a a a
 

Uitspraken

Alle uitspraken van de Reclame Code Commissie en het College van Beroep vanaf 2007 vindt u hier.

Terug naar zoekresultaten

Voeding en niet- alcoholhoudende dranken

Dossiernr:

2011/00165

Datum:

10-05-2011

Uitspraak:

Afwijzing

Product/dienst:

Voeding en niet- alcoholhoudende dranken

Motivatie:

Strijd met wet

Medium:

Audiovisuele Mediadiensten

De bestreden reclame-uiting

 

Het betreft een televisiereclame voor “’Nestlé Groeie Start”. 

Terwijl verschillende baby’s worden getoond, wordt onder meer gezegd:

“Babytjes huilen best vaak.

 Nieuwe Nestlé Groeie Start opvolgmelk bevat als enige L Comfortis. (…) L Comfortis is lief voor buikjes. (…) Nieuwe Groeie Start opvolgmelk is gemaakt voor tevreden baby’s”.

 

De klacht

 

Klaagster heeft de volgende bezwaren.

1.

Volgens de WHO mag er geen reclame worden gemaakt voor zuigelingenvoeding voor kinderen tot 6 maanden. Het in de televisiereclame aangeprezen product is wel bedoeld voor baby’s ouder dan een half jaar, maar de getoonde baby lijkt veel jonger. Zo lijkt de reclame ook te gaan over voeding voor jongere baby’s.

2.

De in de uiting opgenomen mededeling dat borstvoeding beter is dan kunstvoeding is bijna onleesbaar en slechts kort in beeld.

 

De reclame lijkt klaagster in strijd met de “WHO regels”. 

 

Het verweer

 

De klacht is gemotiveerd weersproken.

Op het verweer zal -voor zover van belang- worden teruggekomen in het oordeel.

 

De repliek en dupliek

 

Partijen hebben hun standpunten nader toegelicht.

 

Het oordeel van de Commissie

 

Met betrekking tot de verschillende bezwaren overweegt de Commissie het volgende.

 

Ad 1.

Tussen partijen staat vast dat geen reclame mag worden gemaakt voor volledige zuigelingenvoeding voor baby’s jonger dan 6 maanden. Naar adverteerder onweersproken heeft meegedeeld, volgt dit verbod niet uit “de WHO regels”, maar uit artikel 14 van de Europese Richtlijn over zuigelingenvoeding, richtlijn 2006/141/EG, welke regelgeving is geïmplementeerd in de “Warenwetregeling Zuigelingenvoeding 2007”.

In artikel 14 van voornoemde richtlijn staat onder meer:

“Voor volledige zuigelingenvoeding mag slechts reclame worden gemaakt in gespecialiseerde publicaties op het gebied van babyverzorging en in wetenschappelijke publicaties”

en

in artikel 2 van voornoemde Warenwetregeling staat onder meer:

“Het (…) verhandelen van:

a.    volledige zuigelingenvoeding

(…)

geschiedt met inachtneming van de artikelen (…) tot en met 14, van richtlijn 2006/141/EG”. 

 

Naar het oordeel van de Commissie wordt bovenbedoeld verbod in dit geval niet overtreden, omdat in de uiting meermalen wordt gesproken over “opvolgmelk”. Hierdoor is voor de gemiddelde consument voldoende duidelijk dat de uiting een aanprijzing inhoudt van “opvolgmelk” en niet van volledige zuigelingenvoeding.

 

Aan dit oordeel doet niet af dat in de reclame baby’s worden getoond, over de leeftijd waarvan men van mening kan verschillen. Overigens ziet de Commissie geen aanleiding om de juistheid in twijfel te trekken van adverteerders mededeling, onderbouwd met een e-mail van het reclamebureau Publicis, dat de baby’s ouder dan 6 maanden zijn.

 

Ook de mededelingen “Baby’s huilen best vaak” en “L Comfortis is lief voor buikjes” leiden niet tot het oordeel dat reclame wordt gemaakt voor volledige zuigelingenvoeding. Geen van beide mededelingen duidt in het bijzonder op baby’s jonger dan 6 maanden.  

 

Ad 2.

Ingevolge artikel 13 lid 4 van richtlijn 2006/141/EG dient de etikettering van volledige zuigelingenvoeding onder meer de volgende vermelding te bevatten:

“a) een verklaring dat borstvoeding te verkiezen is”. Ingevolge artikel 13 lid 8 sub b van de richtlijn geldt deze eis ook voor “de reclame”. Een dergelijke verplichting is niet in de richtlijn opgenomen voor opvolgmelk, ofwel, zoals in de richtlijn aangeduid, “opvolgzuigelingenvoeding”.

Adverteerder heeft meegedeeld dat zij heeft besloten om bovenbedoelde verklaring ook toe te voegen aan haar communicatie over opvolgmelk, zonder dat daartoe een wettelijke verplichting bestaat. Naar adverteerder stelt, is aan het begin van de bestreden televisiereclame 6 seconden in beeld:

“borstvoeding is de meest geschikte voeding voor zuigelingen”.

Naar het oordeel van de Commissie kan men van mening verschillen over de leesbaarheid van deze mededeling, maar dat leidt, nu niet is gebleken van een (wettelijke) verplichting tot zodanige vermelding, niet tot het oordeel dat de klacht, dat wat dit betreft “de WHO regels” worden overtreden, gegrond is.

 

Gelet op het bovenstaande wordt als volgt beslist.     

 

De beslissing

 

De Commissie wijst de klacht af.

 

 

Opnieuw uitspraken zoeken

Op datum, dossiernummer, trefwoord of soort uitspraak of een combinatie van deze zoekopties.

*Verplicht in te vullen velden

Uitgebreid zoeken