a a a
 

Uitspraken

Alle uitspraken van de Reclame Code Commissie en het College van Beroep vanaf 2007 vindt u hier.

Terug naar zoekresultaten

Recreatie, amusement, cultuur en sport

Status:

Dossiernr:

2019/00058

Datum:

28-05-2019

Uitspraak:

VT (=voorzitterstoewijzing)

Product/dienst:

Recreatie, amusement, cultuur en sport

Motivatie:

Misleiding Prijs(vermelding)

Medium:

Digitale Marketing Communicatie

De bestreden reclame-uiting

Het betreft de website van adverteerder waar tickets worden aangeboden voor een concert van André Rieu in London-Wembley. Op de betreffende webpagina staat onder meer:

“ANDRE RIEU

and his Johann Strauss orchestra

CONCERT INFO

André Rieu in London Wembley

On this site you can buy the official tickets for André Rieu in London Wembley. …

Select products

Product                                                          Price                           Quatitly

PREMIUM sold out                                       119,00 GBP

RANK 1     sold out                                        99,00 GBP

RANK 2                                                         85,00 GBP

RANK 3                                                         65,00 GBP

RANK 4                                                         45,00 GBP

                                                           Total                GBP ”

 

De klacht

Klager kocht 4 tickets voor een concert van André Rieu via de website van adverteerder waar deze worden aangeboden voor 85,00 GBP per ticket. Voor 4 tickets is dat 340,00 GBP. Tegen de tijd dat hij de totale prijs betaalde, was deze opgelopen tot 383,58 GBP door 20,00 GBP ‘service costs’, een ‘facility fee’ van 6 GBP en ‘payment costs’ van 17,58 GBP. Klager las een artikel over soortgelijke praktijken en maakt bezwaar tegen de uiting omdat tijdens het boekingsproces bijkomende kosten aan de geadverteerde prijs worden toegevoegd en dat deze bijna 13 procent van de geadverteerde prijs bedragen.

 

Het verweer

Adverteerder heeft – kort samengevat – meegedeeld dat de klacht niet-ontvankelijk dient te worden verklaard omdat deze niet via het klachtenformulier van de Reclame Code Commissie maar door de ASA is doorgezonden en een deugdelijke onderbouwing van de klacht ontbreekt, er bovendien geen sprake is van reclame in de zin van artikel 1 van de Nederlandse Reclame Code omdat in de onderhavige uiting geen diensten worden aangeprezen en de uiting in het geheel niet misleidend is omdat alle informatie over de prijs gedurende het bestelproces correct en volledig wordt weergegeven waardoor de consument voorafgaand aan de uiteindelijke beslissing over de transactie volledig wordt geïnformeerd over alle componenten van de prijs en de kosten voor de gekozen betaalwijze. Iedere door de consument gekozen betaalwijze leidt immers tot een ander bedrag aan bijkomende betaalkosten.

Van adverteerder kan in redelijkheid niet worden gevergd dat zij aan het begin van het bestelproces bij de aldaar vermelde prijs tevens alle mogelijke bijkomende kosten vermeldt. Adverteerder heeft in strikte zin geen informatie weggelaten. Zij heeft enkel bepaalde informatie, omwille van ruimtegebrek en ter behoud van de overzichtelijkheid, verderop in het bestelproces kenbaar gemaakt.

Klager was voorafgaand aan het sluiten van de transactie volledig geïnformeerd over alle prijscomponenten en heeft in volle bewustzijn besloten de transactie af te sluiten.

 

Het oordeel van de voorzitter

1.  In de eerste plaats dient de vraag te worden beantwoord of klager ontvankelijk is in zijn klacht c.q. of de voorzitter bevoegd is de klacht te beoordelen, nu dit door André Rieu Productions B.V. op verschillende gronden wordt bestreden. De voorzitter beantwoordt deze vraag bevestigend en overweegt daartoe het volgende.

De voorzitter stelt voorop dat sprake is van een klacht van een klager uit Engeland tegen een uiting op de website van een in Nederland gevestigde adverteerder. Aldus is sprake van grensoverschrijdende reclame als bedoeld in Bijlage 1 bij het Reglement betreffende de Reclame Code Commissie en het College van Beroep. Volgens de aldaar beschreven procedure dient een klager een klacht in te dienen bij de SRO (zelfreguleringsorganisatie en lid van EASA (European Advertising Standards Alliance)) in het land van de klager. Deze SRO, in dit geval ASA, dient de klacht door te sturen naar de SRO van het land die voor de afhandeling van die klacht verantwoordelijk is. Ingevolge EASA Richtlijnen voor de procedure voor Grensoverschrijdende reclame (zie voornoemde Bijlage 1) acht de voorzitter zich bevoegd om de onderhavige klacht te behandelen. De voorzitter is verder van oordeel dat de klacht voldoende is onderbouwd.

