a a a
 

Uitspraken

Alle uitspraken van de Reclame Code Commissie en het College van Beroep vanaf 2007 vindt u hier.

Terug naar zoekresultaten

(Financiele) dienstverlening

Status:

Dossiernr:

2024/00063

Datum:

22-03-2024

Uitspraak:

Aanbeveling

Product/dienst:

(Financiele) dienstverlening

Motivatie:

Misleiding (overig)

Medium:

Digitale Marketing Communicatie

De bestreden uiting

Het betreft een e-mail die op 19 januari 2024 aan klager is gestuurd door verweerder. Hierin staat het volgende (voor zover voor de klacht relevant):

“ (…)

Als huisarts zult u ongetwijfeld vragen krijgen van patiënten over het invullen van CBR-verwijzingen voor het aanvragen of verlengen van het rijbewijs. De KNMG adviseert dit niet te doen om de vertrouwensrelatie tussen huisarts en patiënt niet onbedoeld onder druk te zetten.

RegelZorg is al meer dan 16 jaar hét afsprakenbureau voor vervoer gerelateerde medische keuringen. Veel huisartsen verwijzen hun patiënten door naar ons. Het is dus goed mogelijk dat u ons al kent!

Wij werken samen met 70 artsen die op 250 plaatsen door heel Nederland werkzaam zijn, ook in de avonduren en in het weekend. De arts vult bij een keuring altijd alle verwijzingen in. Dus ook bijv. een verwijzing arts Diabetes Mellitus of Hart- en Vaatziekten.

RegelZorg hanteert een vaste prijs ongeacht het aantal verwijzingen dat de arts moet invullen en het eventuele extra werk achteraf.

De artsen zijn zelfstandige keuringsartsen die BIG geregistreerd zijn, ingeschreven bij de KvK en alle CBR verslagen worden ingevuld via Zorg Domein. Regelmatig organiseren wij nascholing en collegiaal overleg. Ook hebben de artsen het initiatief genomen tot het oprichten van een beroepsvereniging voor keuringsartsen (www.vvkeuringsartsen.nl)

RegelZorg maakt deel uit van de klankbordgroep die de minister van IenW adviseert over het stelsel van medische rijgeschiktheid.

Voor vragen en afspraken voor een zgn. rijbewijskeuring zijn wij telefonisch bereikbaar op werkdagen van 9.00 tot 17.00 uur op 088-23 23 300. Een afspraak kan ook online gemaakt worden via www.regelzorg.nl

Wij kunnen u ook visitekaartjes toesturen, zodat u deze mee kunt geven aan patiënten die bij u met vragen komen over een keuring.

Mocht u visitekaartjes willen bestellen dan kunt u mailen naar huisartsen@regelzorg.nl

(…)”.

 

Samenvatting van de klacht

Klager vindt de volgende mededeling in de e-mail onjuist: “Als huisarts zult u ongetwijfeld vragen krijgen van patiënten over het invullen van CBR-verwijzingen voor het aanvragen of verlengen van het rijbewijs. De Koninklijke Nederlandsche Maatschappij tot bevordering der Geneeskunst (hierna: KNMG) adviseert dit niet te doen om de vertrouwensrelatie tussen huisarts en patiënt niet onbedoeld onder druk te zetten.” Het werkelijke advies van de KNMG is dat een behandelend arts wel gerichte feitelijke medische informatie mag verstrekken aan het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (hierna: CBR) die noodzakelijk is om de rijgeschiktheid te beoordelen. Wat niet mag, is een oordeel geven over de rijgeschiktheid van de patiënt. Klager vindt de uiting misleidend.

 

Samenvatting van het verweer

De e-mail moet niet worden gezien als reclame, maar als een hulpmiddel voor een huisarts of assistente om patiënten door te verwijzen als er vragen zijn over een rijbewijskeuring.

Voor het geval de Commissie de e-mail wel aanmerkt als reclame, is verweerder van mening dat geen sprake is van strijd met de Nederlandse Reclame Code (hierna: NRC). De KNMG stelt zich op het standpunt dat huisartsen de keuring niet moeten verrichten om de vertrouwensband tussen arts en patiënt niet onnodig onder druk te zetten en dat zij geen oordeel mogen geven over de rijgeschiktheid van de aanvrager. In de e-mail wordt niet gezegd dat geen medische informatie zou mogen worden verstrekt door de huisarts aan het CBR.

 

De mondelinge behandeling

Klager heeft zijn standpunt nader toegelicht en vragen van de Commissie beantwoord.

