De bestreden reclame-uiting

Het betreft een aan klaagster geadresseerde mailing.

De klacht

Klaagster maakt er bezwaar tegen dat zij de onderhavige mailing van Promovendum heeft ontvangen. Promovendum is volgens een bericht op internet een prijsvechterslabel van Academica te Dordrecht. Eind 2088 heeft klaagster een klacht ingediend over geadresseerde mailings van  Academica en het bewuste dossier is gesloten, nadat Academica had meegedeeld haar adresgegevens te hebben verwijderd en excuses had gemaakt voor het niet opvolgen van klaagsters verzoek om haar gegevens uit het adressenbestand te halen.   

Het verweer

Adverteerder heeft op de klacht gereageerd. Op die reactie zal hierna, voor zoveel nodig, worden ingegaan.

Het oordeel van de voorzitter

Adverteerder heeft meegedeeld dat klaagster uit de mailinglijst van Academica is verwijderd naar aanleiding van haar desbetreffende verzoek in 2008 en dat vanuit een back-up kennelijk het adres van klaagster per ongeluk aan het bestand is toegevoegd, waardoor zij de gewraakte mailing heeft ontvangen. Voorts heeft adverteerder meegedeeld dat het niet de bedoeling was klaagster alsnog te benaderen en dat hij daarvoor excuses aanbiedt.

De voorzitter vat de klacht op in die zin dat adverteerder heeft gehandeld in strijd met artikel 14 Code Brievenbusreclame, Huissampling en Direct Response Advertising (CBR). Gezien  de reactie van adverteerder op de klacht, oordeelt de voorzitter dat adverteerder als opdrachtgever in de zin van artikel 14 CBR niet heeft voldaan aan het bepaalde in artikel 14 te weten:

“Indien een ontvanger schriftelijk heeft meegedeeld geen geadresseerde reclame te willen ontvangen dient de opdrachtgever ervoor te zorgen dat deze wens zo spoedig mogelijk, maar in ieder geval binnen een termijn van drie maanden na ontvangst van het verzoek, zonder restrictie ingewilligd wordt”.    

De beslissing van de voorzitter

Op grond van het voorgaande is de voorzitter van oordeel dat adverteerder heeft gehandeld in strijd met artikel 14 CBR. De voorzitter beveelt adverteerder aan om niet meer op een dergelijke wijze geadresseerde reclame te verspreiden.