a a a
 

Uitspraken

Alle uitspraken van de Reclame Code Commissie en het College van Beroep vanaf 2007 vindt u hier.

Status:

Dossiernr:

2018/00865

Datum:

14-03-2019

Uitspraak:

Aanbeveling

Product/dienst:

Uitzenden/ICT

Motivatie:

Strijd met wet

Medium:

Digitale Marketing Communicatie

De bestreden uiting

Het betreft een door klaagster via haar privé bankrekening ontvangen uiting, onder meer omtrent de bijschrijving van € 0,01 op haar bankrekening. In deze uiting staat:

“Naam/Omschrijving/Mededeling

 Naam: KPN BV CREDITEUREN

 Omschrijving: ISDN stopt Wij helpen

 u verder. Bel gratis 0800-5025 op

 werkdagen 09.00 17.30u voor een

 persoonlijk advies. Voor info:

 kpn.com/ ISDNstopt IBAN:

 (bankrekeningnummer)

 Kenmerk: (een nummer) 

 Datum maandag 12

 november 2018

 Bedrag

 € 0,01

Tegenrekening

(in de bij de klacht overgelegde uiting weggelakt)

Mutatiesoort

Verzamelbetaling”.

 

De klacht

De klacht wordt als volgt samengevat.

Er is sprake van een verkapte vorm van reclame waarbij KPN ongevraagd over privégegevens beschikt. Er werd een bedrag van € 0,01 overgemaakt met vermelding van de in de uiting opgenomen tekst. Klaagster is geen cliënt van KPN en heeft nooit met KPN te maken gehad. Meer in het bijzonder heeft zij nooit haar bankrekeningnummer aan KPN verstrekt.

Volgens klaagster is er sprake van aantasting van haar privacy, aangezien tegenwoordig, bij het invullen van een rekeningnummer door banken, correctie van de tenaamstelling plaatsvindt.

 

De reactie van verweerder bij e-mail van 26 november 2018

Verweerder stelt voor dat zij de klacht rechtstreeks met klaagster oplost, mede omdat het naar haar mening niet om reclame, maar om een service-bericht gaat.

 

E-mail van klaagster van 1 december 2018

Klaagster kan zich niet vinden in het voorstel van KPN en verzoekt het secretariaat van SRC om haar klacht in behandeling te nemen. Zij voert hiertoe -samengevat- aan dat zij niet bereid is om in het kader van een rechtstreekse oplossing “al” haar “verdere privégegevens” aan KPN te verstrekken.  

 

Het verweer

Het verweer wordt als volgt samengevat.

Primair meent KPN dat klaagster niet-ontvankelijk moet worden verklaard in haar klacht, omdat deze, naar de mening van KPN, een servicebericht betreft en niet een reclame-uiting. KPN prijst in het bericht geen diensten of goederen aan. Integendeel, KPN maakt kenbaar dat zij stopt met de dienst ISDN. Van uitlokking tot aankoop of promotie van haar dienst is geen sprake.

Een servicebericht is een bericht dat noodzakelijk is voor de dienstverlening. Het stopzetten van ISDN is een negatieve wijziging en op grond van artikel 7.2 Telecommunicatiewet moet KPN haar klanten hiervan individueel op de hoogte stellen. Voor meer informatíe hierover verwijst KPN naar “beleidsregels kosteloos opzegrecht Telecommunicatiewet, ACM, Staatscourant 13 september 2016”.

Subsidiair, voor het geval de Commissie mocht oordelen dat er sprake is van reclame,  stelt KPN -samengevat- het volgende.

Klaagster heeft ook een klacht ingediend bij de branchevereniging Data Driven Marketing Association (hierna: DDMA). De DDMA heeft bemiddeld tussen KPN en klaagster. Op basis van de daarbij verkregen informatie heeft KPN deze specifieke  gebeurtenis kunnen onderzoeken. Gebleken is dat er bij er bij KPN een klant bekend is met het bankrekeningnummer van klaagster. Dit is een zakelijke klant met dezelfde naam als de achternaam van klaagster. Wellicht is het bankrekeningnummer opnieuw uitgegeven en waarschijnlijk is dit niet doorgegeven aan KPN, aldus KPN. Vorenbedoelde zakelijke klant neemt op dit moment actief een ISDN-dienst af, en is om die reden door KPN geselecteerd voor het verkrijgen van het servicebericht.

