelox en Evelle worden al geplaatst in Swinglevend vanaf de uitgave nr. 3 van 2007 respectievelijk de uitgave nr. 1 van 2008. In de procedure die tot de beslissing van de Commissie van 25 juni 2008 (dossiernr. 08.0129) heeft geleid, staat dat de Keurings­raad toen geen klacht tegen deze advertenties heeft ingediend. In de advertentie voor Prelox wordt niet verwezen naar een aanbeveling van een indivi­du­ele arts of beroeps­beoefenaar op het gebied van de gezondheidszorg. Er is immers geen sprake van een bij naam genoemde arts/beroepsbeoefenaar. De consument zal daardoor aan het in de advertentie bedoelde advies van “een des­kundige” geen gezag toekennen, zoals vereist ingevolge artikel 12 van Verordening (EG) nr. 1924/2006.

In de advertentie voor BioAc­tive Magnesium staat niet dat dit product RSI bestrijdt. De woorden “lusteloos” en “prik­kel­baar” zijn toegelaten op grond van de indicatieve lijst bij de Code Aanprijzing Ge­zond­heidsproducten (CAG). In de advertentie voor het product Bio Glucosamine staat geen medische claim. De redactionele artikelen zullen door de lezer/consumenten niet be­trok­ken worden op producten van Pharma Nord en zijn daarom geen reclame voor Pharma Nord. Pharma Nord is om die reden niet verant­woordelijk voor de inhoud van de redactionele artikelen.

 

Het verweer van Partner Medien

 

De Commissie vat het verweer van Partner Medien als volgt samen.

Partner Medien is niet verantwoordelijk voor de inhoud van de advertenties. De adver­tenties in Swinglevend worden duidelijk gescheiden van de redactionele artikelen, zodat de lezer (de gemiddelde consument) onderscheid tussen beide kan maken. Er wordt geen reclame voor geneesmiddelen gemaakt. De gebruikte claims zijn toegestaan op grond van de Europese veror­dening inzake voedings- en gezondheidsclaims (EG nr. 1924/2006). In de redactionele artikelen staan geen duidelijke verwijzingen naar pro­ducten van Pharma Nord. Van Partner Medien kan als uitgever niet worden gevergd dat

zij controleert of de advertenties in Swinglevend correct zijn.

 

De repliek

 

De Commissie vat de repliek ten opzichte van Pharma Nord als volgt samen.

Het feit dat niet eerder een specifieke klacht is ingediend tegen de advertenties voor Prelox en Evelle staat er niet aan in de weg dat nu alsnog een klacht tegen die adver­tenties wordt ingediend. De Keuringsraad blijft bij zijn standpunt dat de advertenties voor Prelox, BioActive Magnesium, Bio Glucosamine en Evelle in strijd met de wet verboden medische claims bevatten. De Keuringsraad acht Pharma Nord mede verantwoordelijk voor de inhoud van de gewraakte redactionele artikelen, aan­ge­zien het voor de consu­ment zonder veel moeite mogelijk is om te achterhalen dat die artikelen in feite reclame zijn voor de producten Bio Melatonine en Bio Quinon Q10 van Pharma Nord. 

 

De Commissie vat de repliek ten opzichte van Partner Medien als volgt samen.

Het onderdeel van de klacht dat betrekking heeft op Partner Medien betreft uitsluitend de volgende redactionele artikelen: “Slaapmiddelen niet meer vergoed, “Energie om van het leven te genieten” en “Cholesterol omlaag en geen bijwerkingen meer”. Partner Medien is als zelfstandige uitgever verantwoordelijk voor de inhoud van deze arti­kelen. Ogenschijnlijk betreft het redactionele artikelen, maar in feite bevatten zij recla­me voor de producten Bio Melatonine en Bio Quinon Q10 van Pharma Nord zonder dat dit duidelijk uit de inhoud van de artikelen blijkt. Voorts bevatten de artikelen een aantal verboden medische claims.

 

De dupliek van Pharma Nord

 

Pharma Nord blijft bij haar standpunt dat de gewraakte advertenties geen verboden medische claims bevatten. De in het redactionele artikel “Energie om van het leven te genieten” afgebeelde bruine capsules zijn niet kenmerkend voor Bio Quinon Q10 van Pharma Nord. Sinds ongeveer een jaar zijn de capsules van Bio Quinon Q10 veel lichter van kleur en is er ook een nieuwe variant die tweekleurig is. Vrijwel alle Q10 producten die te koop zijn, zijn op oliebasis.

 

De mondelinge behandeling

 

De Keuringsraad heeft de klacht bij monde van mr. Hoogenraad doen toelichten mede aan de hand van de overgelegde pleitnotities.

Mr. Polak voornoemd heeft het verweer van Pharma Nord nader toegelicht.

 

Het oordeel van de Commissie

 

Ten aanzien van de advertentie voor Prelox

 

1)  De Keuringsraad heeft bezwaar gemaakt tegen de volgende tekstgedeelten van deze advertentie:

“Wetenschappelijk onderzoek naar de reacties van gebruikers van Prelox liet zien dat de groep deelnemende mannen dankzij het preparaat een intensiever liefdesleven ervoer.

l 65% kreeg vaker een ochtenderectie

l 78% merkte dat de erecties langer duurden

Het supplement dat tijdens het onderzoek werd gebruikt, Prelox, bevatte pycnogenol extract en de aminozuren L-arginine en L-taurine, waarvan bekend is dat zij de door­bloeding van het mannelijk orgaan sterk laten toenemen om zo een erectie mogelijk te maken. (…)

De 32-jarige Peter Thelin had de moed al bijna opgegeven toen iemand hem de gouden tip gaf omtrent een nieuw voedingssupplement. (…)

Het was daarom niet zo vreemd dat hij op aanraden van een deskundige Prelox ging gebruiken om zijn erectie te herstellen. ‘Op dat moment wist ik helemaal niets over dat supplement, maar al snel ontdekte ik dat er natuurlijke stoffen in zitten die het krijgen van een erectie kunnen normaliseren. En bovendien zijn ze gezond voor het hele lichaam’, vertelt hij. (…)

Hij heeft geen last meer van het ongemakkelijke gevoel en de onzekerheid die een haperend seksueel vermogen kunnen opleveren. ‘Op dit moment ben ik alleenstaand, maar ik voel me weer volledig man. Ik heb nu soms ochtenderecties bij het opstaan, iets dat in geen jaren meer was voorgekomen.’”

 

2)  De Keuringsraad stelt in de eerste plaats dat de advertentie voor Prelox me­dische claims bevat, omdat aan dit product eigenschappen worden toegeschreven inzake het voorkomen, behandelen en/of genezen van erectiestoornissen. Deze stelling treft doel. Pharma Nord beweert immers ten aanzien van Prelox dat dit product een po­sitief effect heeft bij een erectiestoornis, in die zin dat het gebruik van Prelox ertoe kan leiden dat erectiestoornissen verminderen of ver­dwijnen. Aldus leidt het gebruik van Prelox volgens de advertentie tot een positieve ver­andering van de fysieke gezond­heids­toe­stand. Naar het oordeel van de Commissie is een derge­lijke claim niet toegestaan op grond van ar­tikel 20 lid 2 aanhef en onder a van de Wa­ren­wet. In­gevolge deze bepaling is het ver­boden eet- of drinkwaar aan te prijzen met gebruik­ma­king van vermeldingen of voor­stellingen, die aan de waar eigenschappen toeschrijven inzake het voorkomen, be­handelen of genezen van een ziekte of die toe­spelingen ma­ken op zoda­nige eigen­schap­pen. Pharma Nord heeft in strijd met deze verbodsbepaling gehandeld.

