De bestreden reclame-uiting

Het betreft een banner waarin naast de naam/het logo van “FIRSTT” met daaronder de mededeling “Je opleiding haal je bij firstt.nl” onder meer staat:

“Rijinstructeur worden?

 95% slagingspercentage”,

met daaronder een button met de tekst “Aanmelden”.

De klacht

De klacht wordt als volgt samengevat.

De mededeling “95% slagingspercentage” is onjuist. Blijkens de bij de klacht overgelegde afdruk van www.ikbi.nl, inhoudende een overzicht van 1 juli 2016 tot en met 30 juni 2017 betreffende “Slagingspercentages WRM” is het slagingspercentage van Firstt € 47,9%.

Het verweer

Het verweer wordt als volgt samengevat.

De bestreden uiting zal met ingang van 9 oktober 2017 niet meer worden gebruikt.

De repliek

De repliek wordt als volgt samengevat.

Firstt dient ervoor te zorgen dat de onderhavige of andere misleidende en vergelijkbare communicatie niet meer voorkomt, aldus klager, noch op schrift, noch op internet of in publicaties zoals een studiegids, noch mondeling tijdens informatiebijeenkomsten.

De dupliek

Het lijkt Firstt onmogelijk dat klager voorwaarden stelt aan eventuele toekomstige reclame-uitingen van Firstt. Klager dient zich te beroepen op concrete voorbeelden, waarna Firstt, indien daartoe aanleiding bestaat, juist zal handelen.  

Het oordeel van de Commissie

Klager heeft onweersproken meegedeeld dat de (in de bestreden uiting opgenomen) mededeling “95% slagingspercentage” onjuist is. Firstt heeft in reactie op deze klacht volstaan met de mededeling dat de bestreden uiting met ingang van 9 oktober 2017 niet meer zal worden gebruikt.

Gelet op het bovenstaande is de Commissie van oordeel dat de bestreden reclame gepaard gaat met onjuiste informatie over de voordelen als bedoeld in artikel 8.2 aanhef en onder b van de Nederlandse Reclame Code (NRC). Nu de gemiddelde consument er bovendien toe kan worden gebracht een besluit over een transactie te nemen dat hij anders niet had genomen, is de uiting misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC.

Naar aanleiding van hetgeen is gesteld bij repliek en dupliek over toekomstige reclame-uitingen overweegt de Commissie het volgende. Zij beperkt zich in dit dossier tot het beoordelen van de onderhavige concrete, door klager aan de Commissie voorgelegde uiting, zoals hierboven omschreven onder “De bestreden uiting”, maar zal, zoals gebruikelijk is bij het doen van een aanbeveling, Firstt aanbevelen aan om niet meer op “een dergelijke wijze” reclame te maken.

Gelet op het bovenstaande wordt als volgt beslist.

De beslissing

De Commissie acht de reclame-uiting in strijd met artikel 7 NRC. Zij beveelt adverteerder aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.