De gewraakte uiting betreft een webpagina van andrerieu.com waar bovenaan staat: “André Rieu and his Johann Strauss Orchestra”, foto’s van André Rieu, “concert info”, een achtergrond met een foto van dansers en het publiek tijdens een concert van André Rieu en een bestelmogelijkheid. Op deze pagina worden “the official tickets” aangeboden voor het concert in London-Wembly. Deze zijn ingedeeld naar rang en prijs en kunnen direct worden geboekt en betaald. Gelet op genoemde elementen van de uiting is naar het oordeel van de voorzitter onmiskenbaar sprake van een openbare en systematische directe dan wel indirecte aanprijzing van goederen in de zin van artikel 1 van de Nederlandse Reclame Code en geen sprake van louter feitelijke mededelingen (zoals bedoeld in de toelichting bij artikel 1 van Nederlandse Reclame Code).

2. De voorzitter toetst de bestreden uiting aan de Nederlandse Reclame Code (NRC). Gelet op de klacht en het verweer staat de vraag centraal of sprake is van misleidende reclame wanneer aan de geadverteerde prijs in de loop van het boekingsproces kosten worden toegevoegd. Adverteerder meent, anders dan klager, dat geen sprake is van misleidende reclame omdat de consument voor betaling van de uiteindelijke prijs volledig geïnformeerd is over alle prijscomponenten die gedurende het boekingsproces duidelijk worden gemaakt.

Bij het selecteren van producten op de website van adverteerder, kiest klager voor 4 tickets die aldaar worden aangeboden voor ‘rang 2’ met een prijs per ticket van 85,00 GBP. Klager verwacht op dat moment voor 4 tickets een prijs van 340 GBP te zullen betalen. Na deze selectie staat de button “next” waarna de rest van het boekingsproces volgt. Tijdens dit boekingsproces worden bijkomende kosten bekend gemaakt die bestaan uit 20,00 GBP ‘service costs’, een ‘facility fee’ van 6 GBP en ‘payment costs’ van 17,58 GBP. Uiteindelijk betaalt klager 383,58 GBP.  De voorzitter begrijpt dat de eerste twee bijkomende kosten vaste kosten betreffen die per boeking in rekening worden gebracht en dat de hoogte van de ‘payment costs’ afhankelijk is van de door de consument gekozen betaalmethode.

Onderhavige uiting betreft een uitnodiging tot aankoop als bedoeld in artikel 8.4 NRC, meer specifiek een uitnodiging tot aankoop in verband met een overeenkomst op afstand. Blijkens de toelichting bij artikel 8.4 NRC is altijd sprake van een uitnodiging tot aankoop indien een reclame een antwoord- of bestelmechanisme bevat. In een dergelijke uiting moet op begrijpelijke en duidelijke wijze essentiële informatie worden verstrekt waaronder de ‘totale prijs’ als bepaald in artikel 8.4 aanhef en onder i NRC. Dit houdt in dat sprake moet zijn van een prijs waarin, voor zover mogelijk, alle kosten en belastingen zijn verdisconteerd. Indien het onmogelijk is om bepaalde kosten en belastingen in de totale prijs te verdisconteren, moet de consument afzonderlijk over deze kosten worden geïnformeerd. Gebleken is dat adverteerder per bestelling een ‘service fee’ en een ‘facility fee’ in rekening brengt bij de consument en verder, afhankelijk van de gekozen betaalmethode, ‘payment costs’. Voor zover dit kosten betreft die afhankelijk zijn van de keuzes van de consument kunnen deze niet in de prijs worden verdisconteerd. Over de bijkomende kosten die altijd per bestelling (kunnen) zijn verschuldigd, dient wel bij de geadverteerde prijzen reeds informatie te zijn opgenomen over het feit dat deze kosten verschuldigd zijn en wat de hoogte daarvan is, zodat de consument zich een beeld kan vormen van de totale prijs. Nu in de onderhavige uiting enige vermelding van deze kosten ontbreekt en deze eerst in de loop van het bestelproces van adverteerder bekend worden gemaakt, is de uiting in strijd met artikel 8.4 aanhef en onder i NRC.

3. Dat adverteerder de gemiddelde consument blijkens het voorgaande onvoldoende over de bijkomende kosten informeert, brengt mee dat sprake is van een omissie als bedoeld in artikel 8.3 aanhef en onder c NRC. Deze omissie kan deze consument ertoe brengen een besluit over de transactie te nemen dat hij anders niet had genomen. De voorzitter wijst adverteerder gelet op het verweer daarbij op de (Europese) jurisprudentie omtrent het begrip “besluit over een transactie”. Het transactievereiste moet volgens vaste rechtspraak van het Hof van Justitie ruim worden uitgelegd (vgl HvJ, C-281/12 ECLI:EUC:2013:859 inzake Trento Sviluppo srl.). Het begrip omvat een groot aantal besluiten van de consument. Het besluit om tickets te bestellen op basis van de aangeboden prijs is tevens een dergelijk besluit tot een transactie.

4. De voorzitter komt aldus tot het oordeel van de reclame oneerlijk en daarmee in strijd met artikel 7 NRC is.

 

De beslissing van de voorzitter

Op grond van het voorgaande acht de voorzitter de reclame-uiting in strijd met het bepaalde in artikel 7 NRC. Zij beveelt adverteerder aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.

Opnieuw uitspraken zoeken

Op datum, dossiernummer, trefwoord of soort uitspraak of een combinatie van deze zoekopties.

*Verplicht in te vullen velden

Uitgebreid zoeken