 

3)  Op grond van dezelfde overwegingen is de Commissie van oordeel dat Prelox op zo­da­nige wijze wordt aanbevolen, dat dit product dient te worden aangemerkt als een ge­neesmiddel in de zin van artikel 1 lid 1 aanhef en onder b van de Geneesmiddelen­wet. Op grond van artikel 84 van de Geneesmiddelenwet is het verboden om reclame te ma­ken voor geneesmiddelen waarvoor geen handelsvergunning is verleend. Niet in geschil is dat ten aanzien van Prelox een dergelijke vergunning ontbreekt. Nu de advertentie voor Prelox niet in overeenstemming is met de Warenwet respectievelijk de Genees­mid­delenwet, heeft Pharma Nord artikel 2 van de Nederlandse Reclame Code geschonden.

 

4)  Volgens de Keuringsraad heeft Pharma Nord door in de advertentie voor Prelox te ver­wijzen naar het advies van “een deskundige” gehandeld in strijd met artikel 12 aanhef en onder c van de Europese veror­dening inzake voedings- en gezondheidsclaims (EG nr. 1924/2006), waar staat dat het verbo­den is om te verwijzen naar “aanbevelingen van individuele artsen of beroepsbeoefenaren op het gebied van de volks­gezondheid”. Phar­ma Nord betwist dat zij dit verbod heeft overtreden. Partijen beroepen zich in dit ver­band over en weer op een eigen interpretatie van artikel 12 aanhef en onder c van ge­noem­de Verordening, met dien verstande dat volgens beiden beslissend is of de gemid­delde consument gezag toekent aan de aanbeveling van de individuele arts of beroeps­be­oefe­naar. Ook de Commissie gaat van dit laatste uit. Naar het oordeel van de Com­mis­sie dient bij de uitleg van dit artikel voorts bijzondere betekenis te worden toegekend aan het woord “indivi­due­le”, dat kennelijk is bedoeld om een nadere invulling te geven aan het hier be­doelde ver­bod. In het alge­meen dient aan het woord “individueel”, zowel in de Neder­land­se taal als aan de varian­ten in andere ta­len, een betekenis worden toe­gekend die erop neerkomt dat het gaat om een specifieke persoon, waarbij in enige mate aan­wijs­baar is welke per­soon het betreft. Toegepast op artikel 12 aanhef en on­der c van ge­noemde Verordening dient daarom naar het oordeel van de Commissie in eni­ge mate duide­lijk te zijn van welke spe­cifieke arts of beroepsoefenaar de aanbeveling of het ad­vies af­komstig is, dit mede omdat aan het oordeel van een herkenbare persoon meer gezag toekomt dan aan het oordeel van een willekeurige onbekende. Gelet hierop dient de verwijzing naar het ad­vies van “een des­kun­dige”, onvol­doende specifiek te worden geacht om te vallen onder de reikwijdte van het verbod van artikel 12 aanhef en onder c van ge­noem­de Ver­ordening. Dit onderdeel van de klacht wordt afgewezen.

 

Ten aanzien van de advertentie voor BioActive Magnesium

 

5)  De Keuringsraad heeft bezwaar gemaakt tegen de volgende tekstgedeelten van deze advertentie, die deels uit de volgende testimonial bestaat:

“’Ik ging BioActive Magnesium gebruiken omdat mijn lange en ingespannen werken tot gespannen spieren in mijn armen, nek en schouders leidde, ook wel RSI-symptomen genoemd’, vertelt Annette van der Krogt. Na verloop van tijd merkte ze bovendien dat ook haar benen meer ontspanden. ‘Toen ik een tijdje stopte met BioActive Magnesium, kwam dat nare gevoel in mijn benen weer terug. Voor mij was dat reden genoeg om het supplement weer te gaan gebruiken! (…) Ik wist niet dat magnesium een dergelijke invloed op de spieren heeft. Daarna werd de RSI aanzienlijk minder, en bovendien werden mijn beenspieren ontspannen.”

In de tekst naast de testimonial staat over BioActive Magnesium onder meer:

“Het helpt snel bij lusteloosheid, prikkelbaarheid en stress-situaties.”

 

6)  De Keuringsraad stelt met betrekking tot de testimonial dat deze medische claims be­vat. De Commissie onderschrijft dit. In de testimonial staat immers dat BioActive Magne­sium helpt bij repetitive strain injury (RSI) symptomen en bij RSI, in die zin dat bij gebruik van dit product “de RSI aanzienlijk minder” wordt. Anders dan Pharma Nord is de Com­mis­sie van oordeel dat aldus sprake is van een directe medische claim dat BioActive Mag­ne­sium de ziekte RSI kan genezen. Daarnaast staat in de advertentie dat dit pro­duct de beenspieren doet ontspannen waardoor blijkens de context van het artikel een naar gevoel in de benen verdwijnt. Aldus leidt het gebruik van BioActive Magnesium volgens de testimonial ook in zoverre tot een positieve ver­andering van de fysieke gezondheidstoestand. Naar het oordeel van de Commissie zijn de hier bedoelde claims niet toegestaan op grond van artikel 20 lid 2 aanhef en onder a van de Wa­ren­wet en artikel 84 van de Geneesmidde­len­wet. Hetgeen in deze beslissing in de onderdelen 2) en 3) is vermeld, is van overeenkomsti­ge toepassing.

 

7)  Ten aanzien van de tekst naast de testimonial (de productadvertentie) heeft Pharma Nord onweersproken ge­steld dat de woorden “lusteloos” en “prikkelbaar” zijn toegelaten volgens de indicatie­ve lijst bij de CAG. De Keuringsraad maakt echter bezwaar tegen het gebruik van het achtervoegsel “heid” bij bedoelde woorden, omdat de woorden “luste­loos­heid” en prik­kelbaarheid” niet zijn toegelaten volgens ge­noemde lijst, die volgens de Keuringsraad een uitwerking is van de artikelen 19 en 20 van de Warenwet. De Com­missie overweegt naar aanleiding hiervan dat zij niet bevoegd is om uitingen aan de CAG te toetsen, nu die code weliswaar op de Warenwet is geba­seerd, maar niet een wettelijke (uitvoe­rings)regeling betreft als bedoeld in artikel 2 NRC, terwijl de CAG voorts geen deel uit­maakt van de Nederlandse Reclame Code. Getoetst aan de Warenwet en de Genees­middelenwet, is de Commissie van oordeel dat de wijze waarop de woorden “luste­loos­heid” en prikkelbaarheid” in de advertentie voor BioActive Magnesium worden gebruikt, niet een verboden medische claim inhouden. Er wordt im­mers in de productad­ver­tentie slechts gezegd dat luste­loosheid en prikkelbaarheid een gevolg kunnen zijn van een tekort aan magne­sium in de voeding. Ook overigens in de advertentie worden deze gevoelens specifiek aan een tekort aan magnesium en niet aan een ziekte gekop­peld. Niet betwist is dat een tekort aan magnesium tot luste­loosheid en prikkelbaarheid kan leiden, zodat de tekst van de ad­ver­tentie in zoverre ook niet als misleidend kan wor­den beschouwd. Het hier bedoelde on­derdeel van de klacht kan derhalve niet slagen.