In het geval van bedoelde zakelijke klant wordt de rekening betaald “door een ander bankrekeningnummer”, aldus verweerder. Het gebeurt vaker dat een ander dan de contractant de factuur betaalt, wat ook in deze situatie het geval is. Het bankrekeningnummer van klaagster is bij KPN geregistreerd als het bankrekeningnummer waarmee destijds het ISDN-contract is aangegaan.

KPN concludeert dat er geen sprake is van reclame en dat de Commissie in dit geval niet bevoegd is om over de uiting te oordelen. Zij zal de klacht met bemiddeling van DDMA proberen op te lossen.  

 

De repliek

Klaagster heeft onder meer het volgende meegedeeld.

Zij wenst zeker geen reclame door middel van storting van 1 eurocent op haar privé bankrekeningnummer, temeer omdat zij nooit cliënt is geweest bij KPN. Naar haar mening is er sprake van inbreuk op de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG).

Dat haar bankrekeningnummer bekend zou zijn bij KPN, met dezelfde achternaam, vindt klaagster vreemd; zij heeft dit nummer al jaren. Een en ander houdt waarschijnlijk verband hiermee, dat tegenwoordig bij het invullen van een IBAN bij een overmaking tegelijkertijd de naam bekend wordt gemaakt. Klaagster denkt dat KPN een bulkbetaling heeft gedaan op een aantal opeenvolgende rekeningnummers, waaronder klaagsters nummer. Door het gebruik van dit nummer komt KPN automatisch aan klaagsters persoonsgegevens, aldus klaagster.

Klaagster concludeert dat er sprake is van een nieuwe vorm van reclame, die waarschijnlijk veel geld scheelt en waarbij KPN meent dat niemand zich hiertegen kan verzetten. Klaagster verzoekt de Commissie om haar in haar klacht ontvankelijk te verklaren, zodat een halt wordt toegeroepen aan deze vorm van reclame. Zij heeft ook een klacht ingediend bij “AVG”, omdat de reclame naar haar mening ook inbreuk maakt  op haar privacygegevens. 

 

De dupliek

De dupliek wordt als volgt samengevat.

Het doel van het bewuste servicebericht was en is om de “eigen actieve eindgebruikers” van ISDN te informeren over het feit dat ISDN stopt. Zoals bij verweer is meegedeeld, is KPN ingevolge artikel 7.2 Telecommunicatiewet verplicht om de eindgebruiker, in dit geval de klant, deze informatie te geven. KPN wil voorkomen dat bestaande klanten zonder internet komen te zitten, met andere woorden, aldus KPN, er is geen sprake van een reclame-uiting.

KPN heeft niet zomaar een aantal bankrekeningnummers uitgekozen om op deze manier ook “niet klanten” van KPN te benaderen. Het zou immers ook een vreemde boodschap geweest zijn voor “niet actieve klanten”. KPN wijst erop dat de onderhavige  actie ook niet door de marketing afdeling is georganiseerd.

Het betreft een vervelende situatie voor klaagster en KPN hoopt, met tussenkomst van de DDMA, tot een oplossing te komen. De klacht heeft betrekking op privacy en hoort daarom thuis bij de DDMA, aldus KPN.

 

Brief van 22 januari 2019 van de secretaris van de Commissie aan verweerder

Aan verweerder is meegedeeld dat de Commissie verweerder in de gelegenheid stelt om aannemelijk te maken dat klaagster een bestaande klant van KPN is, meer in het bijzonder dat zij een actieve eindgebruiker van ISDN is, die volgens KPN over het stoppen van ISDN diende te worden geïnformeerd.

 

E-mail van 1 februari 2019 van verweerder

De reactie van verweerder wordt als volgt samengevat.

Primair blijft KPN van mening dat de bestreden uiting geen reclame maar een servicebericht betreft, dat KPN op grond van de Telecommunicatiewet moet versturen aan haar klanten. Het servicebericht is bedoeld om actieve eindgebruikers van ISDN te benaderen. In haar verweer van 17 december 2018 heeft KPN tot uitdrukking gebracht dat zij begrijpt dat klaagster geen klant is van KPN, maar dat er wel een zakelijke klant bekend is binnen KPN, met dezelfde achternaam als klaagster. Dit kan toeval zijn of niet, aldus verweerder. Deze zakelijke eindgebruiker is een actief ISDN eindgebruiker en -aldus verweerder- “staat het bankrekeningnummer van klaagster aan gekoppeld”. Vanwege vorenbedoelde wettelijke verplichting is deze zakelijke klant op individuele wijze op de hoogte gebracht van het feit dat ISDN stopt. Een bankrekeningnummer kan opnieuw worden uitgegeven door een bank. Daarnaast kan het mogelijk zijn dat klaagster in het verleden bij een ander bedrijf klant is geweest en dat vervolgens het andere bedrijf door KPN is overgenomen. De stelling dat klaagster  nooit klant is geweest van KPN kan dan ook juist zijn.

