[Tussenbeslissing van 2 juni 2015]

De bestreden uiting

Het betreft een “post” die is gedeeld op het Facebook account van het door adverteerder geëxploiteerde eetcafé. In de uiting is een foto van de hoofdrolspelers van de serie “Absolutely fabulous” te zien en de tekst: “If anyone tells you it’s too early to drink wine….unfriend them. You don’t need that kind of negativity in your life!”.

De klacht

Klager stelt, samengevat, dat in de uiting het verslavingsrisico van alcohol als grappig wordt afgedaan. De uiting zet aan tot risicovol gedrag als bedoeld in artikel 14 van de Reclamecode voor alcoholhoudende dranken (RVA) 2014, immers moedigt aan al vroeg op de dag te gaan drinken. In de setting van een reclame voor alcohol dient geen verwijzing plaats te vinden naar serieuze alcoholverslaving.

Het verweer

Dit kan als volgt worden samengevat. De post is per abuis gedeeld op het Facebook account van het eetcafé. De post is grappig bedoeld en heeft geenszins de intentie om aan te zetten tot drinken. Van het aanzetten tot risicovol gedrag is geen sprake. Adverteerder is eventueel bereid de gedeelde link van het account te verwijderen.

Het oordeel van de voorzitter

1)  De klacht is gericht tegen een uiting die onmiskenbaar niet serieus de strekking heeft om aan te zetten tot onverantwoorde consumptie van alcoholhoudende drank. De uiting maakt overmatig alcoholgebruik in feite juist belachelijk. Dat op een humoristisch bedoelde wijze aan alcoholverslaving wordt gerefereerd, kan op grond van het voorgaande evenmin tot toewijzing van de klacht leiden.

2)  Het voorgaande neemt niet weg dat in de uiting wel enige nuance dient te worden aangebracht voor zover deze ook minderjarigen bereikt. De uiting dient immers als reclame voor alcoholhoudende drank te worden aangemerkt, mede gelet op het feit dat deze is geplaatst in de context van “www.grandcafesijthoff.nl: Groots in biologische wijnen!”. Met het oog op juiste voorlichting aan minderjarigen is in artikel 33 lid 2 RVA 2014 het gebruik van de educatieve slogan “Geen 18, geen alcohol” voorgeschreven, welke slogan gebruikt kan worden in combinatie met “Geniet, maar drink met mate”. Dit artikel is ingevolge artikel 24 lid 2 RVA 2014 ook van toepassing bij reclame die is bedoeld voor verspreiding via internet, waartoe gedeelde posts via het Facebook account van een adverteerder kunnen worden gerekend.

3)  De voorzitter zal, alvorens verder te beslissen, adverteerder in staat stellen binnen veertien dagen na deze beslissing te reageren op de vraag of de uiting voldoet aan artikel 24 lid 2 RVA 2014 in verbinding met artikel 33 lid 2 RVA 2014, nu in zoverre aanleiding bestaat voor ambtshalve uitbreiding van de klacht. Adverteerder kan in plaats van het geven van een reactie ook volstaan met mede te delen dat de uiting zal worden verwijderd, waartoe zij zich reeds in het verweer bereid heeft verklaard. De voorzitter heeft overigens geconstateerd dat de uiting nog steeds op het desbetreffende account staat. Op grond van het voorgaande wordt beslist als volgt.

De tussenbeslissing van de voorzitter  

Adverteerder wordt in staat gesteld binnen veertien na deze beslissing schriftelijk te reageren op hetgeen in de nummers 2) en 3) van deze beslissing is vermeld. De voorzitter houdt elke verdere beslissing aan.
 

[Eindbeslissing van 8 juli 2015] 

De verdere beoordeling

1)  In de tussenbeslissing is overwogen dat in de uiting enige nuance dient te worden aangebracht voor zover deze ook minderjarigen bereikt. In dat verband heeft de voorzitter gewezen op de in artikel 33 lid 2 RVA 2014 voorgeschreven educatieve slogan “Geen 18, geen alcohol”, welke slogan gebruikt kan worden in combinatie met “Geniet, maar drink met mate”. Dit artikel is ingevolge artikel 24 lid 2 RVA 2014 ook van toepassing bij reclame die is bedoeld voor verspreiding via internet, waartoe gedeelde posts via het Facebook account van een adverteerder kunnen worden gerekend.

2)  Uit het feit dat adverteerder geen gebruik heeft gemaakt om te reageren op de tussenbeslissing, leidt de voorzitter af dat adverteerder niet in staat is te weerleggen dat de uiting niet voldoet aan artikel 24 lid 2 RVA 2014 in verbinding met artikel 33 lid 2 RVA 2014. Op grond hiervan het voorgaande wordt beslist als volgt.

De eindbeslissing van de voorzitter  

Op grond van het voorgaande acht de voorzitter de reclame-uiting in strijd met het bepaalde in artikel 24 lid 2 RVA 2014 in verbinding met artikel 33 lid 2 RVA 2014. De voorzitter beveelt adverteerder aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.