 

Ten aanzien van de advertentie voor Evelle

 

8)  De Keuringsraad heeft bezwaar gemaakt tegen de volgende tekstgedeelten van deze advertentie: ‘Evelle® de tablet met wetenschappelijk bewijs dat het rimpels vermindert en de elasticiteit van uw huid verbetert.”

De Keuringsraad stelt dat door het gebruik van het woord “verbetert” de indruk wordt ge­wekt dat de elasticiteit van de huid toeneemt door het gebruik van Evelle. Dit impliceert vol­gens de Keuringsraad een wijziging van de situatie van negatief naar positief, het­geen volgens hem in strijd is met de Warenwet. Pharma Nord heeft daartegen­over aan­gevoerd dat zij het woord “verbetert” al gebruikt sinds de uitgave nr. 1 van Swing­levend van 2008, zonder dat de Keuringsraad daartegen in een eerdere pro­ce­dure in 2008 be­zwaar heeft gemaakt. De Commissie overweegt dat deze stelling weliswaar juist is blij­kens hetgeen in onderdeel 6.11 van de beslissing van 25 juni 2008 in het dos­sier met nummer 08.0129 is overwogen, maar dit staat niet eraan in de weg dat de Keu­rings­raad nu alsnog een klacht tegen die reclame-uiting indient.

 

9)  Pharma Nord stelt dat een niet-elastische huid geen ziekte is in de zin van artikel 20 lid 2 aanhef en onder a Warenwet terwijl volgens haar evenmin sprake is van strijd met de Geneesmiddelenwet. Naar het oordeel van de Commissie neemt dit betoog evenwel niet weg dat Evelle volgens de advertentie een specifiek fysiek effect op het lichaam heeft, in die zin dat het gebruik van Evelle leidt tot een positieve ver­andering van de fysieke gezondheidstoestand van de huid. Naar het oordeel van de Commissie is deze claim niet toegestaan op grond van artikel 20 lid 2 aanhef en onder a van de Wa­ren­wet. Hetgeen in deze beslissing in onderdeel 2) is vermeld, is van overeenkomsti­ge toe­pas­sing, waardoor is gehandeld in strijd met artikel 2 NRC. Van strijd met de Geneesmidde­lenwet is evenwel geen sprake, nu Evelle niet specifiek als een geneesmiddel in de zin van deze wet wordt gepresenteerd. Gelet op het feit dat in de advertentie uitdrukkelijk naar een stu­die wordt verwe­zen waarop de ge­wraak­te mededeling met betrekking tot Evelle is geba­seerd en deze studie, die specifiek op Evelle betrekking heeft, door Phar­ma Nord is over­gelegd zonder dat de resultaten daarvan door de Keurings­raad zijn be­twist, is de werking van dit pro­duct voldoende aanne­melijk ge­maakt. De ad­vertentie voor Evelle is derhalve niet tevens misleidend in de zin van de Nederlandse Reclame Code.

 

Ten aanzien van
de advertentie voor Bio-Glucosamine

 

10)  De Keuringsraad heeft bezwaar gemaakt tegen de volgende tekstgedeelten van de-ze advertentie, die deels uit de volgende testimonial bestaat:

“’Mijn linkerhand speelt nu lekker soepel. Daardoor kan ik als vanouds goed piano­spe­len,’ zegt mevrouw Pijl. Als zij Bio-Glucosamine gebruikt, zijn haar handen, pols en vin­gers heerlijk soepel. ‘Het is werkelijk een grote opluchting dat dit middel zo geweldig helpt,’ zegt mevrouw Pijl die al heel lang last heeft van haar linkerhand. Ik kan weer veel meer doen, hoewel ik natuurlijk altijd voorzichtig moet blijven.’”

De Keuringsraad stelt met betrekking tot de testimonial dat deze medische claims be­vat. Dit betoog treft doel. In de testimonial staat immers dat Bio-Glucosa­mine helpt indien men last heeft van niet soepele handelen, pols en vingers. Daarbij is voorts nog van be­lang dat volgens de testimonial de met die klachten verband houdende pijn­ bij gebruik van Bio-Glucosamine aanzienlijk vermindert en vrijwel verdwijnt. De Com­missie vat deze teksten op als een verwijzing naar reuma en/of artrose. Aldus volgt uit de advertentie voor Bio-Glucosamine dat dit product bij deze ziekten of ziekte­beelden leidt tot een po­sitieve ver­andering van de fysieke gezondheidstoestand. Dergelijke claims zijn niet toe­gestaan op grond van artikel 20 lid 2 aanhef en onder a van de Waren­wet en artikel 84 van de Geneesmidde­lenwet. Hetgeen in deze beslissing in de onderdelen 2) en 3) is vermeld, is van overeen­komsti­ge toepassing.

 

Ten aanzien van het artikel “Slaapmiddelen niet meer vergoed”

 

11)  Ten aanzien van dit artikel hebben Pharma Nord en Partner Medien aangevoerd dat het om een redactioneel artikel gaat, dat geen reclame-uiting is. De Keuringsraad stelt echter dat het artikel reclame is voor het product Bio-Melotanine Complex van Pharma Nord. Volgens de Keurings­raad is er een duidelijke samenhang tussen het artikel en de direct daaronder geplaatste advertentie voor Bio-Melotanine Complex.

 

12)  Ten aanzien van deze kwestie is in de eerste plaats relevant hetgeen de Commissie in eerdere uit­spraken heeft overwogen aangaande de vraag of bepaalde redactionele ar­tikelen in Swing­levend als reclame-uiting van Pharma Nord moeten worden beschouwd, respectievelijk hetgeen het College van Beroep in het hoger beroep tegen die uitspraken heeft geoordeeld. In haar beslissing van 14 september 2004 (dossiernummer 04.0303) heeft de Commissie geoordeeld dat Pharma Nord niet verantwoordelijk is voor redac­tione­le uitin­gen in Swinglevend met betrekking tot bepaalde voedingssupplementen, indien geen sprake is van een verband tussen de tek­sten over voedingssupplementen

en de producten waarvoor in de uitdrukkelijk als zodanig aangemerkte advertenties van Pharma Nord reclame wordt gemaakt. Het College heeft deze uitspraak bevestigd.

