a a a
 

Uitspraken

Alle uitspraken van de Reclame Code Commissie en het College van Beroep vanaf 2007 vindt u hier.

Terug naar zoekresultaten

(Financiele) dienstverlening

Dossiernr:

2011/00239

Datum:

19-05-2011

Uitspraak:

Aanbeveling

Product/dienst:

(Financiele) dienstverlening

Motivatie:

Misl. Voornaamste kenmerken product

Medium:

Digitale marketing communicatie

De bestreden reclame-uitingen

 

Het betreft:

 

  1. de brochure ‘Iza Gemeentezorgpolis vergoedingen 2010’ en

  2. het vergoedingenoverzicht op de website www.iza.nl.

De klacht

 

De klacht luidt – samengevat – als volgt.

 

In beide uitingen wordt vermeld dat het plaatsen van een kroon maximaal vergoed wordt. In de folder wordt verwezen naar de algemene voorwaarden, 14 (AV 14). Bij de andere behandelingen wordt (in procenten dan wel in bedragen) een limiet gesteld aan de vergoeding. Aan  het plaatsen van een kroon wordt noch in procenten, noch door het vermelden van een bedrag een limiet gesteld aan de vergoeding.

 

Uit de door klager ontvangen declaratie bleek echter dat slechts een klein gedeelte van de behandeling wordt vergoed. Adverteerder stelt in de met klager gevoerde correspondentie dat de informatie op de website ondergeschikt is aan de voorwaarden en houdt vast aan de genoemde AV 14. Klager is van mening dat hij terecht is uitgegaan van maximale vergoeding, hetgeen door de algemene voorwaarde wordt bevestigd nu hierin geen restrictie ten aanzien van het maximum wordt vermeld. Voorts stelt klager dat men mag verwachten dat de informatie op het internet duidelijk en consequent van aard is en dat een verkort overzicht er juist toe dient om vergissingen te voorkomen.

 

Het verweer

 

De klacht is gemotiveerd weersproken. Op het verweer zal – voor zover van belang – worden teruggekomen in het oordeel.

 

Het oordeel van de Commissie

 

In beide gewraakte vergoedingsoverzichten wordt, onder de rubriek ‘Tandheelkundige zorg vanaf 22 jaar’, meegedeeld dat bij “Inlays, kronen en bruggen R-codes” sprake is van “Max. vergoeding per soort inlay, kroon en brug voor max. 6 elementen per 3 aaneengesloten kalenderjaren”. Klager heeft deze mededeling aldus begrepen dat het plaatsen van een kroon ‘maximaal’ wordt vergoed, dat wil zeggen voor het volledige te betalen bedrag. Adverteerder heeft echter meegedeeld dat, naar tevens zou blijken uit de genoemde AV 14, met deze mededeling wordt bedoeld dat per ingreep een maximum aan de hoogte van de vergoeding is gesteld.

 

De Commissie is van oordeel dat de uiting op dit punt voor de gemiddelde consument onvoldoende duidelijk is. Uit de woorden ‘max. vergoeding’ kan naar haar oordeel gemakkelijk de indruk ontstaan dat sprake is van een volledige vergoeding van de desbetreffende behandeling, temeer daar bij verschillende andere in de overzichten genoemde vergoedingen een duidelijk limiet wordt genoemd aan de te vergoeden bedragen. De afkorting “max.” kan in de gegeven context gemakkelijk tot onduidelijkheid leiden. Gelet op het voorgaande gaat de reclame naar het oordeel van de Commissie gepaard met onduidelijke informatie ten aanzien van de voornaamste kenmerken van het product zoals bedoeld in artikel 8.2 aanhef en onder b van de Nederlandse Reclame Code (NRC). Voorts is de Commissie van oordeel dat de gemiddelde consu­ment door de reclame ge­bracht zou kunnen worden een besluit over een transactie te ne­men, dat hij anders niet zou hebben genomen. Aldus is sprake van misleidende en daar­door oneerlijke reclame in de zin van artikel 7 NRC.

 

De verwijzing naar artikel 14 van de verzekeringsvoorwaarden en adverteerders stelling dat het vergoedingenoverzicht slechts tot doel heeft een kort, schematisch overzicht te bieden van aanspraken, nemen de onduidelijkheid van de betreffende mededeling niet weg. Reclame-uitingen dienen op zichzelf voldoende duidelijkheid te bieden.

Ook adverteerders stelling dat het vergoedingenoverzicht voldoet aan de eisen die voortvloeien uit het ‘Richtsnoer informatieverstrekking’ van de Nederlandse Zorgautoriteit leidt niet tot een ander oordeel.

 

De beslissing

 

Op grond van het voorgaande acht de Commissie de reclame-uiting in strijd met het bepaalde in artikel 7 NRC. Zij beveelt adverteerder aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.

 

Opnieuw uitspraken zoeken

Op datum, dossiernummer, trefwoord of soort uitspraak of een combinatie van deze zoekopties.

*Verplicht in te vullen velden

Uitgebreid zoeken