In het navolgende wordt voor zover nodig ingegaan op hetgeen ter zitting aan de orde is gekomen.

 

Het oordeel van de Commissie

1. Verweerder voert primair aan dat de uiting niet moet worden aangemerkt als reclame. Dit verweer slaagt niet. Volgens artikel 1 NRC wordt onder reclame verstaan: “iedere openbare en/of systematische directe dan wel indirecte aanprijzing van goederen, diensten en/of denkbeelden door een adverteerder of geheel of deels ten behoeve van deze, al dan niet met behulp van derden.” Naar het oordeel van de Commissie is er in dit geval sprake van een zodanige aanprijzing. De bestreden uiting heeft al een aanprijzend karakter doordat daarin wordt gezegd: “RegelZorg is al meer dan 16 jaar hét afsprakenbureau voor vervoer gerelateerde medische keuringen. Veel huisartsen verwijzen hun patiënten door naar ons. Het is dus goed mogelijk dat u ons al kent!”. Daarnaast kan niet worden voorbijgegaan aan het feit dat de passage deel uitmaakt van een groter geheel dat onmiskenbaar is bedoeld om de diensten van verweerder aan te prijzen. Dit blijkt bijvoorbeeld uit de volgende passage: “Wij kunnen u ook visitekaartjes toesturen, zodat u deze mee kunt geven aan patiënten die bij u met vragen komen over een keuring. Mocht u visitekaartjes willen bestellen dan kunt u mailen naar huisartsen@regelzorg.nl.” De Commissie concludeert dat sprake is van reclame in de zin van artikel 1 NRC.

2. De Commissie begrijpt de klacht zo dat klager de volgende passage uit de uiting onjuist vindt: “Als huisarts zult u ongetwijfeld vragen krijgen van patiënten over het invullen van CBR-verwijzingen voor het aanvragen of verlengen van het rijbewijs. De KNMG adviseert dit niet te doen om de vertrouwensrelatie tussen huisarts en patiënt niet onbedoeld onder druk te zetten.” De Commissie oordeelt hierover als volgt.

3. Het woord ‘dit’ in de zin “De KNMG adviseert dit niet te doen om de vertrouwensrelatie tussen huisarts en patiënt niet onbedoeld onder druk te zetten.” verwijst naar het invullen van CBR-verwijzingen, zoals benoemd in de zin daarvoor. Klager heeft ter ondersteuning van de klacht informatie van de website van de KNMG meegestuurd. Verweerder heeft niet gesteld dat deze informatie niet juist zou zijn. Uit die informatie blijkt dat KNMG zich op het standpunt stelt dat een huisarts geen oordeel mag geven over de rijgeschiktheid van een eigen patiënt, zodat de relatie tussen arts en patiënt kan worden beschermd. Een behandelend (huis)arts mag wel gerichte feitelijke medische informatie verstrekken aan het CBR die noodzakelijk is om de rijgeschiktheid te beoordelen. De behandelend (huis)arts mag dus wel volgens de KNMG de formulieren van het CBR invullen die worden meegestuurd in het kader van een verwijzing.

4. Nu het advies van de KNMG onjuist wordt weergegeven, wordt de indruk gewekt dat een huisarts volgens de KNMG niet zelf een CBR-verwijzing zou dienen in te vullen en de dienst, zoals die wordt aangeboden door verweerder, noodzakelijk is. De Commissie concludeert dat de uiting daarmee onjuiste informatie bevat over de noodzaak van een dienst in de zin van artikel 8.2 aanhef en onder e van de NRC. Dit heeft niet alleen effect op de arts, maar ook op de gemiddelde consument die door de arts wordt doorverwezen naar verweerder in de onjuiste veronderstelling dat deze uitsluitend bij een dergelijke commerciële instantie terecht kan voor het invullen van de formulieren van het CBR. Hieraan zijn voor de consument kosten verbonden die hij niet had gemaakt indien de arts deze taak zelf verricht. Omdat de gemiddelde consument door het voorgaande ertoe gebracht kan worden een besluit over een transactie te nemen dat hij anders niet had genomen, is de uiting misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC.

 

De beslissing

Gelet op het bovenstaande acht de Commissie de bestreden uiting in strijd met artikel 7 NRC.  De Commissie beveelt verweerder aan om niet meer op dergelijke wijze reclame te maken.

Opnieuw uitspraken zoeken

Op datum, dossiernummer, trefwoord of soort uitspraak of een combinatie van deze zoekopties.

*Verplicht in te vullen velden

Uitgebreid zoeken