Deze beslissing van het College bouwt voort op eerdere uitspraken, waarvan hier met name de beslissing van 9 juli 2004 van het College van Beroep van belang is (dossier­-

nummer 1307/03.0264 I/II). In die beslissing heeft het College, voor zover hier van be­lang, geoordeeld dat als er in een artikel wordt gesproken over een bepaald voedings­supplement, daarmee niet zon­der meer gegeven is dat er een relevante samenhang is met een 12 pagina’s verderop staande advertentie voor een product van Pharma Nord, waarin dat voedingssup­ple­ment is verwerkt. De Commissie formuleert op grond van bo­venstaande beslissingen in deze zaak als maat­staf, dat het onderhavige artikel slechts dan als reclame voor Bio-Melota­nine Complex kan wor­den aangemerkt, indien de ge­mid­deld geïnformeerde, omzichtige en oplettende gewone lezer zal menen dat met het daarin bedoelde natuurlijke alterna­tief voor slaapmiddelen Bio-Melotanine Complex wordt be­doeld. De Commissie merkt daarbij op dat dit een andere maatstaf is dan in de zaak van Het Nationaal Reu­mafonds tegen PK Bene­lux/Pharma Care (bekend onder dossiernr. 2009/00034). De vergelijking door de Keu­ringsraad met die zaak gaat mank, nu in die zaak slechts één product op de markt was waarin de aangeprezen voedings­stof was verwerkt. In het onder­havige geval is niet gebleken van zo’n exclusiviteit.

 

13)  In het gewraakte artikel wordt in de eerste plaats ingegaan op het feit dat vanaf 1 januari 2009 slaap- en kalmeringsmiddelen niet meer worden vergoed via de basisver­zekering en welke gevolgen dit heeft. In zoverre is geen sprake van een aanprijzing van een specifiek product. In het tweede onderdeel van het artikel, met de titel “Andere mogelijkheden”, staat onder meer: “Voor wie op eigen kracht alternatieven zoekt voor slaapmiddelen, zonder direct een beroep te willen doen op de huisarts, is veel informatie beschikbaar, bijvoorbeeld bij de apotheek en de betere drogisterij. Zij kunnen u vertellen over vrij verkrijgbare en aan­toonbaar effectieve middelen om slaapproblemen te bestrij­den. Steeds meer mensen blijken namelijk in staat hun slaapproblemen onder controle te krijgen met behulp van natuurlijke, niet verslavende hulpstoffen, waarvan ook geen bijwerkingen bekend zijn om de eenvoudige reden dat ze van nature in het lichaam thuishoren. En de kosten van deze middelen liggen veelal lager dan die van slaap­me­dicijnen. Zo is er al een natuurlijk alternatief voor 12 cent per dag.”

Deze prijs wordt ook genoemd in een afzonderlijk ka­der met de titel: “Basisregels voor beter slapen”, waar staat: “Ook uw vakdrogist kan u veel informatie verstrekken en helpen met natuurlijke alternatieven, die relatief goedkoop zijn (12 cent per nacht).”  

Direct onder de tekst van het artikel en het genoemde kader staat een advertentie voor Bio-Melotanine Complex. Deze advertentie eindigt met de woorden: “120 tabletten voor € 13,95 (12 cent per dag)”.

 

14)  Naar het oordeel van de Commissie zal de gemiddelde lezer een onmiskenbare samenhang zien tussen het artikel en de advertentie voor Bio-Melotanine Complex. Naast het feit dat zij begripsmatig het­zelf­de onderwerp hebben (kort gezegd: slaap­pro­blemen), is van belang dat zij visueel één geheel vormen doordat de advertentie direct onder het artikel en het kader staat. De visuele samenhang valt des te meer op, nu het artikel, het kader en de advertentie samen een volledige linker- en een rechterpagina bestrijken, waardoor deze pagina’s vol­ledig aan het onder­werp slaapproblemen zijn gewijd. Voorts valt op dat het artikel, het kader en de advertentie alle eindigen met de woorden “12 cent per dag”, hetgeen de indruk versterkt dat met het in het artikel be­doel­de alternatief in feite Bio-Melotanine Com­plex wordt bedoeld.

 

15)  Naar het oordeel van de Commissie zal de consument op grond van deze samen­hang menen dat met het in het artikel en het kader bedoelde na­tuurlijke alternatief voor slaapmiddelen in feite Bio-Melotanine Complex wordt bedoeld. Daarmee is gegeven dat het artikel en het kader als een reclame-uiting voor Bio-Melotanine Complex dienen te worden be­schouwd. Dat ook een andere pro­duct (BioActive Magnesium) waarvoor in Swingle­vend reclame wordt gemaakt 12 cent per dag kost, leidt niet tot een ander oor­deel. Dit impliceert dat Bio-Melotanine Complex in feite wordt aangeprezen als een na­tuurlijk en aantoonbaar effectief alternatief voor op recept verkrijgbare slaapmiddelen. Aan Bio-Melotanine Complex wordt derhalve dezelfde werking als aan deze medi­cijnen toegedicht. Naar het oordeel van de Commissie is een dergelijke claim niet toegestaan op grond van artikel 20 lid 2 aanhef en onder a van de Wa­ren­wet en artikel 84 van de Geneesmid­delenwet. Hetgeen in deze beslissing in de onderdelen 2) en 3) is vermeld, is van over­eenkomsti­ge toepassing. Gelet op de redactio­neel ogende opmaak van de on­derhavige reclame is deze bovendien niet als zo­da­nig herken­baar en daardoor mislei­dend in de zin van artikel 8.5 NRC in ver­binding met punt 10 van de bij artikel 8.5 beho­rende bijlage 1 NRC. Dit im­pliceert dat de re­cla­me-uiting tevens oneerlijk is in de zin van artikel 7 NRC. Voorts volgt uit de overweging dat de re­clame onvoldoende herkenbaar is dat Partner Me­dien artikel 11.1 NRC heeft ge­schon­den. Anders dan ten aanzien van de hiervoor genoemde adver­ten­ties is voor deze reclame-uiting in de eerste plaats Partner Medien verantwoor­delijk. Nu sprake is van een duidelijk ver­band tus­sen de tekst van het artikel en het pro­duct Bio-Melotanine Complex van Pharma Nord waarvoor in deze edi­tie van Swingle­vend reclame wordt gemaakt, acht de Commissie naast Partner Medien Pharma Nord mede ver­antwoordelijk voor de schending van de genoemde artikelen.

