Samenvatting van de klacht
Klager stelt, samengevat, dat een flyer van RVP Totaal Gevelonderhoud is gedeponeerd in zijn brievenbus voorzien van een Nee/Ja-sticker. Klager heeft hierover contact opgenomen met afzender, waarop klager te horen heeft gekregen dat ontvangers de flyer waarderen, ook bij een Nee/Ja-sticker. Dit vindt klager onjuist.
Samenvatting van het verweer
Afzender stelt dat de folder die zij bezorgt een persoonlijke aanbieding bevat specifiek voor een bepaalde woning. Alle kalkzandsteen woningen in de woonplaats van klager hebben een folder met persoonlijk aanbod gekregen, tenzij er een Nee/Nee-sticker op de brievenbus zit. Bij adressen met een Nee/Ja-sticker wordt de flyer door afzender wel bezorgd, wegens goede reacties in het verleden. Bij collectieve klussen van meerdere woningen heeft verweerder meegemaakt dat bewoners met een Nee/Nee-sticker verontwaardigd waren dat ze geen aanbieding hebben gekregen. Afzender doet al meer dan 20 jaar aan reclame zonder klachten die niet intern op te lossen zijn. Eens in de twee á drie jaar ontvangt afzender een melding dat de flyer ongewenst is en dan zal zij de flyer niet meer bezorgen. Afzender zal ervoor zorgen dat klager de flyer in de toekomst niet meer ontvangt.
Het oordeel van de voorzitter
1) Klager maakt bezwaar tegen het feit dat in zijn brievenbus een flyer van afzender is bezorgd.
2) Blijkbaar wordt de flyer, die een aanbieding voor gevelonderhoud bevat en niet is geadresseerd, op meerdere adressen bezorgd. Dit maakt dat er sprake is van een ongeadresseerd reclamedrukwerk, in de zin van artikel 1 van de Nederlandse Reclame Code in samenhang met artikel 1.1 sub d Code VOR.
3) Onweersproken is vast komen te staan dat de brievenbus van klager is voorzien van een Nee/Ja-sticker waarop staat dat klager geen ongeadresseerd reclamedrukwerk wenst te ontvangen.
4) Nu ondanks de Nee/Ja-sticker, de flyer in de brievenbus van klager is gedeponeerd, is artikel 3.1. van de Code VOR overtreden. Volgens dit artikel dient een afzender alle noodzakelijke maatregelen te treffen om de naleving van de (op bijlage 1 bij de) Code VOR vermelde stickers te bereiken. Door het aanbrengen van een brievenbussticker geeft de bewoner immers te kennen dat hij geen ongeadresseerd reclamedrukwerk wenst te ontvangen, ongeacht de aard en de inhoud daarvan. Afzender dient te beseffen dat het bezorgen van de folder indruist tegen de wil die de bewoner door middel van het aanbrengen van de sticker uitdrukkelijk heeft geuit. De voorzitter beslist als volgt.
De beslissing van de voorzitter
Op grond van het voorgaande heeft afzender gehandeld in strijd met het bepaalde in artikel 3.1 Code VOR. De voorzitter beveelt afzender aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te verspreiden.