De bestreden reclame-uiting
Het betreft een radiocommercial, waarin onder meer wordt gezegd: “Stel je hebt een vriendinnenavondje in de kroeg. En je vriend blijft thuis (…) en wie staat er aan de bar? Een superknappe vent. En hij komt op je af en hij fluistert in je oor “Wat dacht je van een flesje wijn bij mij thuis”. Wat zeg je dan?“ Hierna zegt een vrouw: “Ja, maar ik ben wel bob dus liever een sinas.”
De klacht
Klaagster vindt het kwalijk dat de overheid ‘vreemdgaan’ stimuleert.
Het oordeel van de voorzitter
Het enkele feit dat in de radiocommercial wordt verwezen naar een vrouw die een vriend heeft en desondanks ingaat op het aanbod van een andere man om bij hem thuis iets te gaan drinken, is onvoldoende om de reclame-uiting in strijd te achten met hetgeen naar hedendaagse maatstaven toelaatbaar dient te worden geacht. Het is onmiskenbaar niet de bedoeling van de radiocommercial overspel te promoten of goed te keuren. In plaats daarvan is de boodschap duidelijk dat men als “bob” geen alcohol dient te nuttigen. Dat sommigen bedenkingen zullen hebben bij de (humoristisch bedoelde) wijze waarop deze boodschap wordt gecommuniceerd, leidt in dit geval niet tot het oordeel dat de uiting in strijd is met de Nederlandse Reclame Code.
De beslissing van de voorzitter
Gelet op het bovenstaande wijst de voorzitter de klacht af.