 

Ten aanzien van de artikelen “Energie om van het leven te genieten” en “Cholesterol omlaag en geen bijwerkingen meer”

 

16)  Ten slotte resteren de klachten tegen de artikelen met de titels “Energie om van het leven te genieten” en “Cholesterol omlaag en geen bijwerkingen meer”. Ten aanzien van deze artikelen heeft de Keuringsraad gesteld dat zij reclame bevatten voor Bio Quinon Q10 van Pharma Nord. Pharma Nord en Partner Medien betwisten dat het om reclame gaat en stellen dat het in beide gevallen om zuiver redactionele artikelen gaat. Bij de be­oordeling van deze kwestie gaat het om de vraag of de gemiddeld geïnformeerde, om­zichtige en oplettende gewone consument zal menen dat met het in de artikelen bespro­ken voedingssupplement Q10 in feite specifiek Bio Quinon Q10 van Pharma Nord wordt bedoeld. Naar het oordeel van de Commissie is dit niet het geval. Anders dan ten aan­zien van Bio-Melotanine Complex staat voor Bio Quinon Q10 geen adver­tentie in de on­derhavige uitgave van Swinglevend. Voorts is van belang dat niet in geschil is dat ook andere fabrikanten voedingsmiddelen verkopen met als bestanddeel Q10, zodat een con­sument niet noodzakelijk Bio Quinon Q10 koopt indien hij naar aanleiding van de  hier bedoelde artikelen om een product met Q10 vraagt. Voorts is in dit kader van be­lang dat uit de door Pharma Nord overgelegde stukken blijkt dat die andere fabrikan­ten eveneens gebruik maken van de vermelding “Q10” in de pro­ductnaam. Het enkele feit dat in de Swing­le­vend (vrijwel) uitsluitend advertenties van Pharma Nord staan, leidt niet tot een ander oordeel, nu dit onvoldoende aanleiding geeft om aan te nemen dat de consument reeds op grond daar­van specifiek om het product van Pharma Nord zal vra­gen indien hij een product met Q10 wenst te kopen. Hetzelfde geldt voor de afge­beelde tabletten in het ar­tikel “Energie om van het leven te genieten” en de verwijzing naar gela­tinecapsules die olie bevatten in het artikel “Cholesterol omlaag en geen bijwer­kingen meer”. Naar het oordeel van de Commissie is niet aannemelijk geworden dat de afge­beelde ta­bletten respectievelijk de verwijzing naar de gelatinecapsules met olie door de consu­ment spe­cifiek met het product Bio Quinon Q10 van Pharma Nord zullen worden geassocieerd, mede om­dat laatstgenoemde onweersproken heeft gesteld dat ook ande­re fabri­kanten tabletten met een brui­ne kleur in de vorm van gelatinecapsules met olie verkopen. Dat de tabletten in on­geveer dezelf­de opstel­ling zijn gefotografeerd als in een eerdere reclame-uiting voor Bio Quinon Q10, zal de con­sument ongetwijfeld ontgaan.

 

17)  Het voorgaande neemt niet weg dat de teksten op de pagina’s 26, 27, 28 en 29 wel een duidelijk wervend karakter hebben voor de stof Q10. In deze artikelen wordt immers uit­gebreid ingegaan op de voordelen van de stof. Zo wordt onder meer gesteld dat Q10:

– weerstandverhogend is waardoor verkoudheid wordt voorkomen,

– spierklachten verhelpt,

– werkt bij ontstoken slijmvliezen, en

– aambeien doet verdwijnen.

Gelet hierop moeten de beide artikelen worden aangemerkt als reclame voor voedings­supplementen met het ingrediënt Q10. Dat die voedingssupplementen onder verschil­len­de merknamen worden verkocht, laat onverlet dat hier sprake is van reclame (vgl. RCC 14 september 2004, dossiernr: 04.0303, bekrachtigd door het College van Beroep).

 

18)  Gelet op de redactioneel ogende opmaak van de onderhavige reclame, is deze niet als zodanig herken­baar en daardoor misleidend in de zin van artikel 8.5 NRC in ver­bin­ding met punt 10 van de bij artikel 8.5 behorende bijlage 1 NRC. Dit impliceert dat de reclame-uiting oneerlijk is in de zin van artikel 7 NRC. Tevens volgt uit deze overwe­ging dat de reclame onvol­doen­­de herkenbaar is, waardoor artikel 11.1 NRC is ge­schon­den. Blijkens het voor­gaan­de wordt aan Q10 bovendien de eigenschap toege­schre­ven dat het ver­koudheid, spierklachten, ont­stoken slijmvliezen en aambeien voorkomt of ge­neest. Naar het oordeel van de Com­missie is deze claim in strijd met artikel 20 lid 2 aanhef en onder a van de Wa­ren­wet. Hetgeen in deze beslissing in onderdeel 2) is ver­meld, is van over­een­komsti­ge toepas­sing, waardoor is gehandeld in strijd met artikel 2 NRC. Q10 kan worden beschouwd als een eet- of drinkwaar in de zin van de Warenwet, nu deze stof is bestemd om door de mens te wor­den geconsumeerd (vgl. artikel 2 Ver­ordening (EG) nr. 178/2002). Van strijd met de Ge­neesmiddelenwet is geen sprake, aangezien het geen reclame voor een eindproduct be­treft. Nu een duidelijk ver­band tus­sen de tekst van de artikelen en een pro­duct van Pharma Nord ontbreekt, is uitsluitend Partner Medien verantwoordelijk voor het hier genoemde handelen.

 

19)  Aangezien de Commissie Pharma Nord al eerder naar aanleiding van medische claims in reclame-uitingen in Swinglevend heeft aanbevolen om niet meer op een derge­lijke wijze reclame te maken en Pharma Nord ook nu weer in diverse reclame-uitingen dergelijke verboden claims heeft gemaakt, heeft de Commissie, mede gelet op het daartoe strekkende verzoek van de Keuringsraad, besloten deze uitspraak onder de aandacht van een breed publiek te brengen, als bedoeld in artikel 17 lid 1 onder h jo. artikel 18 lid 4 van het Reglement betreffende de Reclame Code Commissie en het College van Beroep.

 

De beslissing

 

Op grond van hetgeen onder 2), 3), 6), 9) en 10) is vermeld, acht de Commissie de daar bedoelde reclame-uitingen in strijd met het bepaalde in artikel 2 NRC. De Commissie beveelt Pharma Nord aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.

 

Op grond van hetgeen onder 15) is vermeld, acht de Commissie de daar bedoelde re­clame-uiting in strijd met het bepaalde in de artikelen 2, 7 en 11.1 NRC. De Commissie beveelt Pharma Nord en Partner Medien aan om niet meer op een dergelijke wijze re­clame te maken.

 

Op grond van hetgeen onder 18) is vermeld, acht de Commissie de daar bedoelde re­clame-uiting in strijd met het bepaalde in de artikelen 2, 7 en 11.1 NRC. De Commissie beveelt Partner Medien aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.

 

De Commissie wijst de klacht voor het overige af.

 

De Commissie heeft ten aanzien van Pharma Nord besloten de uitspraak onder de aandacht van een breed publiek te brengen, als bovenvermeld.

 

College van Beroep:

I. Principaal appel

    

De grieven van Pharma Nord

           

Deze kunnen als volgt worden samengevat. 

