a a a
 

Uitspraken

Alle uitspraken van de Reclame Code Commissie en het College van Beroep vanaf 2007 vindt u hier.

Terug naar zoekresultaten

Casino, loterij, (promotioneel) kansspel

Dossiernr:

2009/00512

Datum:

30-09-2009

Uitspraak:

Aanbeveling (Gedeeltelijk)

Product/dienst:

Casino, loterij, (promotioneel) kansspel

Motivatie:

Bijzondere Reclamecode

Medium:

Drukpers/tijdschriften

De bestreden reclame-uiting

 

Het betreft een aan klager geadresseerde brief waarin onder meer staat:

“10x meer kans & altijd prijs!

Stelt u zich eens voor: 10x meer kans op 1,9 miljoen geldprijzen, samen goed voor minimaal € 36 miljoen! Dus ook 10x meer kans op grote klappers. Inclusief de grootste Jackpot van Nederland. Dit jaar kan de Jackpot tot € 27,5 miljoen groeien!

Denkt u zich ook even in dat u altijd prijs heeft omdat u met alle eindcijfers speelt. Dus 10x meer kans én altijd prijs! Twee klinkende voordelen die u in één klap combineert als u meespeelt met een Straatje met Jackpot! (…) Doe het vóór 16 juli. Dan maakt u vanaf volgende maand ook 10x meer kans én heeft u altijd prijs! (…)

In de brief is de volgende tabel opgenomen:

“Straatje met jackpot per trekking:                  € 30,00

U wint minimaal (gegarandeerd):                   €   9,10

Maximale kosten Straatje met Jackpot:          € 20,90

1 Staatslot met Jackpot per trekking              € 15,00

Verschil met Straatje met Jackpot:                 €   5,90”.

Onder deze tabel staat de volgende tekst: “P.S. Ik heb het voor u nagerekend en het klopt! Voor € 5,90 meer heeft u 10x meer kans en wint u altijd minimaal € 9,10. (…)”

 

De klacht

 

In de brief wordt een verkeerde voorstelling van zaken gegeven. Het is niet zo dat men  € 5,10 meer betaalt en wint. Men betaalt juist extra omdat men wint. De stelling dat men met een Straatje 10 keer meer kans op een prijs heeft is taalkundig onjuist. De prijs van een Straatje na af­trek van de prijzen op de eindcijfers wordt bovendien vergele­ken met de prijs van een heel Staats­lot, echter zonder rekening te houden met de prij­zen die op het hele lot kunnen vallen. Op grond van het voorgaande is sprake van misleidende en agressieve reclame.

 

Het verweer

 

Bij een Straatje wordt met tien eenvijfde loten meegespeeld. Omdat alle eindcijfers in  het Straatje voorkomen, is er een zekere uitkering, te weten eenvijfde deel van de eind­cij­fer­prijzen, hetgeen neerkomt op € 9,10. Hierdoor kost een Straatje netto € 20,90 en is de meerprijs ten opzichte van een heel Staatslot € 5,90. Indien men meespeelt met één Staatslot is geen spra­ke van een zekere prijs op het desbetreffende eindcijfer. In het rekenvoorbeeld wordt een heel lot met een Straatje vergeleken. Daarbij is geen sprake van misleiding. Het is een feit van algemene bekendheid dat de Staatsloterij naast hele loten ook een­vijfde loten kent waarbij laatstgenoemde loten recht geven op een evenredig deel van  de te winnen prijzen.

 

Het oordeel van de Commissie

 

1)  Niet in geschil is dat er bij een Straatje een gegarandeerde winkans is, doordat men met tien loten aan de Staatsloterij deelneemt en alle eindcijfers in het Straatje voorko­men. In de brief is deze winkans verrekend met de kosten van het Straatje, waardoor de netto kosten voor een Straatje in to­taal € 20,90 bedragen. De Commissie is van oordeel dat deze berekening duidelijk wordt toegelicht in de brief. Dat daarbij niet tevens reke­ning is gehouden met de winkansen bij een heel Staatslot, acht de Commissie niet on­juist of misleidend. Anders dan bij een Straatje is bij één Staatslot immers geen sprake van een gegarandeerde winkans. In zoverre treft de klacht geen doel.

 

2)  Klager stelt daarentegen wel terecht dat de mededeling van adverteerder dat men 

bij een Straatje tien keer meer kans op een prijs heeft dan indien men met één lot mee­speelt, onjuist is. Er wordt immers in feite een situatie vergeleken waarbij men in plaats van met één lot met tien loten gaat meespelen. In een dergelijk geval is de kans op een prijs uiteindelijk ne­gen keer groter in plaats van tien keer zoals in de brief staat. Adver­teerder heeft daar­door geen juiste infor­matie verschaft over de kansen op het winnen van een prijs, het­geen de Commissie in strijd acht met artikel II.3 van de Reclamecode voor kans­spelen die worden aan­geboden door ver­gunning­hou­ders ingevolge de Wet op

de kansspelen (RVK). Van agressieve re­cla­me is echter geen sprake.

 

De beslissing

 

Op grond van hetgeen onder 2) is vermeld, acht de Commissie de reclame-uiting in strijd met het bepaalde in artikel II.3 RVK. Zij beveelt adverteerder aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.

De Commissie wijst de klacht voor het overige af.

 

 

Opnieuw uitspraken zoeken

Op datum, dossiernummer, trefwoord of soort uitspraak of een combinatie van deze zoekopties.

*Verplicht in te vullen velden

Uitgebreid zoeken