 

E-mail van 18 februari 2019 van klaagster

De reactie van klaagster wordt als volgt samengevat.

KPN uit slechts veronderstellingen op grond waarvan zij meent het recht te hebben om klaagster in de onderhavige ‘verborgen’ reclamecampagne te betrekken, aldus klaagster. KPN toont niet aan dat klaagster de zakelijke klant is. Klaagster handhaaft haar klacht dat KPN “de regels, die in dit land gelden ten aanzien van het maken van reclame” heeft overtreden.

 

Het oordeel van de Commissie

De Commissie stelt voorop dat verweerder niet heeft weersproken dat klaagster de bestreden uiting via haar privé bankrekening heeft ontvangen. Dit laatste neemt de Commissie derhalve als vaststaand aan.

Bij brief van 22 januari 2019 is verweerder door de Commissie in de gelegenheid gesteld om aannemelijk te maken dat klaagster een bestaande klant van KPN is, meer in het bijzonder dat zij een actieve eindgebruiker van ISDN is, die volgens KPN over het stoppen van ISDN diende te worden geïnformeerd. Op deze brief heeft verweerder gereageerd bij e-mail van 1 februari 2019, maar met hetgeen verweerder in deze brief heeft gesteld, heeft zij niet aannemelijk gemaakt dat klaagster een klant van KPN is, laat staan een actieve eindgebruiker van ISDN. De enkele stelling dat binnen KPN een zakelijke klant bekend is, die dezelfde achternaam als klaagster heeft en actief ISDN eindgebruiker is en aan wie -zo begrijpt de Commissie- het bankrekeningnummer van klaagster is gekoppeld, biedt tegenover de gemotiveerde betwisting door klaagster onvoldoende grondslag voor de conclusie dat klaagster klant is van KPN. Het door verweerder aangehaalde artikel 7.2 Telecommunicatiewet is daarom in dit geval niet van toepassing.

Overigens ligt het naar het oordeel van de Commissie niet voor de hand om bestaande klanten via een bijschrijving op hun bankrekening te informeren over wijzigingen in de contractuele relatie tussen de betreffende klant en KPN.  

Verder dient de uiting, anders dan verweerder meent, te worden aangemerkt als een reclame-uiting als bedoeld in artikel 1 van de Nederlandse Reclame Code (NRC). De Commissie overweegt daartoe dat de uiting niet alleen de feitelijke informatie bevat dat ISDN stopt, maar ook een aanprijzing inhoudt van een dienst van KPN, reeds door de mededeling “Wij helpen u verder. Bel gratis 0800-5025 op werkdagen 09.00 17.30u voor een persoonlijk advies. Voor info: kpn.com/ ISDNstopt”.

De Commissie begrijpt de klacht in die zin dat klaagster de uiting niet had willen ontvangen. In dit verband is artikel 11.7 Telecommunicatiewet van belang. Daarin staat voor zover hier relevant:
“Het gebruik van (…) elektronische berichten voor het overbrengen van ongevraagde communicatie voor commerciële (…) doeleinden aan (…) gebruikers is uitsluitend toegestaan, mits de verzender kan aantonen dat de desbetreffende (…) gebruiker daarvoor voorafgaand toestemming heeft verleend (…)”. Nu niet is gebleken dat  klaagster voorafgaand toestemming heeft verleend voor het ontvangen van de bestreden uiting, is artikel 11.7 Telecommunicatiewet overtreden, en acht de Commissie de onderhavige wijze van verspreiden van reclame in strijd met de wet als bedoeld in artikel 2 NRC.

Gelet op het bovenstaande wordt als volgt beslist.

 

De beslissing

De Commissie acht de onderhavige wijze van verspreiden van reclame in strijd met artikel 2 NRC. Zij beveelt verweerder aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.

 

Opnieuw uitspraken zoeken

Op datum, dossiernummer, trefwoord of soort uitspraak of een combinatie van deze zoekopties.

*Verplicht in te vullen velden

Uitgebreid zoeken