 

1. De Commissie heeft ten onrechte geoordeeld dat de advertenties voor Prelox, BioActive Magnesium en Bio-Glucosamine in strijd zijn met artikel 20 lid 2 onder a van de Warenwet en artikel 1 lid 1 onder b jo. 84 van de Geneesmiddelenwet en daardoor met artikel 2 van de Nederlandse Reclame Code (NRC). Deze producten zijn in de bestreden uitingen niet aangediend als geneesmiddel in de zin van artikel 1 lid 2 van richtlijn 2001/83/EG. Hierin is (onder a) bepaald dat sprake is van een geneesmiddel indien het product wordt aangediend als hebbende therapeutische of profylactische eigenschappen met betrekking tot ziekten bij de mens. Uit de advertenties blijkt duidelijk dat de aangeprezen producten voedingssupplementen betreffen; de producten worden dus niet aangediend als geneesmiddelen. Krachtens richtlijn 2002/46/EG mag in etikettering, presentatie en reclame aan voedingssupplementen niet de eigenschap worden toegeschreven dat zij ziekten bij de mens voorkomen, behandelen of genezen, noch mogen daarin op dergelijke eigenschappen toespelingen worden gemaakt. De bestreden advertenties gaan niet over ziekten, laat staan over het voorkomen, behandelen of genezen daarvan. De enkele positieve verandering van de fysieke gezondheidstoestand is niet voldoende om te concluderen dat sprake is van strijd met de genoemde artikelen van de Warenwet en de Geneesmiddelenwet en met artikel 2 NRC.

 

2. De Commissie heeft ten onrechte geoordeeld dat de advertentie voor Evelle in strijd is met artikel 20 lid 2 onder a van de Warenwet en artikel 2 NRC. Uit het oordeel van de Commissie dat het product niet is aangediend als een geneesmiddel in de zin van de Geneesmiddelenwet volgt dat ook geen sprake kan zijn van strijd met artikel 20 lid 2 onder a Warenwet. Aan het voedingssupplement Evelle wordt niet de eigenschap toegeschreven dat ziekten bij de mens worden voorkomen, behandeld of genezen.

 

3.a. De Commissie heeft ten onrechte geoordeeld dat het artikel “Slaapmiddelen niet meer vergoed” en het ernaast geplaatste kader als een reclame-uiting voor Bio-Melatonine Complex van Pharma Nord dienen te worden beschouwd. Er is geen relevante samenhang tussen het artikel en de advertentie, omdat in het redactionele artikel geen bepaalde, nader genoemde ingrediënten worden behandeld die in de advertentie voor Bio-Melatonine voorkomen. Voorts komt de verwijzing naar 12 cent kosten per dag in meer advertenties in Swinglevend  voor, en zijn het redactionele artikel en de advertentie door kleurstelling, een scheidslijn en de vermelding “advertentie” boven de advertentie voor Bio-Melatonine duidelijk van elkaar gescheiden.

 

3b. Het is onjuist Pharma Nord mede verantwoordelijk te houden voor de plaatsing van de advertentie voor Bio-Melatonine onder het redactionele artikel. Partner Medien is als zelfstandig uitgever als enige verantwoordelijk voor de opmaak, presentatie en inhoud van het blad Swinglevend.

 

3c. Omdat geen samenhang bestaat tussen het redactionele artikel “Slaapmiddelen niet meer vergoed” en de advertentie voor Bio-Melatonine Complex, gaat het oordeel van de Commissie niet op dat Bio-Melatonine Complex wordt aangeprezen als alternatief voor op recept verkrijgbare slaapmiddelen, en dat aan het aangeprezen product dezelfde eigenschappen worden toegeschreven als aan deze medicijnen. Van strijd met artikel 20 lid 2 onder a Warenwet en artikel 1 lid 1 onder b jo. 84 Geneesmiddelenwet en daardoor met artikel 2 NRC is geen sprake.

 

3d. Nu voldoende scheiding bestaat tussen het artikel en de advertentie heeft de Commissie ten onrechte geoordeeld dat sprake is van onvoldoende als zodanig herkenbare, misleidende en oneerlijke reclame.

 

4. Een openbare aanbeveling dient achterwege te worden gelaten, nu Pharma Nord aan eerdere aanbevelingen van de Commissie en het College gehoor heeft gegeven, zodat geen sprake is van een herhalingsklacht. Bovendien had het op de weg van de Keuringsraad gelegen te overleggen met Pharma Nord over de bezwaren tegen de inhoud van Swinglevend in plaats van rauwelijks de onderhavige klacht in te dienen.

 

De grieven van Partner Medien

 

1. De Commissie heeft ten onrechte geoordeeld dat het artikel “Slaapmiddelen niet meer vergoed” als reclame voor Bio-Melatonine Complex van Pharma Nord dient te worden aangemerkt. Ook het oordeel dat in het artikel aan Bio-Melatonine Complex dezelfde werking wordt toegeschreven als aan op recept verkrijgbare slaapmiddelen is onjuist. Er is geen sprake van reclame in de zin van artikel 1 NRC, en zeker niet van misleidende reclame als bedoeld in artikel 8.5 NRC jo. punt 10 van de bij artikel 8.5 behorende bijlage 1, oneerlijke reclame als bedoeld in artikel 7 NRC of onherkenbare reclame als bedoeld in artikel 11.1 NRC.

.

2. Ten aanzien van de artikelen “Energie om van het leven te genieten” en “Cholesterol omlaag en geen bijwerkingen meer” heeft de Commissie terecht geoordeeld dat geen sprake is van reclame voor het product Bio Quinon Q10 van Pharma Nord, zoals door de Keuringsraad in de klacht was gesteld. Het oordeel van de Commissie dat wel sprake is van reclame voor voedingssupplementen met het ingrediënt Q10 vormt een door de Keuringsraad niet aangevoerde uitbreiding van de klacht en is bovendien onjuist. De artikelen zijn louter informatief van aard, gebaseerd op de (positieve) ervaringen van de twee geïnterviewden met het co-enzym Q10, dat bovendien in veel meer producten dan alleen in voedingssupplementen voorkomt. Er is geen sprake van strijd met de wet, misleidende of oneerlijke reclame, of als zodanig onherkenbare reclame.

 

Het antwoord in appel 

 

De Keuringsraad handhaaft, kort samengevat, zijn standpunt dat de voedingsmiddelen Prelox, BioActive Magnesium en Bio-Glucosamine door de wijze van aanprijzing en presentatie in de advertenties, waarbij gebruik wordt gemaakt van medische claims en/of toespelingen daarop, als geneesmiddelen moeten worden aangemerkt in de zin van artikel 1 lid 1 sub b van de Geneesmiddelenwet. De advertenties voor deze producten zijn in strijd met artikel 84 van de Geneesmiddelenwet, waarin reclame voor geneesmiddelen waarvoor geen handelsvergunning is verleend is verboden. De bovengenoemde advertenties alsmede de advertentie voor Evelle zijn bovendien in strijd met artikel 20 lid 2 sub a van de Warenwet, omdat in deze advertenties wordt gesuggereerd dat de betreffende producten ziekten als erectiestoornissen, RSI en gewrichtsproblemen en een verminderde elasticiteit van de huid voorkomen, behandelen of genezen, of in de advertenties toespelingen op zodanige eigenschappen worden gemaakt.

 

Voorts handhaaft de Keuringsraad kort samengevat het standpunt dat het artikel “Slaapmiddelen niet meer vergoed” als niet toelaatbare reclame voor Bio Melatonine Complex moet worden beschouwd.

 

Tenslotte licht de Keuringsraad toe het eens te zijn met het oordeel van de Commissie dat de artikelen “Energie om van het leven te genieten” en “Cholesterol omlaag en geen bijwerkingen meer” moeten worden aangemerkt als reclame voor voedingssupplementen met het ingrediënt Q10, welke reclame in strijd is met de artikelen 2, 7 en 11.1 NRC.

