a a a
 

Uitspraken

Alle uitspraken van de Reclame Code Commissie en het College van Beroep vanaf 2007 vindt u hier.

Terug naar zoekresultaten

niet-commerciele reclame

Dossiernr:

2010/00710

Datum:

21-12-2010

Uitspraak:

Afwijzing

Product/dienst:

niet-commerciele reclame

Motivatie:

Misleiding (overig)

Medium:

Audiovisuele Mediadiensten

De bestreden reclame-uiting

 

Het betreft een televisiereclame waarin het volgende wordt gezegd:

“In de brugklas rookt één op de vier kinderen wel eens.

En rookt uw kind eenmaal, dan luistert het minder goed naar uw bezwaren tegen roken. Ga dus nu het gesprek aan.

 

Kinderen en roken? U kunt er iets aan doen.

Informatie en tips vindt u op www.stivoro.nl”.

 

De klacht

 

Klager, die student psychologie is, bestrijdt de mededeling: “En rookt uw kind eenmaal, dan luistert het minder goed naar uw bezwaren tegen roken”.

Aan het literatuuronderzoek dat klager heeft gedaan, ontleent hij geen bewijs dat de stelling juist is.

Het is algemeen bekend dat kinderen in de pubertijd minder goed naar de ouders luisteren; ze worden opstandig of rebels. Er wordt minder goed geluisterd, ongeacht of men rookt.

Algemeen bekend is ook dat pubers experimenteren met bijvoorbeeld drugs of alcohol of dat ze beginnen met roken.

 

Het verweer

 

Adverteerder heeft onder meer het volgende meegedeeld.

Blijkens de literatuurstudie ‘Zoals de ouders zingen, piepen de jongen’ van R. Engels (Radboud universiteit Nijmegen) uit 2000 hebben kinderen, die weten dat hun ouders roken afkeuren, minder kans om te gaan roken dan kinderen die dat niet weten. Voorts wordt uit steeds meer onderzoeken duidelijk hoe belangrijk een kwalitatief goede relatie en een kwalitatief goed gesprek tussen ouders en kind zijn voordat het kind rookt. Adverteerder verwijst naar een onderzoek uit 2006.

 

Het is van belang dat ouders met hun kind praten over roken voordat het rookt of experimenteert met roken. Als het kind rookt, zal het minder openstaan voor niet-roken normen. Dit valt te verklaren uit de Cognitieve dissonantie theorie van Festinger. Dit is een psychologische term voor de onaangename spanning die ontstaat bij het kennis nemen van feiten of opvattingen die strijdig zijn met een eigen overtuiging, mening of gedrag. Volgens de theorie voelen mensen een sterke drang om dissonanties te verkleinen door hun overtuiging, mening of gedrag aan te passen (in dit geval: niet meer roken)  of juist om een en ander goed te praten (in dit geval: roken heeft bepaalde voordelen voor mij). Wanneer het gesprek plaatsvindt voordat kinderen gaan roken, dan heeft het kind daarvan nog geen voordelen ervaren.

 

Het “minder goed luisteren” in de tekst van de reclame duidt op minder goed openstaan voor de boodschap van de ouders en wordt geïllustreerd door het beeld waarbij de in de reclame optredende jongen een sigarettenfilter in elk oor stopt.

 

Blijkens een TNS NIPO rapport uit 2009 hebben jongeren die weleens hebben gerookt vaker gesprekken met hun ouders over het wel of niet gaan roken dan jongeren die nog nooit hebben gerookt. De gewraakte reclame beoogt ouders ertoe aan te zetten om preventief een gesprek te voeren met hun kind over roken.

 

De mondelinge behandeling

 

De heer Willemsen heeft het standpunt van adverteerder nader toegelicht.      

 

Hij deelt onder meer mee dat de gewraakte stelling momenteel niet empirisch, maar wel theoretisch kan worden onderbouwd; empirisch onderzoek is moeilijk te verwezenlijken,  omdat de medisch-ethische commissie dergelijk onderzoek niet gemakkelijk zal goedkeuren.

Voorts wijst hij erop dat jongeren die roken, daar moeilijk mee blijken te kunnen stoppen; er is sprake van een lichamelijke behoefte en/of sociale druk.

 

Het oordeel van de Commissie

 

De strekking van de gewraakte reclame is ouders ertoe aan te sporen om met hun kind te praten over bezwaren tegen roken, en wel tijdig, dat wil zeggen voordat het kind eventueel begint met roken.

Naar het oordeel van de Commissie heeft adverteerder de juistheid van de in dit verband gedane bewering: “En rookt uw kind eenmaal, dan luistert het minder goed naar uw bezwaren tegen roken”, voldoende aannemelijk gemaakt. De Commissie acht het met name aannemelijk dat kinderen, die nog geen voordelen van roken hebben ervaren, zoals een zeker lichamelijk welbevinden en/of aansluiting bij andere rokers, niet, althans minder geneigd zullen zijn om roken goed te praten.

Op hetgeen adverteerder ter onderbouwing van de stelling heeft aangevoerd, is door klager overigens niet meer gereageerd.

 

Gelet op het bovenstaande wordt als volgt beslist.

 

De beslissing

 

De Commissie wijst de klacht af.

 

Opnieuw uitspraken zoeken

Op datum, dossiernummer, trefwoord of soort uitspraak of een combinatie van deze zoekopties.

*Verplicht in te vullen velden

Uitgebreid zoeken