a a a
 

Uitspraken

Alle uitspraken van de Reclame Code Commissie en het College van Beroep vanaf 2007 vindt u hier.

Terug naar zoekresultaten

niet-commerciele reclame

Dossiernr:

2010/00251

Datum:

01-06-2010

Uitspraak:

Openbare aanbeveling

Product/dienst:

niet-commerciele reclame

Motivatie:

Bijzondere Reclamecode

Medium:

Drukpers/tijdschriften

De klacht

 

Het betreft het feit dat klager in verband met de gemeenteraadsverkiezingen een folder van SP heeft ontvangen terwijl op zijn brievenbus een Nee/Ja sticker is geplakt. Dit is volgens klager in strijd met de Code Verspreiding Ongeadresseerd Reclame-drukwerk (Code VOR). Afzender heeft klager desgevraagd meegedeeld dat hij folders deponeert in brievenbussen waarop een Nee/Ja sticker staat.

 

Het verweer

 

De Commissie vat het verweer als volgt samen. Volgens adverteerder kan klager niet aantonen dat hij de folder daadwerkelijk heeft ontvangen omdat hij niet (meer) in het bezit is van de folder. Afzender refereert aan een eerdere uitspraak van de Commissie (dossiernummer 07.0163) waarin een ongeadresseerde uiting van SP is aangemerkt als reclamedrukwerk in de zin van de Code VOR. Afzender meent dat zijn verkiezings-folders, gelet op de zekere mate van frequentie waarmee deze verschijnen en gelet op de informatie over en nieuws uit het desbetreffende verspreidingsgebied, voldoet aan de definitie van huis-aan-huisblad. Als zodanig betreft de folder geen reclamedrukwerk.  Verder meent afzender dat de definitie van reclame in de Code VOR te ruim wordt opgevat, gelet op de betekenis die in het algemeen aan ‘reclame’ wordt gegeven. Afzender vindt dat hij in dit verband niet kan worden geassocieerd met commerciële activiteiten of het vergroten van af- of omzet, ook niet waar het de werving van leden aangaat. Volgens afzender dient de verkiezingsfolder om mensen te informeren over de huidige stand van zaken in de gemeente. Volgens adverteerder waarderen veel mensen in het desbetreffende verspreidingsgebied van de verkiezingsfolder de informatie van SP, óók diegenen die een Nee/Nee sticker op de brievenbus hebben bevestigd. Onder verwijzing naar voornoemde uitspraak van de Commissie, distantieert afzender zich van de in die uitspraak gebezigde term ‘propaganda’, gelet op de beladen betekenis van dat woord.

 

Het oordeel van de Commissie

 

1) De klacht richt zich tegen de verkiezingsfolder van SP, die is verspreid in het kader van de gemeenteraadsverkiezingen van maart 2010. Naar het oordeel van de Commissie moet de gewraakte folder worden aangemerkt als een (ongeadresseerd) reclamedrukwerk in de zin van artikel 1.1 Code VOR, nu daarin de denk­beelden van SP worden aangeprezen. Inge­volge artikel 1 van de Nederlandse Reclame Code (NRC) is de Commissie bevoegd el­ke openbare aanprijzing van denkbeelden te toetsen aan de Ne­derlandse Reclame Code, waar de Code VOR deel van uitmaakt. De Commissie kan afzender niet volgen in zijn verweer dat sprake zou zijn van een huis-aan-huisblad. Dat de informatie in de verkiezingsfolder lokaal gericht is, leidt nog niet tot het oordeel dat

– gelet op de inhoud – sprake is van een huis-aan-huisblad.

 

2) Afzender heeft niet weersproken dat hij verkiezingsfolders heeft gedeponeerd in brievenbussen met een Nee/Ja sticker. Klager heeft door middel van een Nee/Ja sticker als vermeld in bijlage 1 van de Code VOR kenbaar gemaakt dat hij geen ongeadres-seerd reclamedrukwerk wil ontvangen. Door ongeadresseerd reclamedrukwerk te (doen) deponeren in de van een Nee/Ja-sticker voorziene brievenbus van klager heeft afzender artikel 3.1 van de Code VOR overtreden. Dat sommigen, gelet op de aard van de sticker op de brievenbus, volgens afzender de informatie van SP waarderen, doet aan deze overtreding niet af.

 

3) Aangezien de Commissie afzender al meermalen heeft aanbevolen om niet meer op een dergelijke wijze ongeadresseerd reclamedrukwerk te (doen) verspreiden (zie dossiernummer 2009/00419), heeft zij besloten deze uitspraak onder de aandacht van een breed publiek te brengen als bedoeld in artikel 17 lid 1 onder h jo. artikel 18 lid 4 van het Reglement betreffende de Reclame Code Commissie en het College van Beroep.

 

De beslissing

 

Op grond van het voorgaande acht de Commissie de reclame-uiting in strijd met het bepaalde in artikel 3.1 van de Code Verspreiding Ongeadresseerd Reclamedrukwerk. Zij beveelt afzender aan om niet meer op een dergelijke wijze ongeadresseerd drukwerk te (doen) verspreiden. Voorts heeft de Commissie besloten de uitspraak onder de aandacht van een breed publiek te brengen, als bovenvermeld.

 

Opnieuw uitspraken zoeken

Op datum, dossiernummer, trefwoord of soort uitspraak of een combinatie van deze zoekopties.

*Verplicht in te vullen velden

Uitgebreid zoeken