 

II. Incidenteel appel

 

De grieven in incidenteel appel

 

De Keuringsraad is het niet eens met het oordeel van de Commissie, dat de verwijzing naar het advies van “een deskundige” in de advertentie voor Prelox niet in strijd is met artikel 12 aanhef en onder c van de Europese verordening inzake voedings- en gezondheidsclaims (EG nr. 1924/2006). Met de aanduiding “individuele arts of beroepsbeoefenaar” in artikel 12 van genoemde Verordening wordt gedoeld op één enkel persoon, ter onderscheiding van een overkoepelende organisatie of groep van artsen/beroepsbeoefenaren. Het gaat erom dat de consument gezag toekent aan de aanbeveling van een individuele arts of beroepsbeoefenaar. Daarbij is niet relevant of deze bij naam wordt genoemd. Door de verwijzing naar “een deskundige” in de advertentie voor Prelox wordt gesuggereerd dat sprake is van een aanbeveling door een arts of beroepsbeoefenaar.

 

Het antwoord in incidenteel appel

 

Pharma Nord conformeert zich, kort samengevat, aan het oordeel van de Commissie dat het in artikel 12 van de Verordening neergelegde verbod betrekking heeft op een aanbeveling van een met name genoemde, individuele arts of beroepsbeoefenaar op het gebied van de gezondheidszorg. In de advertentie voor Prelox is daarvan geen sprake.

 

De mondelinge behandeling

 

Partijen hebben hun standpunten nader toegelicht.

 

Daarbij is namens Pharma Nord benadrukt, dat voor de interpretatie van “geneesmiddel” zoveel mogelijk dient te worden aangesloten bij de definitie in richtlijn 2001/83. Derhalve moet beoordeeld worden of een product wordt aangediend als hebbend therapeutische of profylactische eigenschappen met betrekking tot ziekten van de mens. De toevoeging in de Warenwet van “toespelingen op dergelijke eigenschappen” dient beperkt te worden uitgelegd. De bestreden advertenties hebben geen betrekking op ziekten.

 

Namens Partner Medien is aangevoerd dat indien de beslissing van de Commissie ten aanzien van de artikelen “Energie om van te leven” en “Cholesterol omlaag en geen bijwerkingen meer” als een ambtshalve uitbreiding van de klacht door de Commissie moet worden beschouwd, deze kwestie dient te worden terugverwezen naar de Commissie, omdat Partner Medien nog niet in de gelegenheid is geweest zich hiertegen te verweren.

 

 

 

Het oordeel van het College

 

I. Principaal appel

 

I.1.

Ten aanzien van de verschillende grieven overweegt het College het volgende.

 

I.2.

Pharma Nord heeft aangevoerd dat de advertenties voor Prelox, BioActive Magnesium en Bio-Glucosamine geen betrekking hebben op ziekten, ook niet op het voorkomen, behandelen of genezen daarvan.

 

Deze grief treft geen doel. In verschillende woordenboeken (Van Dale online, Koenen) wordt “ziekte” omschreven als een storing in de werking van een of meer van de organen.

Het College deelt het oordeel van de Commissie dat de in de advertenties behandelde erectiestoornissen (Prelox), RSI-symptomen en RSI (BioActive Magnesium) en niet soepele handen, pols en vingers (Bio-Glucosamine) verwijzen naar ziekten en door de gemiddelde consument als zodanig zullen worden opgevat. Nu aan de aangeprezen producten in de desbetreffende advertenties eigenschappen worden toegeschreven inzake

het voorkomen, behandelen of genezen van de respectievelijke ziekten of toespelingen op zodanige eigenschappen worden gemaakt, heeft Pharma Nord gehandeld in strijd met artikel 20 lid 2 aanhef en onder a van de Warenwet.

 

I.3.

Pharma Nord heeft aangevoerd dat in de advertenties wordt vermeld dat de producten Prelox, BioActive Magnesium en Bio-Glucosamine voedingsmiddelen zijn. De producten zijn niet aangediend als geneesmiddel, omdat de advertenties geen betrekking hebben op ziekten bij de mens.

 

Het College deelt het oordeel van de Commissie dat de aangeprezen producten Prelox, BioActive Magnesium en Bio-Glucosamine in werkelijkheid voedingsmiddelen zijn, maar door de wijze van aandiening in de advertenties dienen te worden aangemerkt als geneesmiddelen in de zin van artikel 1 lid 1 aanhef en onder b van de Geneesmiddelenwet, nu de producten worden gepresenteerd als zijnde geschikt voor het genezen of voorkomen van ziekten, zoals onder I.2 is overwogen. Reclame voor een geneesmiddel waarvoor geen handelsvergunning is verleend, is verboden op grond van artikel 84 van de Geneesmiddelenwet. Nu ten aanzien van de producten Prelox, BioActive Magnesium en Bio-Glucosamine een dergelijke vergunning ontbreekt, heeft Pharma Nord in strijd met de Geneesmiddelenwet gehandeld.

 

I.4.

Het College deelt het oordeel van de Commissie dat de advertenties voor Prelox, BioActive Magnesium en Bio-Glucosamine niet in overeenstemming zijn met de Warenwet en de Geneesmiddelenwet, en daardoor in strijd zijn met het bepaalde in artikel 2 NRC.

 

I.5.

Met betrekking tot de advertentie voor Evelle heeft Pharma Nord aangevoerd dat deze niet in strijd met artikel 20 lid 2 aanhef en onder a van de Warenwet is, omdat een niet-elastische huid geen ziekte is in de zin van genoemd artikel van de Warenwet.

 

Deze grief faalt eveneens. Het College is van oordeel dat in de bestreden advertentie aan het product Evelle de eigenschap wordt toegeschreven een negatief proces in de huid stop te zetten door rimpels te verminderen en de elasticiteit te verbeteren.  De Commissie heeft terecht geoordeeld dat deze claim niet is toegestaan op grond van artikel 20 lid 2 aanhef en onder a van de Warenwet, waardoor de advertentie voor Evelle in strijd is met het bepaalde in artikel 2 NRC.

 

I.6.

De grieven van zowel Pharma Nord als Partner Medien betreffende het artikel “Slaapmiddelen niet meer vergoed” zijn in de eerste plaats gericht tegen het oordeel van de Commissie dat dit artikel met het daarbij geplaatste kader als reclame voor Bio-Melatonine Complex van Pharma Nord dient te worden aangemerkt, en voorts tegen het oordeel dat deze reclame-uiting in strijd met de wet is, misleidend, oneerlijk en onvoldoende herkenbaar als reclame. De grieven lenen zich voor gezamenlijke behandeling.

 

I.7.

