a a a
 

Uitspraken

Alle uitspraken van de Reclame Code Commissie en het College van Beroep vanaf 2007 vindt u hier.

Dossiernr:

2007/07.0007

Datum:

15-02-2007

Uitspraak:

Afwijzing

Product/dienst:

Motivatie:

Medium:

Omschrijving:

Het betreft de advertenties van Rabobank Nederland, die gestaan hebben in de Bergen op Zoomse Bode van 14 mei 2006 en de Halsterse Krant van 4 oktober 2006.

De klacht

In de uitingen wordt het door adverteerder aangeboden rentepercentage vergeleken met, zoals adverteerder het noemt, het rentepercentage “Gemiddeld in Nederland”, welk rentepercentage hoger is dan hetgeen adverteerder aanbiedt. Dit als “gemiddeld in Nederland” vermelde rentepercentage is, aldus de uitingen, gebaseerd op klagers website www.dehypotheker.nl. Hierdoor wordt de suggestie gewekt dat adverteerder een lager rentepercentage hanteert dan klager.
Anders dan de uitingen doen vermoeden, bestaat er in Nederland geen algemeen gemiddeld rentepercentage voor hypothecaire kredieten, zodat de uitingen in strijd zijn met de waarheid en derhalve met artikel 2 van de Nederlandse Reclame Code (NRC).
Nu de vergelijking met een beweerd gemiddelde onjuist is, zijn de uitingen tevens misleidend.
Voorts zijn de uitingen aan te merken als vergelijkende reclame-uitingen doch voldoen zij niet aan de in artikel 14 NRC aan een dergelijke uiting gestelde voorwaarden.
Nu sprake is van een vergelijking met een beweerd gemiddelde zijn de uitingen misleidend en in strijd met artikel 14 onder a van de NRC.
Ingevolge artikel 14 onder c van de NRC dienen op objectieve wijze vergelijkbare kenmerken te worden vergeleken. Een hypothecair krediet is veelal een gecompliceerd financieel product dat niet eenvoudig te vergelijken is. Zo ook de onderhavige producten, en met name het product dat in de uiting van mei 2006 wordt aangeprezen, waarbij tevens een verzekering dient te worden afgesloten. Gelet op de vele mogelijke variaties is een objectieve vergelijking niet mogelijk.
Door rechtsreeks te verwijzen naar klagers website, waaruit zou blijken dat klager hogere tarieven hanteert, wordt klagers goede naam geschaad en zijn de uitingen in strijd met artikel 14 onder e van de NRC.
Tevens zijn de uitingen in strijd met artikel 14 onder g van de NRC ingevolge welke bepaling een vergelijking geen oneerlijk voordeel mag opleveren ten gevolge van de bekendheid van de handelsnaam van de ander i.c. de grote naamsbekendheid van klager.

Het verweer

In beide uitingen wordt een aflossingsvrije woningfinanciering aangeboden. Voor de bepaling van het in de uitingen genoemde gemiddelde rentepercentage in Nederland is gebruik gemaakt van de rentetarieven die gepubliceerd zijn op klagers website. Daarop staan de actuele rentetarieven van de belangrijkste (bijna 40) hypotheekaanbieders in Nederland en deze geven, naar klager zelf op zijn website stelt, een goed beeld van de huidige rentestand in Nederland. Om die reden is de uiting, waarin verwezen wordt naar klagers website, zijnde de bron van de gegevens, niet in strijd met de waarheid.
Van misleiding is geen sprake, omdat adverteerder de in de uitingen genoemde rentepercentages ook werkelijk hanteert.
Van vergelijkende reclame is geen sprake, aangezien in de uitingen geen producten of diensten van concurrenten worden genoemd. Alleen bij de bronvermelding wordt verwezen naar klagers website. Adverteerder heeft zijn eigen tarieven van een goed te vergelijken aflossingsvrije hypothecaire geldlening vergeleken met die welke zijn gepubliceerd op klagers website.
Adverteerder nodigt de lezer uit om klagers website te gaan bezoeken om te zien dat er ook lagere rentepercentages mogelijk zijn dan “het gemiddelde”.
Adverteerder legt een kopie over van de in de uitingen vermelde website van klager.

Het oordeel van de Commissie

De Commissie acht de wijze waarop adverteerder in de uitingen de door hem gehanteerde hypotheekrente aanprijst c.q. dit rentepercentage vergelijkt met het rentepercentage “Gemiddeld in Nederland” niet in strijd met de NRC. Duidelijk is vermeld waaraan laatstbedoeld rentepercentage is ontleend, te weten klagers website waarop -naar blijkt uit de door adverteerder overgelegde bijlagen- de rentepercentages van een groot aantal hypotheekverstrekkers staan. Op die wijze stelt adverteerder de lezer in staat het door adverteerder genoemde gemiddelde te verifiëren.
Voorts is adverteerder, naar hij stelt en ook blijkt uit de door hem overgelegde bijlagen, uitgegaan van vergelijkbare producten c.q vergelijkbare rentepercentages, te weten de rentepercentages die gehanteerd worden bij een aflossingsvrije hypotheek met een rentevaste periode van 10 jaar en indien sprake is van een Nationale Hypotheek Garantie.

De Commissie vat de klacht voorts aldus op dat klager van mening is dat sprake is van vergelijkende reclame waarbij adverteerder de door hem gehanteerde rentepercentages vergelijkt met -in het bijzonder- die van klager. Dat is niet het geval. Voor zover klager in de uitingen wordt genoemd, betreft dat de verwijzing naar klagers website als bron van het in de uiting genoemde rentepercentage dat, aldus de uitingen, “Gemiddeld in Nederland” wordt gehanteerd.
Het feit dat en de wijze waarop klagers website wordt genoemd, leidt niet tot het oordeel dat klagers goede naam in de uitingen wordt geschaad of de vergelijking oneerlijk voordeel oplevert ten gevolge van de bekendheid van klagers handelsnaam.

De beslissing

De Commissie wijst de klacht af.

Opnieuw uitspraken zoeken

Op datum, dossiernummer, trefwoord of soort uitspraak of een combinatie van deze zoekopties.

*Verplicht in te vullen velden

Uitgebreid zoeken