De bestreden reclame-uiting
Het betreft een advertentie op autotrack.nl waarin een Ford Focus Wagon 1.0 Ecoboost met het kenteken 62-ZBN-8 wordt aangeboden voor de prijs van € 21.515,–. Als oorspronkelijke prijs vermeldt de advertentie € 28.849,–.
De klacht
Klager heeft naar aanleiding van de advertentie een offerte zonder inruil aangevraagd. Uit de offerte bleek tot verbazing van klager dat de aangeboden prijs € 25.483,– bedraagt na aftrek van € 800,– wegens het niet inruilen. Volgens klager had in de uiting moeten staan dat de auto wordt aangeboden van € 28.845,– voor € 26.774,–. Klager acht de uiting misleidend.
Het verweer
Adverteerder deelt mee dat in de bestreden uiting sprake is van een foutieve invoer van haar systemen. Het systeem zet de informatie door naar verschillende internetaanbieders, maar alleen bij de website van Autotrack is een fout ontstaan. Adverteerder heeft contact gehad met Autotrack en er wordt een analyse gemaakt van de status van de geadverteerde auto’s van adverteerder. Indien er meer wagens foutief zijn weergeven, wordt dit direct door partijen aangepast. Adverteerder heeft klager helderheid gegeven over haar werkwijze. Er is sprake van een vervelend incident, maar niet van opzettelijk misleidende reclame. Adverteerder heeft alles in het werk gesteld om de problemen voor de toekomst op te lossen.
Het oordeel van de voorzitter
1) De voorzitter is, ook na het gevoerde verweer, van oordeel dat de klacht de Commissie aanleiding zal geven een aanbeveling te doen. Hij overweegt daartoe het volgende.
2) Adverteerder heeft niet betwist dat in de advertentie de prijs van de desbetreffende auto onjuist is weergegeven. De voorzitter neemt nota van de mededeling van adverteerder dat zij actie heeft ondernomen om verdere fouten te voorkomen. Dit doet evenwel niet af aan het feit dat op grond van het voorgaande dient te worden geoordeeld dat adverteerder geen juiste informatie heeft verschaft over de prijs van het product als bedoeld onder artikel 8.2 aanhef en onder d van de Nederlandse Reclame Code (NRC). Voorts is de voorzitter van oordeel dat de gemiddelde consument hierdoor ertoe gebracht kan worden een besluit over een transactie te nemen, dat hij anders niet had genomen. Om die reden is de uiting misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC. Wel ziet de voorzitter in de mededeling van adverteerder dat alles in het werk wordt gesteld om verdere fouten te vermijden, aanleiding ten aanzien van de aanbeveling te bepalen dat deze wordt gedaan voor zover nog nodig.
De beslissing van de voorzitter
Op grond van het voorgaande acht de voorzitter de reclame-uiting in strijd met het bepaalde in artikel 7 NRC. De voorzitter beveelt, voor zover nog nodig, adverteerder aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.