Het College deelt het oordeel van de Commissie dat de gemiddelde lezer zal menen dat met het in het onderhavige artikel bedoelde natuurlijke alternatief voor slaapmiddelen Bio-Melotanine Complex van Pharma Nord wordt bedoeld, waarvoor direct onder het artikel een advertentie is geplaatst. De gemiddelde lezer zal een onmiskenbare samenhang zien tussen het artikel, het ernaast geplaatste kader en de advertentie voor Bio-Melatonine Complex omdat zij een volledige linker- en rechterpagina vullen die geheel zijn gewijd aan het onderwerp slaapproblemen, deze visueel één geheel vormen en zowel het artikel, het kader als de advertentie eindigen met de woorden “12 cent per dag”. Dat de verwijzing naar 12 cent kosten per dag in meer advertenties in Swinglevend voorkomt neemt niet weg dat in het onderhavige geval door deze herhaalde vermelding “12 cent per dag” de indruk wordt versterkt dat met het in het artikel en het kader bedoelde alternatief in feite Bio-Melatonine Complex wordt bedoeld. Gelet hierop dienen het artikel en het kader als een reclame-uiting voor Bio-Melatonine Complex van Pharma Nord te worden beschouwd.

 

I.8.

Het College ziet in hetgeen door Pharma Nord en Partner Medien in appel is aangevoerd geen aanleiding af te wijken van het oordeel van de Commissie dat in het artikel aan Bio-Melatonine Complex dezelfde werking wordt toegeschreven als aan op recept verkrijgbare slaapmiddelen, welke claim niet is toegestaan op grond van artikel 20 lid 2 aanhef en onder a van de Warenwet en artikel 84 van de Geneesmiddelenwet. Voorts deelt het College het oordeel van de Commissie dat het onderhavige artikel door de redactionele opmaak ervan niet voldoende als reclame herkenbaar is, waardoor de reclame-uiting misleidend is in de zin van artikel 8.5 NRC jo. punt 10 van de bij artikel 8.5 behorende bijlage 1 en oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC, en waardoor tevens artikel 11.1 NRC is geschonden.

 

I.9.

Het College deelt het oordeel van de Commissie dat zowel Partner Medien als Pharma Nord verantwoordelijk moet worden gehouden voor de schendingen van de onder I.8 genoemde artikelen gelet op de geconstateerde samenhang tussen de tekst van het artikel en het product Bio-Melatonine Complex van Pharma Nord waarvoor reclame wordt gemaakt.

 

I.10.

Met betrekking tot de artikelen “Energie om van het leven te genieten” en “Cholesterol omlaag en geen bijwerkingen meer” heeft Partner Medien aangevoerd, dat de Commissie deze artikelen ten onrechte als reclame voor voedingssupplementen met het ingrediënt Q10 heeft beschouwd.

 

Het College stelt voorop geen aanleiding te zien tot terugverwijzing van dit onderdeel naar de Commissie, nu Partner Medien voldoende in de gelegenheid is geweest haar standpunt in dezen naar voren te brengen.

De bestreden artikelen zijn naar het oordeel van het College niet louter informatief van aard, maar hebben een zodanig wervend karakter voor de stof Q10, dat de artikelen moeten worden beschouwd als reclame voor voedingssupplementen met het ingrediënt Q10. Onder verwijzing naar hetgeen is overwogen onder I.8. deelt het College het oordeel van de Commissie dat de artikelen door de redactionele opmaak daarvan onvoldoende als reclame herkenbaar zijn, waardoor de artikelen 7 en 11.1 NRC zijn geschonden.

Nu aan Q10 de eigenschap wordt toegeschreven dat het verkoudheid, spierklachten, ontstoken slijmvliezen en aambeien voorkomt of geneest, bevatten de reclame-uitingen een claim die in strijd is met artikel 20 lid 2 aanhef en onder a van de Warenwet. Met de Commissie is het College van oordeel dat Partner Medien hierdoor heeft gehandeld in strijd met het bepaalde in artikel 2 NRC.

 

I.11.

Het College is van oordeel dat door de Commissie terecht is besloten de uitspraak ten aanzien van Pharma Nord onder de aandacht van een breed publiek te brengen, als bedoeld in artikel 17 lid 1 onder h jo. artikel 18 lid 4 van het Reglement betreffende de Reclame Code Commissie en het College van Beroep. De Commissie heeft Pharma Nord al eerder naar aanleiding van medische claims in haar reclame-uitingen in Swinglevend aanbevolen niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken. Dat Pharma Nord met betrekking tot de toen aan de orde zijnde reclame-uitingen gehoor heeft gegeven aan de aanbevelingen neemt niet weg, dat Pharma Nord nu weer op soortgelijke wijze reclame heeft gemaakt door in de onderhavige reclame-uitingen in Swinglevend opnieuw dergelijke niet toegelaten medische claims op te nemen. Het argument van Pharma Nord dat een openbare aanbeveling niet redelijk is nu de Keuringsraad niet voorafgaand aan het indienen van de klacht contact met Pharma Nord heeft opgenomen over de inhoud van de klacht treft geen doel. Een dergelijk contact is geen voorwaarde voor het kunnen indienen van een klacht tegen een reclame-uiting en de behandeling van de klacht door de Commissie. De beslissing van de Commissie de uitspraak ten aanzien van Pharma Nord onder de aandacht van een breed publiek te brengen wordt bevestigd.

 

II. Incidenteel appel

 

II.1.

In de advertentie voor Prelox staat dat de betrokkene “op aanraden van een deskundige” Prelox ging gebruiken. Anders dan de Commissie is het College van oordeel dat door deze verwijzing naar het advies van een deskundige is gehandeld in strijd met artikel 12 aanhef en onder c van de Europese verordening inzake voedings- en gezondheidsclaims (EG nr. 1924/2006), waar staat dat het verboden is om te verwijzen naar “aanbevelingen van individuele artsen of beroepsbeoefenaren op het gebied van de volksgezondheid”. Door de verwijzing naar “een deskundige” in de advertentie voor Prelox wordt de suggestie gewekt dat sprake is van een advies van een ter zake deskundige beroepsbeoefenaar, aan welk advies door de gemiddelde consument gezag wordt toegekend. Daarbij is niet van belang of (in enige mate) duidelijk is van welke specifieke beroepsbeoefenaar het advies afkomstig is. De toevoeging “individuele” aan de aanduidingen “artsen of beroepsbeoefenaren” in artikel 12 onder c van de Verordening dient naar het oordeel van het College ter onderscheiding van een enkele arts of beroepsbeoefenaar van de eveneens in artikel 12 onder c genoemde “verenigingen”.

 

II.2.

Gelet op het vorenstaande is de verwijzing naar “een deskundige” in de advertentie voor Prelox in strijd met de wet en derhalve met artikel 2 NRC.

 

 

De beslissing

 

Het College vernietigt de beslissing van de Commissie, voor zover de Commissie de reclame-uiting voor Prelox niet in strijd met artikel 12 aanhef en onder c van de Verordening EG nr. 1924/2006 en derhalve in strijd met artikel 2 NRC heeft bevonden, en wijst dit onderdeel van de klacht alsnog toe. Pharma Nord wordt aanbevolen niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.

Voor het overige bevestigt het College de beslissing van de Commissie, voor zover daartegen beroep is ingesteld.

 

 

Opnieuw uitspraken zoeken

Op datum, dossiernummer, trefwoord of soort uitspraak of een combinatie van deze zoekopties.

*Verplicht in te vullen velden

Uitgebreid zoeken